II. Plannen van een krachtige leeromgeving = een les voorbereiden III. Realiseren van een krachtige leeromgeving = een les geven
Bijlagen Opdracht Je optreden en taal zijn belangrijk bij het lesgeven, daarnaast zijn er nog andere criteria die belangrijk zijn voor het geven van een goede les.
Waarop zou jij zeker letten om een goede les te geven? Geef je top 3 van andere criteria. Bv.
1. Voldoende leermiddelen gebruiken zodat lln zich alles goed kunnen voorstellen 2. Lln actief bij de les betrekken 3. Lln motiveren, hun interesse opwekken 4. Rekening houden met elke leerling / elk individu 5. Leerinhouden geleidelijk aanbrengen 6. Niet te veel leerinhoud, niet te snel 7. Nieuwe leerinhoud koppelen aan reeds geziene leerinhoud 8. Voldoende herhalen 9. Duidelijke lesstructuur, ... 10. Didactische principes = vuistregels, die de lkr naleeft om zo goed mogelijk les te geven
Als er les gegeven wordt over het paard, haal dan het paard in de klas. (Pestalozzi) Haal het paard niet in de klas, ga er zelf naar toe. (Decroly) 1 Aanschouwelijkheidsprincipe = leerinhouden zoveel mogelijk zintuiglijk waarneembaar voorstellen
Directe aanschouwingsmiddelen: levensecht materiaal Bv. konijn in de les biologie harde schijf in de les informatica stuk papyrus in de les geschiedenis
Indirecte aanschouwingsmiddelen Bv. foto van een lamp in de les techniek model van het hart in de les biologie filmfragment in de les Engels 1 Aanschouwelijkheidsprincipe VOORDELEN Lln. leren het abstracte denkniveau gemakkelijker indien ze eerst leren op concreet denkniveau Bv. leren optellen met blokken, na verloop van tijd kunnen optellen zonder hulpmiddel
Maakt het levendiger/aantrekkelijker Bv. cartoon in de les Engels
Lln. vormen een realistisch beeld van het geleerde Bv. varkenshart in de les biologie harde schijf in de les informatica 1 Aanschouwelijkheidsprincipe
Leerlingen leren: 10% van wat ze LEZEN 20% van wat ze HOREN 30% van wat ze ZIEN 50% van wat ze ZIEN EN HOREN 70% van wat ze BESPREKEN met anderen 80% van wat ze persoonlijk ERVAREN 95% van wat ze UITLEGGEN aan anderen
(gebaseerd op onderzoek van W. Glasser) 1 Aanschouwelijkheidsprincipe TIPS voor klaspraktijk Directe aanschouwingsmiddelen zijn het best Bv. echte harde schijf, echt blad, ipv een foto Audiovisueel materiaal is sterk Goed zichtbaar voor iedereen Van concrete vbn tot theorie (inductief werken) Meerdere vb. lln niet gefixeerd op n vb. Geef waarnemingsopdrachten (bv. filmfragment) en stel waarnemingsvragen. p. 27 2 Activiteitsprincipe 2 Activiteitsprincipe = lln. zijn actief betrokken bij de les - inwendig (denken, willen, voelen, ) - uitwendig (handelen, bewegen, )
Activiteitsprincipe zelf denken zelf ontdekken zelf doen Leerkracht begeleidt en stimuleert, maar deelt niets mee dat de lln. zelf kunnen vinden (lkr. = COACH). De beste school is de school waar de leerkrachten weinig doen en waar de leerlingen bijna alles doen. (Ligthart) p. 27 2 Activiteitsprincipe
TIPS voor klaspraktijk Actieve werkvormen met voldoende afwisseling Uitdagende probleemstellingen Geef lln. zelfstandigheid Veilig klimaat: fouten mogen maken Begeleiding geven Aanleren hoe ze zelfstandig kunnen werken
p. 27 3 Motivatieprincipe = voortdurend belangstelling opwekken zodat lln. genteresseerd zijn en graag meewerken
UITDAGING! Nieuwe belangstellingssferen doen ontstaan. http://www.youtube.com/watch?v=8SKNc9cVZJg
TIPS voor klaspraktijk Ervaringen van lln. en kenmerken van hun ontwikkelings- fase gebruiken Het waarom/nut van de leerstof goed duiden Zelf enthousiast les geven Actief laten meewerken met uitdagende probleemstellingen Lln uitdagen op hun niveau Humor Beperk motiveren niet tot de instapfase, motiveer voortdurend! p. 28 3 Motivatieprincipe 4 Individualisatie- en differentiatieprincipe Wat is het verschil? INDIVIDUALISATIE: rekening houden met eigenheid van n leerling, groepje lln, de klasgroep, ... DIFFERENTIATIE: concrete maatregelen die zorgen voor individualisatie
Leerlingen verschillen van elkaar: leertempo, soort geheugen, intelligentie, voorkennis, faalangst, motivatie, leerstijl, concentratie enz. Voorbeeld lagere school: LEREN LEZEN Differentiatie: in elke klas zijn er leesniveaus en wordt een leerproces opgesteld per niveau.
4 Individualisatie- en differentiatieprincipe Voorbeelden secundair onderwijs? Differentiatie binnen een leerjaar onderwijsvormen, studierichtingen, basisdoelstellingen/verdiepingsdoelstellingen in leerplannen
Differentiatie binnen een klas Hoekenwerk in les Engels: verschillende opdrachten aansluitend bij tekorten van lln. (een dialoog opstellen, fouten uit een tekst halen, een verhaal navertellen...) Extra oefeningen voorzien voor lln. die sneller klaar zijn.
4 Individualisatie- en differentiatieprincipe 5 Geleidelijkheidsprincipe Gradatie in je lessen van concreet naar abstract van gemakkelijk naar moeilijk van bekend naar nieuw
5 Geleidelijkheidsprincipe Vb. Een reel voorwerp tonen De kubus schematisch voorstellen Een definitie geven van een kubus: 5 Geleidelijkheidsprincipe Leerinhouden in bepaalde volgorde aanbieden: elaborerende ordening: cf. zoomlens lineaire ordening: opeenvolgende inhouden Lineaire ordening Vlgns het voorkomen in de werkelijkheid Ruimtelijk Vb. in biologie eerst uitwendige bouw, dan inwendige bouw. Door de tijd bepaald Vb. in geschiedenis eerst de oudheid en zo naar hedendaagse tijd
Vlgns wat eerst nodig of wat meest nodig is Vb. in informatica eerst basisfuncties, daarna gevorderde mogelijkheden in Engels eerst basiswoordenschat, dan minder gebruikte woorden
Vlgns de vakinhoudelijke structuur Vb. in meetkunde eerst punten, lijnen en hoeken; dan vlakke figuren in chemie eerst chemische elementen, dan chem. bindingen Je moet in een les biologie de lagen van de huid bespreken. Welke laag bespreek je eerst?
Je moet in een les Engels woordenschat aanbrengen ivm reizen met de trein. Welke woorden leer je eerst aan?
Je moet in een les informatica Excel aanleren. Welke functies leer je eerst aan?
Volg niet slaafs een handboek, maar denk na over je lessen! 5 Geleidelijkheidsprincipe 6 Beperkingsprincipe http://www.glasbergen.com/education-cartoons/?album=4&gallery=69&nggpage=4
6 Beperkingsprincipe
= je houden aan hetgeen noodzakelijk is; achterwege laten wat overbodig, verwarrend en niet-relevant is
Wees efficint: met de minste inspanning (van de lln.) het meeste effect bereiken
Een goede lkr weet veel meer dan wat hij vertelt. 6 Beperkingsprincipe Vb. - Filmfragment aardrijkskundeles - Een goed gekozen beeld verduidelijkt vaak meer dan veel woorden.
INTRINSIEKE MOTIVATIE EXTRINSIEKE MOTIVATIE 6 Beperkingsprincipe TIPS voor klaspraktijk Vermijd overtollige leermiddelen. Evalueer tijdig of iedereen mee is. Tijd verdelen naargelang belangrijkheid van inhouden. Duidelijke afspraken over organisatie en groepering lln. Korte n krachtige formulering (opdrachten, vragen, uitleg, ), dit kan je voorbereiden! Vergelijk: -Welke stof tonen we aan met lugol? -Heeft er iemand een idee welke stof we aantonen met lugol? 7 Integratieprincipe Integratie = samensmelten van onderdelen tot n geheel
Wat betekent dit voor de klaspraktijk?
7 Integratieprincipe
= nieuw geleerde moet aansluiten bij het reeds verworvene (voorkennis / buitenschoolse ervaringen enz.)
Voordeel: nieuw geleerde zal gemakkelijker toegepast worden in andere situaties (transfer).
7 Integratieprincipe
Voorbeelden? Bouw van de huid inleiden met een foto van een tatoeage + probleem stellen: In welke laag van de huid moet men prikken om er voor te zorgen dat de tatoeage voor altijd blijft zitten? Duidelijk het verband (laten) leggen met vroegere leerstof Starten met gekende toepassingen
Welke tips worden toegepast?
= gespreide n gevarieerde herhaling
Veel herhaling is nodig om : nieuwe inhouden op te slaan in het geheugen en een blijvend leerresultaat te bekomen, het geleerde goed te ordenen en te integreren. p. 34 8 Herhalingsprincipe 8 Herhalingsprincipe TIPS voor klaspraktijk Gevarieerde herhaling: herhalen met ander materiaal en in nieuwe contexten Gespreide herhalingen zijn beter dan n lange oefentijd Zuiver geheugenwerk vermijden!
p. 34 9 Structureringsprincipe = duidelijke ordening, hoofd- en bijzaken onderscheiden, essentie beklemtonen,
9 Structureringsprincipe TIPS voor klaspraktijk Denk na over de structuur van de leerinhoud die je gaat geven. In de kolom leerinhoud op het lesformulier nooit zomaar leerinhouden/opdrachten overnemen uit handboeken. Visualiseer de structuur van de leerinhoud tijdens de les: bordschema, transparant, Denk ook na over de structuur van je les (lesfasen). Beklemtoon deze structuur ook goed. Leer lln. geleidelijk om ook zelf structuur aan te brengen (leren leren). p. 35 9 Structureringsprincipe Vb. leerinhoud in leerwerkboek lln.
leerinhoud op lesformulier Uitzettingsvoegen - Wat? - Waar? - Nut?
(Biogenie+ 1) Filmfragment wiskundeles Welke did. principes worden toegepast in deze lesfase? Wat moet je kunnen?
Info in de powerpoint, cursustekst gaat vaak nog verder.
Did. principes toepassen in je lesvoorbereidingen en lesrealisaties. Did. principes herkennen/aanduiden in geobserveerde lessen van medestudenten de lesbesprekingen van vakmentoren/stagebegeleiders ... Opdracht p. 36: welke did. principes werden wel/niet toegepast en worden aangehaald in onderstaande lesbespreking?
Meer de kern van de les benadrukken en accenten leggen, zodat de lln echt goed doorhebben wat ze nu moeten blijven onthouden. De lln bewuster maken van de rode draad van de les. Nog logischer opbouwen. structurerings- en geleidelijkheidsprincipe Het was soms verwarrend (eerst maquette, dan invulblad, dan bord - voor n woordje). Soms waren er uitwijdingen door vragen. beperkingsprincipe Je maakte goed gebruik van een maquette en een tekening. De lln toonden bewondering en vonden het prettig. aanschouwelijkheidsprincipe De afsluiting: teken je droomhuis en benoem de delen is prettig en ook nog goed als herhaling. herhalings-, aanschouwelijkheids-, activiteitsprincipe, De lln meer aan het werk zetten bv. tekst in krant laten voorlezen door een ll. activiteitsprincipe Meer voeling met de lln en hun leefwereld; zo is het mogelijk om beter in te spelen op hun vragen en opmerkingen. motivatie- en integratieprincipe Inspiratiebron (gewijzigd) http://docweb.khk.be/Marc%20Keersmaekers/marckee/didact/pvgoedond.htm#pv1 Opdracht p. 36: welke did. principes werden wel/niet toegepast en worden aangehaald in onderstaande lesbespreking? Met welke tips werd rekening gehouden?
De lln werden erg veel betrokken in de les: ze moesten vragen beantwoorden, soms vanuit een tekst, soms vanuit ervaring. Vooral het invulblad over Asterix en Obelix was goed, want dat is iets wat ze kenden. ACTIVITEITSPRINCIPE (actieve werkvormen) MOTIVATIEPRINCIPE (ervaringen lln gebruiken) Het materiaal was heel goed. Je had veel bij en de lln reageerden dan ook hierop. Soms lachten ze wel eens, soms waren ze verwonderd. Je toonde een transparant met een foto en de lln werden gestimuleerd om op te letten door de vragen. AANSCHOUWELIJKHEIDSPRINCIPE (waarnemingsvragen stellen) De lln hielpen mee om probleemstellingen en synthesezinnen te maken. Je staat vlot voor de klas en ging op de vragen van de lln in: zo voelden de lln dat je interesse hebt voor hun meningen en hun vragen. ACTIVITEITSPRINCIPE (uitdagend, ) MOTIVATIEPRINCIPE / INDIVIDUALISATIEPRINCIPE Het bordschema was zeer overzichtelijk en je beklemtoonde de definities en werkmethoden. De opdrachten die je gaf waren bondig maar duidelijk, de lln begrepen meteen wat je bedoelde. STRUCTURERINGSPRINCIPE (visualisatie structuur, essentie beklemtonen) BEPERKINGSPRINCIPE (korte n krachtige formulering) Inspiratiebron (gewijzigd naar) http://docweb.khk.be/Marc%20Keersmaekers/marckee/didact/pvgoedond.htm#pv1
De didactische principes zijn vuistregels, naar de optimale toepassing ervan moet je streven.