Вы находитесь на странице: 1из 36

Dossier CIW

Naam: Kim van den Heuvel


Studentnummer: 3218635
Docent: Hanny den Ouden
Datum: 29-10-07
Cursus: Inleiding CIW
Opleiding: Communicatie en informatiewetenschappen
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave............................................................................................................................2
3. Kwalitatief onderzoek.............................................................................................................8
3.1. Inleiding.......................................................................................................................8
3.2. Theoretisch kader.........................................................................................................9
3.3. Materiaal en Methode................................................................................................10
3.4. Analyse.......................................................................................................................11
3.5. Conclusie....................................................................................................................14
4. Kwantitatief onderzoek.........................................................................................................15
4.1. Inleiding.....................................................................................................................15
4.2. Aanleiding onderzoek: praktisch kader......................................................................16
4.3. Opzet en operationalisering onderzoek......................................................................16
4.4. Theoretisch kader.......................................................................................................21
4.5. Analyse ......................................................................................................................22
4.6. Conclusie en discussie...............................................................................................28
5. Conclusie...............................................................................................................................29
6. Literatuur...............................................................................................................................30
Bijlage 1: Corpus......................................................................................................................31
Bijlage 2: Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte.............................................................34
Bijlage 3: How feminism destroyed real men...........................................................................35

2
1. Voorwoord

Dit dossier is voor mij de eerste stap op weg naar een carrière in de communicatie- en
informatiewereld. In dit dossier ga ik de literatuur en geleerde vaardigheiden uit de cursus Inleiding
CIW toepassen. Dit doe ik door middel van twee onderzoeken. Een kwalitatief onderzoek in de
wereld van de cultuurstudies en een kwantitatief onderzoek in de wereld van de taalwetenschap.

Het eerste deel van het dossier bestaat echter uit een algemene inleiding in de taal en cultuur.
Hierin ga ik aan de hand van een reclameafbeelding de belangrijkste stof uit deze twee disciplines
toepassen. Daarna ga ik verder met het kwantitatieve onderzoek waarin ik met behulp van een
bekende filosoof een reclamefilmpje zal onderzoeken om zodoende de achterliggende
mediaboodschap te ontdekken. Als afsluiting van deze kennismaking met taal en cultuur doe ik een
kwantitatief corpusonderzoek. Dit onderzoek heeft te maken met de taalwetenschappen en heeft
betrekking op het medium MSN.

Dankzij dit dossier heb ik met een hoop vallen en opstaan toch heel wat bruikbare kennis en
ervaring opgedaan. Vooral de manieren waarop onderzoek gedaan kan worden en hoe belangrijk
goede literatuur is, zijn echte eye-openers geweest voor me.

Ik denk dat niet alleen het eindresultaat van deze expeditie, maar ook de weg ernaartoe, duidelijk
zal worden in dit dossier. Daarbij hoop ik dat niet alleen de kennis en vaardigheden die ik heb
opgedaan voor de lezer interessant zal zijn, maar dat ook de inhoud van het dossier iets waardevols
zal toevoegen.

Voor mij was het in ieder geval een lange, soms moeizame, maar heel leerzame weg waarbij ik met
enige trots kan terugkijken op het resultaat.

3
2. Algemene inleiding

Communicatie kan je onderverdelen in twee stromingen; de taalwetenschap en


cultuurstudies. Taalwetenschap gaat voornamelijk over de regels waaraan taal moet voldoen om
taal te zijn en cultuurstudies bespreekt hoe taal invloed heeft op de vorming van cultuur. Grofweg
kan je zeggen dat beide stromingen beginnen bij De Saussure en Peirce.1 De Saussure heeft
waarschijnlijk de meeste invloed gehad op de taalwetenschap dankzij zijn tekentheorie. Hierbij
kijkt De Saussure op heel abstracte manier naar het teken. Het teken bestaat uit een signifié (een
betekenis) en een signifiant (een betekenaar). Als voorbeeld hierbij nemen we de onderstaande
afbeelding:

Deze reclame van Bavaria kan je zien als een signifiant met als signifié de boodschap: koop het bier
van Bavaria. Natuurlijk bestaat deze reclameafbeelding uit nog veel meer verschillende tekens en
elementen. Om te beginnen maak ik een onderverdeling volgens Mulder.2
Mulder maakte een onderscheid van de drie niveaus die je binnen een beeld of tekst kan
onderscheiden. Het eerste heeft te maken met informatie, de tweede met betekenis en de derde
met de effecten hiervan.
Hij maakt het onderscheid als volgt:
1
Chandler, Daniel “Models of the sign”, Semiotics. The basics. London: Routledge, 2002. 17-42
2
Mulder, Arjen “Communicatie”, Over mediatheorie. Rotterdam: V2_/Nai Uitgevers, 2004. 29-53

4
• Wat zie je (technisch niveau)?

• Wat betekent het (semantisch niveau)?


• Wat is het effect (sociaal niveau)?
Ik begin bij het technische niveau van Mulder. Wat zie je precies in deze afbeelding? Ik zie
een man uit een flesje bier drinken. Hij zit op een stoel en zijn voet steunt op een berenkop die
onderdeel is van een kleed. Zijn overhemd en broek zijn gescheurd. Achter hem brandt een vuur in
de open haard en hij leunt met een elleboog op een grote houten tafel. De stoel staat niet recht
achter de tafel maar er schuin naast. Aan de muur hangt een hertenkop. In de inzet zie ik dezelfde
man met zijn vuist tegen de keel van een woest uitziende beer. Het lijkt alsof hij met deze beer in
gevecht is. De kleuren van de afbeelding zijn warm. Onderaan het plaatje staat de tekst: “Zo. Nu
eerst een Bavaria.”
Deze beschrijving van deze afbeelding geeft precies weer wat er te zien is. Waar je nu
achter moet komen is de betekenis van al deze dingen. Peirce kan hierbij nuttig zijn vanwege zijn
onderscheid in tekens, namelijk symbolen, iconen en indexen.3 Het belangrijkste verschil tussen
deze drie is de mate waarin hun betekenis arbitrair is. Een symbool is volledig arbitrair omdat de
betekenis geleerd moet worden. Iconen zijn minder arbitrair omdat deze een gelijkenis hebben met
de werkelijkheid. Indexen zijn de minst arbitraire tekens en hebben vaak een causaal verband.
Terug naar het semantische niveau van Mulder: Wat betekent het? Over het algemeen kan je
zeggen dat het hele plaatje vol staat met iconen. Eigenlijk lijkt elk onderdeel in de afbeelding op
iets dat we in de werkelijkheid ook tegen kunnen komen, zoals de man en de beer. Ook de omgeving
waarin de man zich bevindt kan iconisch zijn, bijvoorbeeld voor een herberg. De reden dat er
zoveel iconische afbeeldingen zijn gebruik komt waarschijnlijk doordat je jezelf beter kan inleven
in de situatie van de man als er herkenbare elementen voorkomen waaraan je kunt relateren.
Het hele plaatje geeft eigenlijk twee verschillende situaties weer: het ‘voor’ in de inzet en
het ‘na’ in de afbeelding zelf. Daarom begin ik bij de inzet. De vuist wordt gebruikt als een symbool
voor de kracht van de mens. De beer zelf staat symbool voor een natuurlijke oerkracht. In het ‘na’
zie je de man weer. Hieruit kan je de conclusie trekken dat hij het gevecht gewonnen heeft. De
gescheurde kleren van de man zijn een index voor het geleverde gevecht. Daarnaast staan ze ook
symbool voor het ‘ruige’ leven dat deze man heeft. Het berenkleed op de grond is een index dat de
man het gevecht gewonnen heeft. Immers, de beer zou anders niet gevild op de grond liggen. De
voet van de man op de berenkop is een symbool voor de overwinning en misschien ook wel voor
onderdrukking. De kleurstelling van de afbeelding, het haardvuur, de tafel en de hertenkop staan
samen symbool voor de omgeving waarin de man verkeert. Dit is waarschijnlijk een soort blokhut of
herberg. Deze staan op hun beurt weer symbool voor een warme geborgen omgeving waar je tot
rust kan komen.
Als laatste kom ik bij de zin onderaan het plaatje. Het woordenboek geeft verschillende
betekenissen voor het woordje ‘Zo’. Kijkend naar de betekenis van de afbeelding denk ik dat ‘zo’ in
dit geval een tussenwerpsel is. Een tussenwerpsel is een ‘woordsoort die de waarde van een

3
Chandler, 38-43

5
complete zin heeft’.4 De betekenis geeft voldaanheid weer. De tweede zin ‘Nu eerst een Bavaria’
betekent dat na het voltooien van een bepaalde taak, waarna iemand voldaan kan zijn, het tijd is
voor ‘een Bavaria’. Een biertje van het merk Bavaria wordt in de volksmond ook wel ‘een Bavaria’
genoemd. ‘Een Bavaria’ is meteen een mooi voorbeeld van een conventie. Het is min of meer een
algemene afspraak geworden dat als iemand om ‘een Bavaria’ vraagt dat je dan een biertje van
Bavaria krijgt.
Op dit moment kom ik tot de kern van het verhaal. Het sociale niveau van Mulder en het
effect van dit alles. We weten allemaal dat als een man met een beer vecht dat diegene het
waarschijnlijk niet kan navertellen. Welk effect heeft dit plaatje dan, als duidelijk is dat de man
het gewonnen heeft van de beer? Waarschijnlijk kan je dit zien als een soort wonderbaarlijke
gebeurtenis. En wat zie je dan opeens? Die man drinkt een Bavaria! Opeens wordt er een soort
verband gelegd tussen iets onwaarschijnlijks en iets normaals als een biertje. Het effect hiervan is
dat mensen Bavaria gaan associëren met deze gevaarlijke, spannende en zeer onwaarschijnlijke
gebeurtenis. Gelukkig zal waarschijnlijk niemand in een vergelijkbare situatie komen, maar kunnen
we toch genieten van Bavaria. Alsof het een privilege is om dit te drinken. Mensen gaan verlangen
naar Bavaria. Dit komt doordat mensen onbewust een verband gaan zien tussen verschillende
elementen in een afbeelding. En dat is hier natuurlijk precies de bedoeling.
De theorie van Freud gaat hier mooi op door. Freud was een psychoanalist die signifié en
signifiant aan het bewuste en het onderbewuste van de mens koppelde.5 Wat bij dit plaatje
natuurlijk enorm meespeelt, is wat het in ons onderbewuste oproept. Het verhaal dat deze
afbeelding vertelt spreekt enorm tot de verbeelding, onze dromen en wensen. Het liefst wil
iedereen in staat zijn om met de blote handen een beer te vellen. Vrouwen bewonderen dit soort
mannen vanwege hun kracht en lef. Dat is toch de ultieme droom van iedereen? Helaas zal dit voor
velen een droom en een onbewust verlangen blijven. Het bier van Bavaria wordt hierdoor echter
voor een grote groep mensen een stuk aantrekkelijker. Dit komt door de eerder genoemde
associatie van deze afbeelding met onze onderbewuste verlangens.
De zin onderaan de afbeelding kunnen we koppelen aan de maximes van Grice.6 Deze
maximes of regels geven aan wat een gesprek of zin zo goed mogelijk maakt. Er zijn vier maximes:
• Het maxime van relevantie
• Het maxime van kwaliteit
• Het maxime van kwantiteit
• Het maxime van wijze
Deze maximes worden vaak overtreden waardoor de taaluiting leuker of aantrekkelijker gemaakt
wordt. Op de zin ‘Zo. Nu eerst een Bavaria’ kunnen we deze maximes toepassen.
Ten eerste het maxime van relevantie. Is deze zin relevant in de situatie? Aan de afbeelding te zien
wel. De man nuttigt op het moment van ‘spreken’ een Bavaria, dus je kan concluderen dat de uiting
relevant is. Het maxime van kwaliteit als tweede. De uiting heeft voor zover ik kan zien geen

4
http://www.vandale.nl/opzoeken/woordenboek/
5
Inleiding CIW, hoorcollege 2, docent R. Dolphijn, Power Point p. 20
6
Houtkoop, H “Handelen in taal.” Inleiding Communicatiekunde, 2001. 3.3 Het coöperatieprincipe en de maximes van Grice

6
onwaarheden of dingen die niet verantwoord kunnen worden in zich en heeft dus kwaliteit. Dan
komt het maxime van kwantiteit. Wordt hier niet meer of minder gezegd dan nodig is? Ik vind het
een twijfelgeval. Misschien had er iets meer gezegd moeten worden over hetgeen een Bavaria is en
waarom het daar op dit moment tijd voor is. Maar als ik naar de zin kijk in combinatie met de
afbeelding dan kan ik de uiting wel begrijpen. Daarnaast is ‘Zo. Nu eerst een Bavaria’ zo’n vaak
gehoorde uitdrukking geworden in de Nederlandse taal dat iedereen wel begrijpt waar het over
gaat. Als laatste dan het maxime van wijze. Deze staat een beetje in verband met de uitleg van het
maxime over kwantiteit. Doordat er misschien iets te weinig gezegd wordt kan het voorkomen dat
het niet helemaal duidelijk is waar de uiting op slaat. Vandaar dat ik de wijze ook niet helemaal
correct vind.
Het plaatje is ook cultuur-specifiek. Houtkoop zegt hierover dat “een bepaalde
communicatieve gebeurtenis […] in verschillende culturen verschillende kenmerken kan hebben.”7
Dit kunnen we ook zeggen over bierreclames zoals deze afbeelding. De man heeft een Westers
uiterlijk en bevindt zich in een omgeving die je niet snel in Azië of de Arabische wereld zal vinden.
Het kan ook zo zijn dat vanwege bepaalde overtuigingen deze reclame helemaal niet vertoond zou
mogen worden in een andere cultuur. Even ter vergelijking hier een Chinese, Palestijnse en
Nederlandse advertentie.

Het verschil tussen de landen en culturen wordt hierdoor wel goed duidelijk. Het lijkt erop alsof de
Nederlandse advertentie de mensen aanmoedigt om het bier te drinken terwijl de smiley op de
Chinese advertentie dat juist lijkt te ontkrachten. Het bier uit Palestina, overigens het enige bier
dat daar gebrouwen wordt, houdt het heel simpel bij een afbeelding van een bieretiket en heeft
hierdoor een heel neutraal uiterlijk. De cultuur waarin we leven is dus heel belangrijk voor de
manier waarop we reclame maken of dingen afbeelden.

7
Houtkoop, 3.4 De setting-afhankelijkheid van betekenis

7
3. Kwalitatief onderzoek

3.1. Inleiding

Als vervolg op de algemene inleiding van dit dossier ga ik nu verder met het kwalitatieve onderzoek.
Dit onderzoek vind plaats op het gebied van de cultuurstudies en heeft de vorm van een
discoursanalyse. Met de hulp van Foucault’s filosofie en methodologie gaan we op zoek naar de
mediaboodschap achter een reclamefilmpje. Hiervan ga ik onderzoeken wat dé achterliggende
mediaboodschap is en welk verband dit heeft met de cultuur waarin we leven. De reclame die ik
heb gekozen sluit nauw aan op de afbeelding die ik in het eerste deel van het dossier heb gebruikt.
Ook dit filmpje is onderdeel van de ‘Real men’-campagne van Bavaria.

De aanleiding waarom ik voor dit filmpje heb gekozen is voornamelijk omdat het zo mooi aansluit
op mijn eerder gebruikte afbeelding. Daarnaast vind ik de reclame zelf ook erg leuk en mooi
uitgewerkt. Ook wil ik gaan kijken of mijn vermoeden waar is. Namelijk dat deze reclame iets te
maken heeft met het veranderende idee over seksualiteit in de maatschappij. Hoe dit precies tot
uiting komt hoop ik in mijn onderzoek te kunnen ontdekken.

De hoofdvraag die ik bij dit onderzoek stel is:

Wat is de mediaboodschap achter de reclame van Bavaria en hoe komt deze boodschap tot uiting in
de maatschappij?

Om deze vraag te kunnen beantwoorden zal ik eerst het theoretische kader van dit onderzoek
uiteenzetten. De filosofie van Foucault en de manier waarop hij onderzoek deed en ik dat probeer
te doen zal hierin naar voren komen.
Daarna zal ik nadere informatie geven over het filmpje om deze vervolgens te analyseren. Ten slotte
zal ik in mijn conclusie het antwoord geven op de hoofdvraag op basis van de resultaten die uit de
analyse naar voren zijn gekomen.

8
3.2. Theoretisch kader

Michel Foucault is een Franse filosoof die zich voornamelijk druk maakte over de grote
tegenstellingen in de samenleving. Centraal in zijn theorie staat het discours waarmee
maatschappelijke ideeën gevormd worden. De duidelijke en concrete definitie van discours is niet
te geven. Hieronder volgt een mooie omschrijving van discours:

“[...] het betekent niet simpelweg ‘redevoering’ of ‘betoog’, maar het geheel van
waarheids- en machtseffecten dat de taal in actu – in het ‘spreken’, waarbij schrijven ook
een vorm van spreken is – kenmerkt. ‘Discours’ is met andere woorden de taal voor zover zij
zich als werkelijkheid, als geleefde gebeurtenis oplegt aan de mens. ‘Discours’ is dan ook
datgene in de taal dat we niet meester zijn. Het is het ongrijpbare tussengebied tussen de
woorden en de dingen, dat hun onderscheid problematisch maakt. De ‘macht’ van het
discours is om deze reden ook een subjectgebonden macht: niet mijn of jouw macht, maar
het geheel van machtseffecten tussen ons en tussen de leden van een samenleving.”8

Een belangrijk punt dat in dit stuk naar voren komt is dat het discours zich als een
werkelijkheid oplegt aan de mens. Oftewel, de werkelijkheid wordt gevormd door de manier
waarop wij spreken. Een goed voorbeeld hiervan is het discours over wetten en straffen. 9 Vroeger
werden mensen lijfelijk gestraft als ze iets slechts hadden gedaan. Rond 1800 werd dit veranderd
door mensen gevangen te nemen en ze niet-lichamelijk te straffen voor hun zonden. Hoelang je in
de gevangenis moest zitten had te maken met de ernst van je vergrijp. Hierdoor ontstond er een
soort hiërarchie in de ernst van vergrijpen en de bijbehorende straf. Deze verandering ontstond
dankzij het discours, de manier waarop men over straffen sprak. Als voorbeeld: het is heel erg om
iemand te doden. Mensen die dat doen moeten levenslang opgesloten blijven. Daarnaast mogen
mensen niet stelen. Dit is minder ernstig dan moord en hiervoor hoef je maar een maand in de
gevangenis te zitten.
Het punt dat Foucault maakt is dat de regels worden gevormd door hoe er in de
maatschappij over gesproken wordt. Neem als voorbeeld een moeder die haar kind zegt dat je geen
snoep mag stelen uit de winkel. Dit kind leert dan direct wat niet mag en indirect wat wel mag of
juist wenselijk is, namelijk snoep kopen.
Een ander belangrijk punt wat in de theorie van Foucault naar voren komt zijn
tegenstellingen. Goed – slecht, zwart – wit, man – vrouw, sane – insane. Het discours geeft ons
antwoord op de vraag wat normaal en abnormaal is. Hierdoor scheppen we een soort
maatschappelijke gedachte, een soort normen en waarden. Insane, of gek, is dat normaal of
abnormaal? Is een blanke man even goed als een zwarte man? Zijn vrouwen gelijk aan mannen of is
er een superieur?

8
Foucault, M. Breekbare Vrijheid: teksten & interviews. Amsterdam: Boom Parrèsia, 2004
9
Dolphijn, R. Inleiding CIW, hoorcollege 6

9
De boodschappen die reclames overbrengen zijn ook een vorm van discours. Neem
bijvoorbeeld een reclame voor een wasmiddel. Iedereen kent wel het stereotype beeld van een
gelukkige moeder met vijf kinderen in een groot huis die maar een keer hoeft te wassen voor dat
alle smerige vlekken verdwenen zijn. Het beeld wat deze reclame achterlaat bij mensen is dat het
wenselijk is om ook een dergelijk leven te leiden als de wasmiddel-moeder. Wat kan je het beste
doen om dit te bereiken? Precies: wassen met het wasmiddel uit de reclame.
Naast het discours is discipline ook een kernbegrip in het werk van Foucault. Disciplinering
is erop gericht om van mensen gehoorzame wezens te maken die luisteren naar de Wet. Deze Wet
bestaat uit bijvoorbeeld opdrachten, gedragsvoorschriften en regels. Er zijn veel verschillende
instituten die in meer of mindere mate van disciplinering gebruik maken. Neem bijvoorbeeld
internaten, kloosters of gevangenissen. Het panopticum, een koepelgevangenis, is een mooie
metafoor voor de manier waarop onze hedendaagse wetten en regels gehandhaafd worden.10 In een
panopticum worden alle gevangenen bewaakt door een enkele (of helemaal geen) bewaker die in
een kamer in het midden van de gevangenis zit. Doordat de gevangenen niet weten of de bewaker
hen al dan niet in de gaten houden leven ze de regels van de gevangenis na. Dit alziende oog werkt
disciplinerend en niet onderdrukkend. Er hoeven geen bewakers met knuppels te zijn om de
gevangenen in het gareel te houden, puur en alleen omdat het VOELT alsof ze in de gaten gehouden
worden.
Dit soort disciplinering zien we enigszins vervormd ook terug in de maatschappij. Neem
bijvoorbeeld het modebeeld waaraan je soms moet voldoen om ergens bij te horen. Binnen
bepaalde groepen bestaan regels en voorschriften over hoe je gekleed moet gaan. Denk hierbij aan
gekostumeerde gelegenheden of schoolmeisjes die allemaal dezelfde kleding dragen. Voldoe je niet
aan deze regels? Dan behoor je niet tot de groep.

3.3. Materiaal en Methode

De theorie van Foucault ga ik toepassen op het reclamefilmpje om zodoende achter dé


mediaboodschap van deze reclame te komen. Ik hoop naar aanleiding hiervan dat ik kan ontdekken
welke maatschappelijke boodschap dit filmpje laat zien en hoe dit in de maatschappij tot uiting
komt. In mijn analyse zal ik gebruik maken van de methode die Foucault gebruikte in zijn
onderzoeken. Eerst ‘benoemen’ of observeren, dan ‘ordenen’ of interpreteren en tot slot
‘internaliseren’ of generaliseren.

Het filmpje van Bavaria is te vinden op Internet en wordt in de analyse nader beschreven.
Bekijk deze reclame via de volgende link:
http://www.youtube.com/watch?v=zcT93NZQ8wE

Totale duur van het filmpje: 1 minuut en 29 seconden.

10
Dolphijn, R. Inleiding CIW, hoorcollege 6

10
3.4. Analyse

3.4.1. Observeren
Hieronder een uitgebreide observatie van het reclamefilmpje.

Scènes met tijdsduur:


1. [0:00-0:03] Man 1 kleed zichzelf netjes aan en zegt: ‘I once wore armor.’

2. [0:03-0:07] Man 2 staat in de supermarkt met een pakje vlees in zijn handen en zegt: ‘I would hunt animals with teeth
as long as my arms.’
3. [0:07-0:11] Man 3 staat te strijken voor de tv en zegt: ‘I would chase adventure too the far corners of the world’

4. [0:11-0:13] Man 4 op kantoor achter bureau en zegt: ‘We carried spears.’

5. [0:13-0:15] Man 5 aan het werk in een bloemenperk en zegt: ‘We would kill or be killed.’

6. [0:15-0:18] Man 6 laat zijn haar wassen bij de kapper en zegt: ‘And all that mattered was survival.’

7. [0:18-0:20] Man 1 trekt een mouw van zijn overhemd en grauwt.

8. [0:20-0:23] Man 2 schopt een winkelkarretje om en grijpt al het vlees.

9. [0:23-0:25] Man 4 gooit zijn bureau om en trekt zijn spencer kapot.

10. [0:25-0:26] Man 3 laat het strijkijzer op zijn kleding staan en loopt weg.
11. [0:26-0:27] Man 5 gooit zijn bloempotjes neer, staat op en loopt weg.
12. [0:28-0:29] Man 6 stormt de deur uit met shampoo in zijn haar en kappersmantel nog om.
13. [0:30-0:32] Man 2 gooit een winkelkarretje door de ruit van supermarkt en loopt hier zelf achteraan met zijn armen vol
met pakjes vlees.

14. [0:32-0:36] Meerdere mannen lopen dwars over een kruispunt tussen auto’s door en klimmen over sommige auto’s heen.
15. [0:36-0:39] Alle mannen lopen over een weiland richting berg en bos.
16. [0:39-0:40] Man 2 deelt het vlees uit aan de andere mannen.
17. [0:41-0:42] Er lopen nu tientallen mannen dezelfde kant op en ze scheuren het rauwe vlees met hun tanden aan
stukken.

18. [0:42-0:46] Dan steken ze allemaal een rivier over en vangen vis met hun blote handen.
19. [0:46-0:50] Een man zit onder de modder en schreeuwt als een wild dier.
20. [0:51-0:54] Een andere man ruikt onder zijn eigen oksel en grauwt.
21. [0:54-0:56] Daarna rennen alle mannen tussen de bomen van een bos door.
22. [0:57-1:00] 2 mannen veranderen terwijl ze achter een boom langs lopen en opeens hebben ze lang haar en baarden. Ze
schreeuwen.

23. [1:00-1:06] Een aantal mannen duwen een boom om en iedereen loopt te brullen.
24. [1:06-1:09] In slowmotion rennen alle mannen naast elkaar op de kijker af. Voorop lopen 2 wolfachtige honden. Ze
springen over bomen en takken.

25. [1:09-1:11] Een lege, donkere kroeg met man achter de bar. Bavaria glazen staan opgestapeld op de bar en beginnen te
rinkelen. De man achter de bar draait zich om.

11
26. [1:11-1:14] De wilde mannen komen uit het bos gerend en rennen over een open plek naar de kroeg toe. Hier hangt een
uithangbord van Bavaria buiten.

27. [1:14-1:17] De man achter de bar kijkt op en gooit een theedoek over zijn schouder. Dan komen de wilde mannen de
kroeg instormen.

28. [1:17-1:18] Het vuur in de open haar laait op. De mannen rennen hier voorbij.
29. [1:18-1:20] Ze komen allemaal aan bij de bar en de barman deinst een beetje terug.
30. [1:20-1:22] Dan is iedereen heel even stil en roepen alle mannen: ‘Bavaria!’
31. [1:22-1:25] De barman knikt en zodra hij de tap opent beginnen alle mannen te juichen.
32. [1:25-1:26] Daarna zien we hoe het biertje getapt wordt.
33. [1:26-1:29] In slowmotion zien we dat de mannen allemaal grote pullen bier in de hand hebben. In beeld verschijnt de
tekst: ‘Zo. Nu eerst een Bavaria.’

3.4.2 Interpreteren

De hele essentie van het reclamefilmpje is verandering. We zien verschillende keurige heren die in
opstand komen en echte woestelingen worden met een zucht naar bier. Deze mannen zijn eerst
rustig en beschaafd en doen de gewone dingen die andere mannen ook doen. Boodschappen, naar
de kapper, werken, af en toe wat klusjes doen in tuin et cetera. Terwijl ze daar mee bezig zijn
lijken ze opeens stil te staan bij de zin van hun bestaan en hoe het vroeger was. Neem bijvoorbeeld
de tekst van de mannen in het begin van de reclame. Kreten als “I once wore armor” en “All that
mattered was survival” geven aan dat deze mannen nadenken over de tijd dat ze nog moesten
vechten om te overleven. Het enige waar ze zich nu druk over maken zijn de kreukels in hun
kleding, het onkruid in de tuin en of de koelkast nog goed gevuld is.
Dat dit niet de bedoeling is maakt de reclame heel goed duidelijk. De mannen komen in opstand
tegen het ‘keurslijf’ dat ze aan hebben. Na woedend huis en haard verlaten te hebben komen ze bij
elkaar om weer ‘echte mannen’ te worden. Mannen met lang haar en baarden, die dwars door
bossen en rivieren banjeren zonder zich te bekommeren om hun uiterlijk. Dat de mannen allemaal
hetzelfde doel voor ogen staat moge duidelijk zijn. Allemaal volgen ze dezelfde richting en gaan ze
dezelfde kant op. Eindelijk is daar het einddoel in zicht: een kroeg waar het aangeprezen bier van
deze reclame geschonken wordt. Als een stel dorstige wolven stuiven ze de kroeg binnen waar ze
eindelijk samen bier kunnen drinken. Zonder vrouwen, zonder regels en zonder keurslijf.

3.4.3. Generaliseren

Deze reclame is slechts een voorbeeld van een veel grotere campagne. Een campagne waarin
mannen weer ‘echte mannen’ moeten worden.11 Veel reclames dragen deze boodschap met zich
mee. Neem bijvoorbeeld reclames van gezichtsverzorging, alleen voor mannen. Of Coca Cola Light
dat Coca Cola Zero wordt, speciaal voor mannen. Deze verandering is een voortvloeisel uit onze
11
Vugt, Theo van “Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte.” Zie bijlage 2 voor het volledige artikel.

12
feministische maatschappij, waarin vrouwen de mannen tot lieve huisvaders en schoothondjes
omtoverden. Een briljant artikel geschreven door Liz Jones en Nirpal Dhaliwal getiteld “How
feminism destroyed real men” maakt dit op een pijnlijke maar zeer treffende manier duidelijk.

“Back in the Nineties, emboldened by the successes of feminism, women sought to slay the
dragon of patriarchy by turning men into ridiculous cissies who would cry with them through
chick-flicks and then cook up a decent lasagne.
Suddenly, women wanted to drive home their newfound equality by moulding men to be
more like them.” 12

Wat dit voorbeeld mooi laat zien is dat het de schuld van vrouwen is dat mannen van deze
metroseksuele watjes zijn geworden. En helaas beginnen we nu in te zien wat voor fout dat is
geweest. “Instead, women are now lumped with flabby invertebrates, little more than doormats,
whom they secretly despise but are too proud to admit it.”13

Ook de reclame van Bavaria laat duidelijk deze veranderende mentaliteit zien. Theo van Vught
schreef op Molblog.nl een artikel over deze reclame. Hij laat daarin zien dat er een verandering
plaatsvindt op het gebied van wat vrouwen willen en naar aanleiding daarvan wat mannen moeten
worden: geen metroseksuelen meer, maar uberseksuelen.

“Ze dreven te ver weg van echt mannengedrag, dat toch wel een zekere appeal heeft voor
vrouwen. De Metrosexual had te weinig energie en was te veel slaaf van bepaalde magazines
en andere pseudo-autoriteiten. In feite was hij toch te oppervlakkig en daardoor te weinig
interessant voor vrouwen. Hij opende echter wel de deur voor de Ubersexual.
De Ubersexual is de man die vol passie is voor zijn interesses en relaties. Hij doet de dingen,
omdat hij ze zelf wil doen en niet omdat iemand anders dat zo goed of interessant vindt. De
Ubersexual heeft zelfvertrouwen, is echt mannelijk en authentiek. Toegewijd en
gepassioneerd in zijn werk en leven.”14

En niet alleen reclames pikken deze trend op. Ook televisie series zoals OUTBACK JACK of MEN IN TREES. De
eerstgenoemde heeft ongeveer hetzelfde concept als THE BACHELOR waarin vrouwen strijden om de
liefde van een man, maar in dit geval is de man geen gladgeschoren miljonair, maar een echte
Australiër uit de wildernis. MEN IN TREES gaat over een schrijfster uit een wereldstad die ergens in
Alaska verblijft in een klein dorp, waar de mannen nog echte houthakkers zijn met passie voor het
leven. Weer allemaal voorbeelden van vrouwen die echte mannen willen in plaats van
metroseksuelen.

12
Jones, L. en Dhaliwal, N. “How feminism destroyed real men.” Zie bijlage 3 voor het volledige artikel.
13
Jones, L. en Dhaliwal, N. “How feminism destroyed real men.” Zie bijlage 3 voor het volledige artikel.
14
Vugt, Theo van “Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte.” Zie bijlage 2 voor het volledige artikel.

13
3.5. Conclusie

Dan is het nu tijd voor een antwoord op de hoofdvraag:

Wat is de mediaboodschap achter de reclame van Bavaria en hoe komt deze boodschap tot uiting in
de maatschappij?

Naar mijn idee is de reclame van Bavaria slechts de drager van een veel grotere en belangrijke
mediaboodschap: Vrouwen willen geen metroseksuele mannen meer. Geen watjes die op de bank
hangen en alles doen wat de vrouw verlangt. Vrouwen willen tegenstand. Vrouwen willen iemand
om zich tegen af te kunnen zetten, die ze af en toe even op hun plek wijst. Vrouwen willen echte
mannen, echte Uberseksuele mannen. Naast deze reclames zijn er nog veel meer media uitingen die
deze boodschap laten horen. Televisieprogramma’s, artikelen in kranten en op Internet,
reclamecampagnes en bedrijven. Allemaal focussen ze zich op de wedergeboorte van de echte man
en dragen dezelfde boodschap uit: Mannen moeten weer ‘echte mannen’ worden!

Tegelijkertijd moeten we ons natuurlijk wel realiseren dat door de overdrijving in de reclame van
Bavaria deze hele boodschap weer een beetje verzacht wordt. We weten allemaal dat mannen niet
opeens rauw vlees van botten scheuren en zichzelf in het gevaar storten. Uiteindelijk blijven het
toch maar mannen die zichzelf misschien wat stoerder en mannelijker op moeten stellen maar toch
nog het liefst bij mamma op de bank warme chocomel drinken.

14
4. Kwantitatief onderzoek

4.1. Inleiding

Heb jij je wel eens afgevraagd of het gebruik van hoofdletters en leestekens in taal een functie
heeft of dat het eigenlijk willekeurig gebruikt wordt? Of is dit misschien afhankelijk van de functie
van de tekst?

Dit kwantitatieve onderzoek heeft alles te maken met de taalwetenschap. Door middel van een
corpusonderzoek ga ik een aspect uit de taalwetenschap onderzoeken en toelichten. Het medium
dat hierin centraal staat is MSN. MSN is een chatprogramma waar gebruikers (of contactpersonen)
met elkaar kunnen communiceren, privé of in groepen. Specifiek ga ik kijken naar de persoonlijke
berichten van de contactpersoon. Dit persoonlijk bericht is een soort ondertitel onder of achter de
naam van de contactpersoon.

Over het algemeen is MSN een medium waarbij meer gebruik wordt gemaakt van spreektaal dan van
schrijftaal. Dit komt door de snelheid waarmee berichten verstuurd worden. Hierdoor is de taal
simpeler dan schrijftaal, met minder grammaticale constructies. Ook worden er vaak minder
moeilijke woorden gebruikt, of zelfs speciale tekens, afkortingen en smileys. Deze zorgen ervoor
dat er minder tijd nodig is om een volledige boodschap duidelijk te maken. Het persoonlijk bericht
op MSN is een verhaal apart. Over deze berichten kan men langer nadenken dan in een real time
gesprek en zal dus misschien meer lijken op schrijftaal dan op spreektaal. Waar ik naar ga kijken is
of het gebruik van de zogenaamde typografische tekens afhankelijk is van de functie van het
persoonlijk bericht.

In het verslag zal als eerste de aanleiding van mijn onderzoek naar voren komen (paragraaf 4.2.).
Daarna laat ik zien hoe ik mijn onderzoek heb opgezet en geoperationaliseerd (paragraaf 4.3.).
Vervolgens ga ik verder met het theoretische kader waar mijn onderzoek betrekking op heeft
(paragraaf 4.4.). Na de analyse in paragraaf 4.5. zal ik hier de resultaten van geven (paragraaf
4.5.3.) en ten slotte een conclusie vormen en de resultaten van mijn onderzoek ter discussie stellen
(paragraaf 4.6.).

15
4.2. Aanleiding onderzoek: praktisch kader

Ik ben mijn onderzoek begonnen door een willekeurig corpus op te stellen van persoonlijke
berichten op MSN. Het corpus heb ik bekeken en er viel mij voornamelijk een ding op. Het gebruik
van leestekens, smileys en dergelijke zag er compleet willekeurig uit. Maar is dat wel zo? Is het niet
zo dat het gebruik van deze typografische tekens juist een functie heeft? Vanuit enige persoonlijke
ervaring kan ik zeggen dat dit wel degelijk zo is. Daarnaast verschilt het uiterlijk van de
persoonlijke berichten ook heel erg door het gebruik van typografische tekens. Sommige berichten
zijn heel lang, andere bestaan slechts uit een paar tekens. Andere berichten staan vol met
hoofdletters en andere berichten maken hier helemaal geen gebruik van. De reden hiervoor is
volstrekt onduidelijk, omdat het gebruik van typografische tekens helemaal willekeurig lijkt.
Zodoende heb ik de volgende hoofdvraag voor mijn onderzoek geformuleerd:

In welke mate worden typografische tekens gebruikt in persoonlijke berichten op MSN en is


dit gebruik van typografische tekens afhankelijk van de functie?

Naar aanleiding van mijn aanname dat typografische tekens inderdaad een functie hebben, heb ik
de volgende hypothese opgesteld:

Het gebruik van typografische tekens in persoonlijke berichten op MSN is functioneel.

4.3. Opzet en operationalisering onderzoek

In de opzet en operationalisering van het onderzoek zal ik duidelijk maken wat de ordening en de
structuur van het kwantitatieve onderzoek inhoudt.

Naar aanleiding van de hypothese heb ik het volgende monocausale ordeningsmodel gemaakt:

Onafhankelijke variabele Afhankelijke variabele

Typografie in de Taal Functie

16
Het bovenstaande model geeft aan welke variabelen in mijn onderzoek de hoofdrol spelen. Aan de
ene kant hebben we het gebruik van typografische tekens, of typografie, in taal en aan de andere
kant de functie. De laatste is de afhankelijke variabele. Dit wil zeggen dat de functie van de
persoonlijke berichten op MSN afhankelijk is van het gebruik van de typografie in taal.
In het onderzoek zal ik onderscheid maken in verschillende soorten persoonlijke berichten en de
tekens die in deze berichten voorkomen en wat ze betekenen. Daarna kijken we of het gebruik van
typografische tekens van de berichtsoort afhankelijk is of dat er in alle soorten berichten evenveel
gebruik van gemaakt wordt.

Het volgende model hanteer ik bij de uitvoering van mijn onderzoek:

Typografie in de
Taal

Desk Research Analyse resultaten Discussie

Functionaliteit

4.3.1. Desk research: Analyse Corpus

Mijn onderzoek ben ik begonnen met het verzamelen van een corpus van 100 persoonlijke
berichten. Deze zijn niet alleen van mijn eigen contactpersonen maar een combinatie van de
contactpersonen van drie verschillende msn-gebruikers. Hierdoor hoop ik een zo representatief
mogelijk corpus te krijgen. Hieronder volgt een toelichting op de manier waarop ik mijn onderzoek
ga uitvoeren.

 Onderverdeling in categorieën berichten.


Ten eerste ga ik de berichten onderverdelen in categorieën. Dit doe ik om te kunnen bepalen welke
functie het bericht heeft en dan kan ik later kijken of de soorten typografische tekens verband
hebben met deze functie. Om het verschil tussen de berichten aan te tonen heb ik het volgende
voorbeeld gebruikt waarin te zien is dat bericht A heel anders is dan bericht B:
A: Consequences are a lot, but hey that's the way things go (bericht 17)
B: naar school! (bericht 76)

 Vastleggen van de gebruikte typografische tekens.


In dit onderdeel ga ik alle tekens die in mijn corpus gebruikt worden corpus tellen. Daarna kijk ik of
er verbanden zijn tussen de gebruikte tekens (en de hoeveelheid) en de functie van de berichten.

17
 Statistieken verzamelen
Bij het verzamelen van de statistieken zullen de eerste resultaten van het onderzoek misschien al
zichtbaar worden. Hier komt duidelijk naar voren of er tekens zijn die specifiek bij bepaalde
functies gebruikt worden en de mate waarin dit gebeurd.

 Verband zoeken tussen de typografische tekens en de functionaliteit.


Naar aanleiding van de statistieken zal ik gaan bekijken of er een duidelijk aantoonbaar verband is
tussen de typografische tekens en de functie van het persoonlijke bericht.

4.3.2. Analyse resultaten

 Al dan niet verwerpen van de hypothese


Als laatste komt het resultaat van de analyse. Hier zal ik de gevonden resultaten bespreken en
kijken of de hypothese juist of onjuist is.

4.3.3. Begripsbepaling:

Typografische tekens: de tekens die gebruikt worden om persoonlijke berichten vorm te geven:
leestekens, hoofdletters en smileys.

Persoonlijke berichten: de berichten achter/onder de naam van de contactpersoon op MSN.


MSN: een instant messenger van Microsoft, soort chatprogramma.

Soort bericht: bijvoorbeeld: is een persoonlijk bericht bedoeld als een emotie, het aangeven van
bezigheden, iets dat een contactpersoon opmerkelijk vond of gewoon willekeurig?

Functionaliteit: De functie van het bericht is het doel dat het bericht heeft of met andere woorden
datgene wat het bericht aan de lezer over wil brengen (het soort bericht).

De functies van de persoonlijke berichten op MSN heb ik onderverdeeld in de volgende categorieën:

Q = niet zelf bedacht stukje tekst, maar geciteerde tekst van bekenden, onbekenden of uit
liedjes.
E = emoties, namen, gevoelens en/of eigenschappen van de contactpersoon
D = bezigheden zoals eten, slapen, trainen etc.
P = plaatsen zoals landen, steden, werk, school etc.
R = (in)directe reclame voor websites, programma’s, evenementen etc.
G = bericht naar aanleiding van een gebeurtenis die heeft plaatsgevonden of nog moet
plaatsvinden

18
O = bericht dat niet in te delen is in bovenstaande categorieën

19
De volgende typografische tekens zijn gebruikt in het corpus: 15

ABC Hoofdletters, aan het begin van de zin of in namen.

. Punt, om het eind van een zin te verduidelijken

, Komma, geeft een pauze aan tussen twee zinsdelen


Beletselteken of gedachtepuntjes. Het teken wordt gebruikt: Om aan te geven
dat een deel van de zin is weggelaten, of om een pauze aan te geven, of om

in een citaat aan te geven dat er iets is weggelaten. Meestal wordt het dan
tussen haakjes gezet.
! Uitroepteken, gebruikt om nadruk te leggen op een woord of zin

? Vraagteken, aan het eind van een zin om de vraag duidelijk te maken
Apostrof of weglatingsteken, geeft aan dat er letters van een woord zijn

weggelaten
Dubbele punt, wordt midden in een zin geschreven als er een opsomming of
:
nadere verklaring wordt gegeven
Aanhalingstekens, gebruikt om aan te geven dat een uitspraak, citaat of zin
“”
letterlijk wordt weergegeven
(bah)
Smiley, schaap
(8) Smiley, muzieknootje
:P
Smiley, steekt tong uit
;)
Smiley, knipoogt
:)
Smiley, glimlacht
=D of :D
Smiley, lacht
(f)
Smiley, bloem
<3 Smiley die een hartje voor moet stellen (90 graden tegen de klok in gedraaid)
At, teken dat gebruikt wordt om aan te geven waar iemand is. Ik ben @ school
@
= ik ben at/op school
| Verticale streep, gebruikt om onderscheid te maken tussen zinnen

/ Breukstreep, gebruikt om onderscheid te maken tussen zinnen

> en < Extra aandacht voor de tekst tussen haakjes, indexen


Tilde, in dit verband geen bijzondere betekenis, wordt gebruikt om de tekst
~ te verfraaien. Soms wordt de tilde gebruikt in sarcastische opmerkingen op
het Internet. Bijvoorbeeld als in: Ik ga uit m’n dak.~

15
http://nl.wikipedia.org/wiki/Leesteken en http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_internetjargon gebruikt voor het
definiëren van de tekens.

20
4.4. Theoretisch kader

David Crystal heeft een artikel geschreven over de typografie in de taal.16 In dit artikel laat hij met
een paar treffende voorbeelden zien wat een verschil het kan zijn om tekst met of zonder
hoofdletters te schrijven. Maar hij haalt eerst nog een ander belangrijk punt aan. Namelijk de vraag
waarom typografie geen veelbesproken aspect is in de taal. Crystal zegt hierover:

“I want to focus, rather, on the extent to which, within a text […] it is possible for us to use
typographic features to change the linguistic meaning of what we write. Before illustrating
this point, I must refer to a second reason why this topic is not commonly addressed, and
this arises out of the familiar observation […] that typography ought to be an invisible
carrier of content.”17

Wat Crystal hier zegt is dat het uiterlijk van de letters niet belangrijk of onzichtbaar zou moeten
zijn voor de boodschap die ze overbrengen, want anders zouden ze de boodschap van het bericht
kunnen veranderen. Als voorbeeld neem ik het volgende:

God - god
De Kerk - de kerk

Het verschil tussen deze woorden is slechts het gebruik van de hoofdletters, maar de betekenis
wordt toch anders. De woorden aan de linkerkant komen veel krachtiger en machtiger over in
tegenstelling tot de woorden rechts. Crystal geeft een mooi voorbeeld uit de boeken van A.A. Milne,
de schrijver van Winnie the Pooh:

“Eeyore doesn’t normally talk in initial capitals, except when he is making a Very Important
Point:
‘That Accounts for a Good Deal,’ said Eeyore gloomily. ‘It Explains Everything. No Wonder.’
‘Thank you, Pooh,’ answered Eeyore. ‘You’re a real friend,’ said he. ‘Not Like Some,’ he
said.”18

De hoofdletters leggen nadruk op de woorden die extra belangrijk in de tekst. Een verschijnsel dat
naar mijn weten ook vaak voorkomt in MSN-taal. Dit soort gebruik van typografische tekens wordt
ook veel gebruikt in persoonlijke berichten op MSN. Maar hoofdletters zijn niet de enige tekens die
gebruikt worden. Daarnaast is het soort bericht waarschijnlijk ook van belang.

16
David Crystal “Towards a typographical linguistics.” Type (Spring 1998)
17
Ibidem, 11
18
Ibidem, 15

21
4.5. Analyse

4.5.1. Onderverdeling in categorieën berichten.

De persoonlijke berichten van het corpus zijn ingedeeld in de eerder genoemde categorieën. De
indeling heb ik gemaakt met behulp van de makers van de berichten. Ik heb aan hen gevraagd in
welke categorie zij hun bericht indelen en dat gemarkeerd in het corpus.19 Het resultaat van deze
onderverdeling is te zien in de tabel hieronder.

Tabel 1

Het persoonlijk bericht… Aantal berichten in corpus

… geeft een quote weer.


45
Gemarkeerd door (Q) in het corpus.
… zegt iets over de contactpersoon zelf.
13
Gemarkeerd door (E) in het corpus.
… geeft bezigheden van de contactpersoon aan.
13
Gemarkeerd door (B) in het corpus.
… geeft een plaats aan waar de contactpersoon is of zal zijn.
12
Gemarkeerd door (P) in het corpus.
… maakt reclame.
7
Gemarkeerd door (R) in het corpus.
… zegt iets over een gebeurtenis.
5
Gemarkeerd door (G) in het corpus.
Overig.
5
Gemarkeerd door (O) in het corpus.

19
Sommige berichten zijn combinaties van twee of meer bovenstaande categorieën. Bij deze berichten is gekeken naar de
meest overheersende categorie en vervolgens bij die categorie ingedeeld. Voor de uitleg van de categorieën zie punt 4.3.3.

22
4.5.2. Vastleggen van de gebruikte typografische tekens.

Tabel 2: Gebruik van typografische tekens in corpus en per bericht

Aantal berichten
Het totaal aantal Gemiddeld aantal
Het typografische teken waarin het teken
tekens in corpus tekens per bericht
gebruikt is
ABC 138 47 1,38

. 24 19 0,24

, 20 17 0,20

… 18 13 0,18

! 33 21 0,33

? 7 4 0,07

’ 12 8 0,12

: 1 1 0,01

“” 2 1 0,02

(bah) 1 1 0,01

(8) 2 2 0,02

:P 2 1 0,02

;) 1 1 0,01

:) 1 1 0,01

=D of :D 5 3 0,05

(f) 2 2 0,02

<3 2 2 0,02

@ 5 5 0,05

| 3 2 0,03

/ 2 2 0,02

> en < 4 1 0,04

~ 4 2 0,04

In de tabel hierboven zijn alle gebruikte tekens van het corpus vastgelegd. Naast het totaal aantal
tekens in het corpus is ook aangegeven in hoeveel berichten het teken gebruikt werd en hoeveel
typografische tekens gemiddeld per bericht zijn gebruikt. Dit heb ik gedaan om straks aan te

23
kunnen geven of het gebruik van specifieke typografische tekens afhankelijk is van de functie van
het bericht. Alle cijfers worden afgerond op twee decimalen.
In de tabel hieronder zijn de 5 meest gebruikte tekens per functie aangegeven. Ik heb dit beperkt
tot 5 tekens zodat er een goed onderscheid gemaakt kan worden tussen de belangrijkste verschillen
en dat teveel overbodige informatie niet meegenomen wordt.

Tabel 3: De 5 meest gebruikte tekens per functie.

Functie Tekens en aantal

Q 46 x ABC 17 x, 14 x. 9 x! 7 x…

E 5 x ABC 2 x <3 2 x! 2 x… 2 x.

B 36 x ABC 4 x! 2 x :P 2 x… 1 x :D

P 40 x ABC 13 x! 5 x@ 3 x… 2 x,

R 11 x ABC 6 x. 4 x<> 3 x! 1 x’

G 5 x? 3 x… 3 x :D 1 x, 0

O 2 x. 2 x! 1 x (f) 1 x… 0

In de volgende tabel laat ik zien hoeveel van de tekens gemiddeld per bericht gebruikt worden.
Deze tabel kunnen we dan gaan vergelijken met de eerste tabel waarna het verschil per categorie
duidelijk wordt.

Tabel 4: Gemiddelde hoeveelheid tekens per bericht, per functie.

Aantal
Functie Tekens en gemiddeld aantal tekens per bericht
berichten

Q 45 1,02 x ABC 0,37 x, 0,31 x. 0,2 x! 0,16 x…

E 13 0,38 x ABC 0,15 x <3 0,15 x! 0,15 x… 0,15 x.

B 13 2,77 x ABC 0,30 x! 0,15 x :P 0,15 x… 0,08 x :D

P 12 3,33 x ABC 1,08 x! 0,42 x@ 0,25 x… 0,16 x,

R 7 1,57 x ABC 0,85 x. 0,57 x<> 0,42 x! 0,14 x’

G 5 1 x? 0,6 x… 0,6 x :D 0,2 x, 0

O 5 0,4 x. 0,4 x! 0,2 x (f) 0,2 x… 0

24
In de volgende tabel zal ik het gemiddelde aantal typografische tekens van het corpus en van de
verschillende functies naast elkaar zetten. Hierdoor zullen eventuele verschillen goed duidelijk
worden. Het gemiddeld aantal tekens per bericht van het corpus neem ik als standaard. Bij de
functies zal ik door middel van kleuren aangeven of het gemiddelde aantal tekens per bericht per
functie boven (groen) of onder (rood) het gemiddelde van het corpus ligt.

Tabel 5: Vergelijking van het gemiddeld aantal tekens in het corpus en in de categorieën.

Teken Corpus Q E B P R G O

ABC 1,38 1,02 0,38 2,77 3,33 1,57 0 0

. 0,24 0,31 0,15 0 0 0,85 0 0,40

, 0,20 0,37 0 0 0,16 0 0,20 0

! 0,33 0,20 0,15 0,30 1,08 0,42 0 0,40

… 0,18 0,16 0,15 0,15 0,25 0 0,60 0,20

<3 0,02 0 0,15 0 0 0 0 0

@ 0,05 0 0 0 0,42 0 0 0

:P 0,02 0 0 0,15 0 0 0 0

:D 0,05 0 0 0,08 0 0 0,60 0

? 0,07 0 0 0 0 0 1 0

’ 0,12 0 0 0 0 0,14 0 0

<> 0,04 0 0 0 0 0,57 0 0

(f) 0,02 0 0 0 0 0 0 0,20

25
4.5.3. Analyse Resultaten

Het eerste dat mij opvalt aan de resultaten van de analyse is dat de tekens die het meest gebruikt
worden per functie verschillen. Sommige tekens die in de ene categorie heel veel gebruikt worden
komen in een andere categorie helemaal niet voor.

De resultaten waar we het meest mee kunnen zijn de resultaten in de eerste 5 regels van tabel 5.
Deze resultaten zal ik in het kort bespreken.

Hoofdletters

De gemiddelde hoeveelheid hoofdletters in het corpus is 1,38 hoofdletters per bericht. In categorie
Q ligt dit aantal een stuk lager met slechts 1,02 hoofdletters per bericht. Dit vind ik nogal opvallend
omdat dit de categorie is met het grootste aantal berichten in het corpus (45 berichten).

Daarentegen ligt categorie P met 3,33 hoofdletters per bericht ruim 1,95 tekens hoger dan het
gemiddelde van het corpus. Dit is waarschijnlijk te verklaren doordat de plaatsen genoemd in P
vaak met een hoofdletter geschreven worden, terwijl de berichten in totaal een stuk korter zijn.

Punt

Het gemiddelde aantal punten per bericht in het corpus is 0,24. In categorie Q ligt dit resultaat iets
hoger met 0,31 punten per bericht. Dit is te verklaren doordat Q vaak letterlijk geciteerde teksten
bevat. Deze zullen waarschijnlijk vaker afgerond worden met een punt in tegenstelling tot de
zelfgetypte berichten in het corpus.

De grootste afwijking is te zien in categorie R. Dit is de categorie waarin de berichten vaak een
reclame functie hebben. Waar vaak reclame voor wordt gemaakt is bijvoorbeeld voor websites.
Deze reclameberichten bevatten vaak al 2 punten in de notatie van het webadres. Hierdoor is het
resultaat van 0,85 punten per bericht ook duidelijk hoger dan het gemiddelde van het corpus.

Ook opvallend is dat in categorie B, P en G de punten helemaal niet vaak gebruikt worden.

Komma

De komma komt in het corpus voor met gemiddeld 0,20 komma’s per bericht. Ook hier is categorie
Q weer de meest opvallende met 0,37 komma’s per bericht. Ook hier is de verklaring in de functie
van het bericht te vinden.

26
Door het letterlijk weergeven van geciteerde teksten zijn deze teksten vaak een stuk langer dan het
gemiddelde bericht en wordt er dus vaker gebruik gemaakt van de komma. Soms worden ook twee
aparte zinnen, bijvoorbeeld uit een liedje, verbonden met een komma. Dit omdat in het persoonlijk
bericht van MSN geen gebruik gemaakt kan worden van meerdere regels.

Leuk om op te merken is dat bij categorie G het gemiddelde precies gelijk is aan het gemiddelde
aantal komma’s uit het corpus.

Uitroepteken

Dit teken wordt het meest gebruikt in de meeste categorieën. Daarbij liggen categorie Q, E en B
onder het gemiddelde en categorie P, R en O ruim boven het gemiddelde.

De meest logische verklaring daarvoor is dat in de laatste 3 categorieën over het algemeen minder
tekens gebruikt worden en minder berichten in deze categorieën vallen waardoor het gemiddelde
aantal uitroeptekens hoger uitkomt. Als ik dat meeneem in dit resultaat kan ik denk ik zeggen dat
het uitroepteken per categorie min of meer gelijk is.

Beletselteken

Dit teken wordt met net als het uitroepteken in de meeste categorieën veel gebruikt. Ook hier zien
we dat de laatste categorieën ruim boven het gemiddelde van 0,18 beletseltekens per bericht
komen.

Dit heeft waarschijnlijk dezelfde verklaring als het uitroepteken. Relatief minder berichten en
minder tekens in totaal waardoor het gemiddelde een stuk hoger komt te liggen.

Daarnaast is hier de afwijking onder het gemiddelde nog net iets kleiner dan bij het uitroepteken.
Dit zal te maken hebben met het feit dat in categorie Q, E en B vaak net iets meer tekens gebruikt
worden dan in gemiddeld in het corpus.

Eigenlijk vind ik dit een heel mooi resultaat omdat ook hier duidelijk is dat in deze categorieën
ongeveer evenveel beletseltekens gebruikt worden als in het corpus.

27
4.6. Conclusie en discussie

In deze paragraaf geef ik antwoord op de hoofdvraag:

In welke mate worden typografische tekens gebruikt in persoonlijke berichten op MSN en is dit
gebruik van typografische tekens afhankelijk van de functie?

In de analyse heb ik goed vast kunnen leggen in welke mate typografische tekens gebruikt worden in
persoonlijke berichten op MSN. Daarbij is het voor mij niet duidelijk geworden of dit gebruik
afhankelijk is van de functie van het bericht. De resultaten waren daarvoor niet duidelijk en
expliciet genoeg. Wel was duidelijk dat er verschillen zijn te ontdekken in de mate van het gebruik
van deze tekens per categorie. De vraag die mij nog rest is of dat daadwerkelijk functioneel van
aard is of dat er vooral veel willekeurigheid en toeval in het spel is.

De hypothese die ik eerder heb gesteld was deze:

Het gebruik van typografische tekens in persoonlijke berichten op MSN is functioneel.

Deze hypothese moet ik verwerpen. Er is gewoon géén duidelijk resultaat waarop de hypothese
gebaseerd kan worden.

Hiermee kom ik meteen tot de discussiepunten van dit onderzoek. Ik denk dat ik achteraf te weinig
verschillende soorten materiaal heb gebruikt. Mijn onderzoek zou betere resultaten hebben gehad
als er van elke categorie hetzelfde aantal berichten aanwezig zouden zijn geweest.
Daarnaast was het misschien handiger geweest om te kijken naar een specifiek teken in plaats van
naar alle typografische tekens. Een selectie uit deze tekens, bijvoorbeeld alleen hoofdletters,
punten en uitroeptekens zou al een stuk beter te onderzoeken zijn geweest.

Mijn aanbevelingen voor een vervolgonderzoek:

• Zorg ervoor dat bij het gebruik van meerdere categorieën of functies van iedere categorie
hetzelfde aantal berichten gebruikt wordt.
• Maak een selectie uit de typografische tekens en kijk alleen naar die tekens.

• Eventueel zou er gekeken kunnen worden naar het verschil tussen spreek- en schrijftaal in
vergelijking met de taal die normaal op MSN gebruikt wordt.

28
5. Conclusie

Het doel van dit dossier was om vanuit twee verschillende disciplines een onderzoek uit te voeren
en om deze twee aan elkaar te verbinden. De overeenkomsten tussen taalwetenschap (of taal) en
cultuurstudies (of cultuur) waren voor mij niet makkelijk om aan te tonen. De rode draad tussen het
algemene deel en mijn kwalitatieve onderzoek was voor mij nog het duidelijkst, vooral omdat
beiden ongeveer hetzelfde onderwerp hadden. Nu lijkt het mij in ieder geval nogal lastig om een
corpusonderzoek te vergelijken met een kwalitatief onderzoek omdat het materiaal zo verschillend
is. Toch wil ik hier proberen om een klein bruggetje te slaan tussen de twee disciplines die centraal
staan in dit dossier.

Taal is een heel technisch ding terwijl cultuur juist iets is dat volgens mij veel meer om gevoel,
normen en waarden draait. Taal zorgt ervoor dat mensen met elkaar kunnen communiceren en
boodschappen en ideeën over kunnen brengen en taalwetenschappen laten zien hoe dit precies
gebeurt. Cultuurstudies laten zien hoe met allerlei maatschappelijke aspecten omgegaan wordt en
hoe dat per cultuur verschilt.

Deze twee definities zijn ontzettend kort door de bocht en dat realiseer ik me ook, maar dit is voor
mij de enige manier waarop ik de vraag concreet kan beantwoorden.

Ik denk dat zowel taal als cultuur niet zonder elkaar kunnen. Taal is nodig om cultuur te
beschrijven, maar taal is ook afhankelijk van cultuur. De cultuur bepaalt enerzijds de manier
waarop we met elkaar spreken, communiceren of hoe het discours gevormd wordt en anderzijds
bepaald taal de manier waarop we dit kunnen doen.

Ik vind het heel lastig om deze twee abstracte objecten te verbinden. Dit is voor mij net zoiets als
de vraag of de kip er eerder was dan het ei en ik denk dat we dezelfde vraag ook bij deze twee
disciplines kunnen stellen. Zonder het een was het ander er waarschijnlijk ook niet geweest.

29
6. Literatuur

Chandler, Daniel “Models of the sign”, Semiotics. The basics. London: Routledge, 2002. 17-42

Clark, Herbert “Language Use.” Using Language. Cambridge: Cambridge University Press, 2006. 3-25

Crystal, David “Towards a typographical linguistics.” Type, Spring 1998. 7-23


http://www.crystalreference.com/DC_articles/Linguistics17.pdf

Dolphijn, R. Inleiding CIW, hoorcollege 2. Gehouden op 17 oktober 2007 te Drift 21, Utrecht.

Dolphijn, R. Inleiding CIW, hoorcollege 6. Gehouden op 15 oktober 2007 te Drift 21, Utrecht.

Foucault, M. Breekbare Vrijheid: teksten & interviews. Amsterdam: Boom Parrèsia, 2004

Houtkoop, H. “Handelen in taal.” Inleiding Communicatiekunde, 2001.

Jones, L. en Dhaliwal, N. “How feminism destroyed real men” [2006]


How feminism destroyed real men – The Daily Mail – bekeken op 27 oktober 2007
http://www.dailymail.co.uk/pages/live/femail/article.html?in_article_id=398998&in_page_id=1879

Mulder, Arjen “Communicatie”, Over mediatheorie. Rotterdam: V2_/Nai Uitgevers, 2004. 29-53

Vandale.nl – Online woordenboek


http://www.vandale.nl/opzoeken/woordenboek/

Vennix, J. Onderzoeks- en Interventiemethodologie: een beknopte inleiding. Nijmegen: Nijmegen


School of Management, 2003.

Vugt, Theo van “Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte.” [2006]
Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte - bekeken op 18 oktober 2007.
http://www.molblog.nl/Merken/2419

30
Bijlage 1: Corpus

CORPUS inclusief categorieën aangeduid door (Q), (E), (B), (P), (R), (G) en (O)

Persoonlijke berichten op MSN

1. (Q) Voor elke oplossing bestaan 2 problemen.


2. (B) Busy
3. (P) @Work
4. (Q) piñata piñata.!
5. (Q) na die avond liep je nog even mee (8)
6. (O) motherfucker.redeemer
7. (P) Nog 3 dagen tot Afrika!
8. (Q) It’s only you I want!
9. (B) eten
10. (E) super student
11. (E) <3 (bah) de zon komt weer door de wolken…
12. (B):P WERK WERK, LEKKER WERKEN :P
13. (E) <3 S.
14. (P) @ home, gewoon weer werken na een week intro valt niet mee
15. (R) www.elbertwaller.nl
16. (E) nog steeds gaar
17. (Q) Consequences are a lot, but hey that's the way things go
18. (E) 7.5 voor mijn presentatie iot nu de rest nog en dan vakantie jaja sommige mensen moeten
wel werken
19. (G) wie gaat er mee skieeen????
20. (E) goeie goeie, wat een klote berg
21. (E) my soul is on fire thanks to you,i like it ;)
22. (Q) Brilliance of the moon, touch of the wind.
23. (P) Back at work…
24. (G) major ook pas leuk als het af is…?
25. (P) VENICE, HERE I COME!!!!!!!!!!!
26. (R) prison break S3 episode 1 !!
27. (Q) een persoonlijk bericht
28. (E) pluisje
29. (E) geknipt!
30. (B) Nachtkanoën =D
31. (Q) Unfortunately peanutbutter
32. (Q) Most affections are habits or duties we lack the courage to end.
33. (P) Portugal :D
34. (O) tq!
35. (Q) Einmal in Berlin gelandet, kommt man kaum mehr weg
36. (Q) Je weet hoe ik leef, ik space, alsof ik in de motherfucking matrixx zit
37. (Q) I died in my dreams, whats that suposed to mean?
38. (B) tot op de Coolsingel!!
39. (B) verhuizen: laan van presikhaaf 58-1
40. (B) Nog 1 weekje... Met Jannie naar Faithless!
41. (P) (f) Fin || @ Arnhem
42. (R) Windows XP for the win!

31
43. (R) NLT de sage gaat door
44. (B) huiswerk holadijeeej
45. (Q) My dreams, my life, my world, my reality.
46. (Q) I get religion quick. ‘Cos you’re looking divine (8)
47. (Q) "Yeah it was awesome, compared to bullshit."
48. (P) @work....broken....
49. (G) 16 kleiduiven
50. (P) thuis thuis
51. (O) je zou hier wat boeiends neer kunnen zetten....
52. (Q) Into my arms…
53. (P) vanavond AAPEN VALLEI
54. (Q) El Muchacho Burracho!
55. (Q) bier
56. (R) www.spuien.com
57. (Q) Vvvoooeeetttbbbaaallll
58. (O) .
59. (Q) jammer maar helaas / en de interesse in andermans wederwaardigheden is schier oneindig.
60. (E) gracieus vallende dame
61. (Q) Met verdedigen scoor je geen punten!
62. (Q) Zaloewoe
63. (Q) Speed is freedom to the soul. The question is not 'when they will stop'. But who will stop
'em.
64. (Q) Every story worth telling.... starts with me
65. (B) zondag naar AZ – Ajax :)
66. (Q) My little fish don’t cry.
67. (Q) Trying to reach heaven without dying.
68. (Q) I'm gonna call it a night.. - I think it's already called that..
69. (Q) Princess Suze strikes again!
70. (Q) Wat gij niet wil dat een ander geschiedt, doe dat ook uzelve niet
71. (O) een (f) voor jou!
72. (P) @ UU
73. (R) Stealth Records
74. (R) Open Ary 4 foto's nu online >>foto.openary.nl<<
75. (E) It's Sarah Bitch!
76. (P) naar school!
77. (B) /ff douchen
78. (Q) Laat mij maar dromen!
79. (B) ZZzzZzzzZzzzzZZzzzz...
80. (B) gaat snowboarden!
81. (G) nieuwe mountainbike :D :D :D
82. (B) zoekt naar inspiratie...
83. (Q) Come and dance with me tonight
84. (Q) Turn of my robotic brain
85. (Q) ik kan het niet aan Heer
86. (Q) How sweet life would be if I could be free from the sinner in me
87. (Q) an adventure as big as life itself
88. (Q) Het interesseert je ook helemaal niets hé?!
89. (Q) Choo Choo!
90. (Q) koekie
91. (G) .........kogel door de kerk,... maar toch niks gezegt

32
92. (Q) zoveel hout ik van me hut
93. (Q) To this feeling in my blood. To the forces of your love, I surrender, I surrender!
94. (Q) . Sorry, Blame It On Me
95. (Q) ~hohoho~
96. (Q) ~de tijd.. zo weinig oorzaak, zoveel gevolg..~
97. (E) Oef wat n avond..
98. (Q) Go find your own truth
99. (E) guidy
100.(Q) Love is in the air

33
Bijlage 2: Bavaria geeft echte mannen weer de ruimte
[ma 27 mar 2006, 20:36]

Vanmiddag werd in Amsterdam de nieuwe Bavaria-campagne gepresenteerd.


Trendgoeroe Marian Salzman mocht opdraven om de Metrosexual ten grave te dragen en de komst van de Ubersexual aan te
kondigen.

De man die weer lekker ongedwongen man is. Helemaal zichzelf en dus een hekel heeft aan dassen en scheren. Geen watje
meer, maar een echte vent.
De campagne van Bavaria, gemaakt door KesselsKramer, is gebaseerd op dat idee van de terugkeer naar mannelijke waarden.

We zien een over the top-film van Amerikaans sprekende mannen die strijken, boodschappen doen, hun haar laten wassen en
daar duidelijk genoeg van hebben.

‘Vroeger droegen we een harnas, nu een stropdas’, zegt er een. Een ander spreekt over vroeger toen het nog om de vraag
ging: ‘doden of gedood worden’. Ze breken los uit het watjes-bestaan en eten rauw vlees en rennen door het bos, trekken
bomen uit de grond, terwijl hun haar snel groeit en er flinke baarden ontstaan. Ze komen uiteindelijk samen in een kroeg
waar ze Bavaria drinken. ‘Zo. Nu eerst een Bavaria.’

KesselsKramer-strateeg Matthijs de Jongh zegt dat dit het vervolg is van de distributiecampagne waarin Bavaria gepusht werd
in plaatsjes als Nederland en Moddergat.

De distributie is nu op peil en dus kan er weer aan het merk gewerkt worden. Print volgt nog.
En online gebeurt er ook veel, zegt Peer Swinkels, die de marketing doet bij Bavaria. Er is na een intensieve competitie een
samenwerking aangegaan met bureau Achtung van Dick Buschman. Swinkels zegt dat Bavaria nu ook eigenaar is van
Bavaria.com en dat we daar veel activiteit mogen verwachten. ‘Want online heeft collega Heineken toch veel goed werk
verricht.’

Wanneer zien we online iets? Swinkels: ‘Binnen twee maanden.’


Over de campagne zegt de representant van de 7e generatie Swinkels: ‘We willen laten zien dat we echte mannen zijn. En
vrouwen willen dat ook. Ze willen geen watjes.’
Salzman vult aan: ‘Dit gaat over real guys. It’s on trend’.
De Jongh: ‘Bavaria is altijd op zoek naar iets anders. Het is toch de luis in de pels van de biermarkt. Nu geven we een wake
up call aan de Nederlandse man.’

En Amstel dan? Dat merk zit toch ook zwaar op echte mannen onder elkaar met bijpassende humor.
Swinkels: ‘Amstel is vrienden onder elkaar met de bijpassende humor. Bavaria is toch individueler en met beide benen op de
grond.’

Salzman’s verhaal was kort, maar wel aardig: het grootste probleem van de man is de vrouw, zei ze. Vrouwen veranderen
snel en winnen overal terrein. Ze worden ook kritischer in hun partnerkeuze.
Salzman haalde een onderzoekje uit de VS aan onder 1.000 mannen en vrouwen tussen de 21 en 29 jaar en die geen partner
hadden. Hen werd gevraagd wanneer ze met een nieuwe partner naar bed zouden gaan.
De mannen kwamen uit op een gemiddelde van 4 tot 5 dagen. Ze vonden het wel spannend om het langzaam op te bouwen,
was de mening. Bovendien wilden ze niet te eager klinken.
De vrouwen hadden daar minder moeite mee en kwamen uit op 1 tot 2 dagen, want ze hadden geen zin om zoveel tijd te
verspillen als het toch niets zou worden.
De ouderwetse, niet-communicatieve man met sexistische trekjes heeft wel voor ze afgedaan, zegt Salzman, maar wie komt
dan nog wel in aanmerking?

Niet de Metrosexual. Deze man won terrein door de wetten van de vrouwen te eerbiedigen, zegt Salzman. De Metrosexual
hield van vrouwendingen zoals gezichtsverzorging, mode en interieurdesign.
Toch kon dit niet lang duren, zegt Salzman.

Ze dreven te ver weg van echt mannengedrag, dat toch wel een zekere appeal heeft voor vrouwen. De Metrosexual had te
weinig energie en was te veel slaaf van bepaalde magazines en andere pseudo-autoriteiten. In feite was hij toch te
oppervlakkig en daardoor te weinig interessant voor vrouwen. Hij opende echter wel de deur voor de Ubersexual.

De Ubersexual is de man die vol passie is voor zijn interesses en relaties. Hij doet de dingen, omdat hij ze zelf wil doen en
niet omdat iemand anders dat zo goed of interessant vindt. De Ubersexual heeft zelfvertrouwen, is echt mannelijk en
authentiek. Toegewijd en gepassioneerd in zijn werk en leven.

Salzman: ‘Hij heeft geen spiegel nodig, zoals de Metrosexual, omdat hij weet wat hij waard is. Hij heeft geen tijd voor
shoppen, omdat vrouwen dat graag willen. Zijn beste vrienden zijn mannen, vrouwen zijn geen vrienden, maar minnaressen.
De snor komt helemaal terug. Gezichtshaar wordt weer echt een statussymbool.’

Merken met een verleden en traditie vallen goed bij deze groep. Salzman denkt overigens dat deze Ubersexual het vooral in
Nederland extreem goed zal doen. We waren het eigenlijk al, zonder dat we het in de gaten hadden, vindt Salzman. We
hebben ook veel minder last van politieke correctheid, die vooral de Amerikaanse en Britse mannen dwars zit.

34
Bijlage 3: How feminism destroyed real men
Last updated at 16:27pm on 4th August 2006

Liz Jones and Nirpal Dhaliwal

Women thought the last victory of equality was to make men more 'sensitive'. The bitter irony, says this male writer in a
piece that will infuriate the opposite sex (including his wife Liz Jones), is women don't like wimps after all...

At a dinner party recently, I encountered the depressingly familiar sight of a dynamic thirty- something woman accompanied
by a nerdy male sidekick that she'd browbeaten into proposing to her.
The mismatch in power was obvious. She was successful, ambitious and confident; he was a diffident, overweight, shrinking
violet who measured every word he spoke in case he said anything remotely contentious that might offend her.
On her wedding finger was the most enormous, glittering engagement ring. A mutual friend later told me she'd initially been
presented with a less garish but more exquisite diamond but had told her fiancé to return it to the shop and get her
something bigger.

That huge diamond was his declaration of surrender in the sex war. But I didn't feel sorry for the stupid sap; he should have
been man enough to tell her to get lost and find some other dummy.
Instead, he'd been sucker-punched into a lifetime of nagging and neglect, and looking at his bossy wife-to-be parading her
huge rock, I felt a shiver of pre-emptive schadenfreude.
Her smug smile might have given the impression that her glossy-magazine-inspired life was all going to plan, but I could see
the tragedy to come.

One day she'll realise how dull and unfulfilling it is to have a man who doesn't answer back, who offers no challenge or
danger - but by then she'll be over the hill and stuck with him for fear of being left on the shelf. Sadly, this is the state of
many marriages today.

Back in the Nineties, emboldened by the successes of feminism, women sought to slay the dragon of patriarchy by turning
men into ridiculous cissies who would cry with them through chick-flicks and then cook up a decent lasagne.
Suddenly, women wanted to drive home their newfound equality by moulding men to be more like them.
This velvet revolution was reflected in a series of broader cultural changes. After decades of uncompromising movie heroes
like Marlon Brando and Clint Eastwood, we were asked to fall for stuttering, floppy-haired fops like Hugh Grant; touchy-feely
and hopelessly embarrassed around women.

No doubt at the time, millions of misguided single women thought that having a man who could feel their pain and emote for
Britain was a Good Thing.
Now, over a decade later, women are waking up to the fact that these men are drippy, sexless bores. The feminisation of
men hasn't produced the well-rounded uber-males women were hoping for.
Instead, women are now lumped with flabby invertebrates, little more than doormats, whom they secretly despise but are
too proud to admit it.

Rather than partnership, professional women tend to seek dominance in a relationship. They map their lives out early on and
pursue their dream of 'having it all' with cold-blooded ruthlessness.
Young women have a crystal-clear agenda: they want the career, the wardrobe, the smartly furnished house, the 4x4 and the
cute kids they'll ferry in it to expensive schools. No man is going to get in their way; and the men they choose for themselves
are pliant and feeble enough to facilitate that programme.

Concentrating so much energy on work and family matters requires these women to pick a man who is predictable and
secure, who won't upset the apple cart by pursuing dreams and instincts of his own.
These are cardboard cut-out men who gush with empathy whenever their wives and girlfriends need to dump their
professional stresses and female angst on them: weak and soulless men who haven't the guts to make a mark themselves,
who take the passenger seat in their women's juggernaut journey to post-feminist Nirvana.

But having ticked off the various items on their life checklist, women are left with a nagging sense of dissatisfaction. Where
was the drama? Where was the passion? Where was the stimulation and growth?
It was all forsaken for an anodyne, materialistic shopping spree that is a Good Thing. ultimately a poor substitute for a real
life. These women consider themselves to be alpha-females, but they are nothing but a pathetic sham.
A true Amazon couldn't stand the company of a supplicant male, let alone marry one. Real alpha-women are the ones who
can more than hold their own with an alpha-man.

Deep down, women love men who stand up to them, who won't be pushed around. They love men who will look them in the
eye and tell them to shut up when their hormonal bickering has become too much.
They love men who will draw a line in the sand and walk out on them when they've had enough. They love men who know
their own minds and are man enough to stick to their guns.

I'm always telling my wife, the writer Liz Jones, to shut up. She gets into a prissy huff about it, but I know she respects me
for not indulging her neuroticism. Long ago, I realised it is unhealthy for a man to embroil himself in arguments with women.
While men want an argument to make sense and have a rational conclusion, women solely want the argument itself: it's a
pressure valve for their emotions, and once they get started there is no stopping them.

35
I have a very low boredom threshold; I can't bear having protracted discussions about where my wife and I 'are going'. Nor
can I bear to listen to the gossipy, highly detailed 'He said, she said' monologues that women drift into when telling you about
their day.

I deal with these elements of the female personality with impassive indifference. People might call me a sexist pig, but I am
the opposite. I love women, and I love my wife because she is brilliant and incredibly strong.
I am a true feminist, because I only want to be with a powerful and capable woman. No sexist could cope with having a wife
as intelligent and independent as mine.
Our relationship would never have worked had I been an effete New Man, desperately wanting to sympathise with the female
condition.
My wife would have grown to loathe me for my fawning cowardice. She is a warrior and she needs to be with someone who is
a match for her. Knowing the limits of what I will deal with in a relationship, I maintain my self-respect and, accordingly, gain
hers.

Men are now generally terrified of women. They hold their tongues for fear of being misinterpreted as sexist; they constantly
attempt to secondguess their partner in order to avoid giving offence.
They preen themselves with groaning shelves full of beauty products so they won't incur derision and scorn. They suppress
their masculinity and present themselves as cuddly Mr Nice Guys, and won't project self- confidence in case it's regarded as
unreconstructed machismo.

This backfiring feminist conspiracy has, of course, developed hand in hand with the march of raging political correctness in
Britain. The two have combined like some potent chemical reaction to explode in the faces of a generation of women who
thought that a 'moulded' man would make for a desirable one.
In recent years, men have been trained like circus seals to be inoffensive to women, and no longer know how to entice them
and turn them on.

But women secretly long for a man with swagger, who is cocky and selfassured and has the cheek to stand up them and make
fun of their feminine foibles.
They long for the rakish charm of a man who knows there's a whole ocean of fish out there, who isn't afraid of being himself
in case he is rejected.
The truth is, a real man doesn't care what any woman thinks of him. He doesn't care what anyone thinks of him: he answers
solely to his spirit.

Real men don't pretend or even try to understand women. They simply love them for being the mysterious, capricious
creatures that they are. And they don't take them too seriously, either. They know the vicissitudes of the female mind, its
constant insecurities and the fluctuations in mood.

Rather than pander to them, they simply watch them drift by like so many clouds on the horizon. They don't get entangled in
a woman's feelings and listen to her prattling on and on until she's talked herself out. Such strong and stoic men are exactly
what women need to anchor themselves amid the chaos of their emotions.

Sometimes my wife bemoans my detachment and laissez-faire attitude to our marriage and wishes I were more wrapped up
in her. I tell her she would soon get bored of it, because men who put women on a pedestal can't make love to them in the
way that women want.

A man who is too in awe of his woman isn't going to tear her blouse open and ravish her on the couch; he isn't going to pull
her hair and whisper profanities in her ear. Whenever my marriage is at a crisis point, and my wife's ego and mine are jostling
for a position of supremacy, we inevitably have strenuous, battling sex.
My wife is older and more successful than I am, but the bedroom has always been the arena in which I have brought her down
to earth.
The female orgasm is the natural mechanism by which men assert dominion over women: a man who appreciates this can
negotiate whatever difficulties arise in his relationships with them.

Last Christmas, my wife threw me out after discovering I'd been cheating on her. On the night we got back together, I made
strong, passionate love to her. Unfaithful as I'd been, I was not going to let her have me over a barrel for the rest of our
marriage. I needed to keep a sense of self and not allow her to mire me in guilt and a desperate quest of forgiveness.
I needed to let her know what she would be missing if we broke up for ever. I gave her a manful bravura performance that
night, and at the height of her passion, I asked her: 'Who's the boss?'

The question threw her. Initially she wouldn't give me a reply, but I enticed it from her. 'You are,' she finally gasped. 'You are!'
I am a very difficult man to be with. I know I have caused my wife great pain and anxiety. But she is an adult, and ultimately
it is wholly her choice whether she wants to be with me or not - I cannot be anyone other than myself.
I don't believe in working on relationships and making artificial efforts to give them substance. I believe in people being
themselves and following their hearts towards whatever destiny lies before them.

When women choose to be with New Men, they are choosing a life that will be only half-lived. I think a lot of them are finally
waking up to that fact. Relationships between independent and assertive people will always be fraught with tensions, but
they have enormous creative energy.

Despite the many problems my wife and I have endured, we have both come a long way since we first met six years ago.
We have challenged one another to grow - professionally, intellectually, emotionally and spiritually. This would never have
happened had she flaked out and gone for a softer option in her choice of partner.
Bring back the real men, girls. You might just remember why you loved them in the first place.

36

Вам также может понравиться