Академический Документы
Профессиональный Документы
Культура Документы
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze handleiding mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in
een gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopien, opnamen of op een andere manier zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van ARDIS Information Systems NV.
De inhoud van deze handleiding is op geen enkele manier bindend voor ARDIS Information Systems.
Uitleg en voorbeelden worden enkel verstrekt ter informatie. ARDIS Information Systems NV kan niet
verantwoordelijk gesteld worden voor fouten of onnauwkeurigheden in dit boek.
De draagwijdte van onze en uw verbintenissen wordt omschreven in de licentieovereenkomst. Zodra u
gebruik maakt van Cutting Optimizer, wordt u geacht de daarin beschreven voorwaarden te
aanvaarden. ARDIS Information Systems NV kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor
beschadigingen of nadelige gevolgen bij het gebruik van Cutting Optimizer.
HP, IBM, Citizen, Epson en Windows zijn geregistreerde handelsmerken. De namen zijn in deze
handleiding enkel gebruikt ter identificatie.
I.S. NV
Aardenburgkalseide 254 - B-9990 Maldegem
Website: www.ardis.be - E-mail: info@ardis.be
Tel. +32-50-72.89.89 - Fax +32-50-72.89.88
Ardis Optimizer
Termijnen
Deze overeenkomst wordt van kracht vanaf de ontvangstdatum van de bestelling tot de
beindiging door ARDIS zoals in deze overeenkomst voorzien. ARDIS mag deze licentie elk
ogenblik beindigen, mits de licentienemer eerst het motief van deze beslissing ter kennis te
geven per aangetekend schrijven, en de licentienemer 30 dagen tijd te geven voor een
rechtzetting van dit motief. Bij het uitblijven van een correctieve handeling hiervoor, moet de
licentienemer alle door ARDIS geleverde produkten terugsturen, en alle kopien van
bestaande licentieprogrammas met respectievelijke documentatie vernietigen binnen de 30
dagen na kennisgave van de beindiging.
Voorwaarden
Deze overeenkomst laat de licentienemer het gebruik toe van de licentieprogrammas.
Hiermee wordt bedoeld dat een netwerk van microcomputers meer dan n licentie vereist.
Indien het computersysteem buiten werking valt mogen deze programmas gebruikt worden
op een ander systeem met akkoord van ARDIS maar slechts zolang het toegelaten systeem
niet operationeel blijft. De licentienemer heeft het recht het toegewezen systeem te vervangen,
maar elke set van genummerde licentie-programmas mag slechts op n systeem werken.
Deze overeenkomst, voor elk programma of produkt dat er in betrokken is, mag niet
verhandeld worden of in sub-licentie gegeven worden zonder voorafgaande schriftelijke
goedkeuring van ARDIS. Hetzelfde geldt voor de resultaten berekend door het systeem, ze
mogen enkel dienen tot - en worden gebruikt voor - eigen produktie-eenheden. Berekeningen
voor derden zijn niet toegestaan.
Auteursrechten
De programmas en de handleidingen vallen onder de bescherming van de wet op
auteursrechten, en behoren toe aan ARDIS. De licentienemer verbindt er zich toe de
licentieprogrammas niet te de-compileren of te de-assembleren, hetzij geheel of gedeeltelijk.
De licentienemer verbindt zich eveneens deze programmas, afdrukken of functies ervan niet
ter beschikking te stellen aan derden (buiten de groep gevolmachtigde licentienemers) zonder
voorafgaande geschreven toestemming van ARDIS. Bij het niet naleven hiervan kan per
voorkomend geval een vergoeding opgeist worden voor een bedrag dat driemaal de waarde
van de maximum actueel geldende prijs vertegenwoordigt. Deze verplichting van niet-terbeschikkingstelling vervalt voor een licentieprogramma of een deel ervan dat: (a) op een
correcte wijze, buiten de wil van de licentienemer, publiek beschikbaar wordt gesteld; (b)
rechtvaardig is verkregen door de licentienemer van een derde die het recht heeft zo te
handelen en niet gebonden is door geheimhouding.
Kopien van de licentie-programmas en bijhorende teksten mogen alleen door de
licentienemer gebruikt worden. Wijzigingen aan deze programmas zijn uitdrukkelijk
toegelaten, eveneens aangewend voor uniek gebruik van de licentienemer, maar dergelijke
wijzigingen vernietigen alle waarborgen, impliciet of expliciet.
De licentienemer moet de ARDIS copyright aantekening laten of bewaren op alle kopien,
gewijzigde kopien, licentieprogrammas en afdrukken.
Ardis Optimizer
Waarborgbeperkingen
ARDIS geeft geen waarborgen in verband met licentieprogrammas of de resultaten ervan. De
enige verplichting van ARDIS zal erin bestaan de wijzigingen, aangebracht door ARDIS aan
licentieprogrammas tot 6 maand na deze contractdatum, ter beschikking te stellen van de
licentienemer. Tenzij een bijkomende garantie overeengekomen wordt voor ieder bijkomend
jaar.
ARDIS garandeert dat de geleverde informatiedragers met de licentieprogrammas
onbeschadigd zijn, zoniet zal ARDIS de beschadigde informatiedrager vervangen. Indien
ARDIS niet in staat blijkt om vervanging te leveren die vrij zijn van fysische fouten wordt de
verkoopovereenkomst ontbonden en de licentievergoeding terugbetaald.
Verantwoordelijkheidsbeperking
De hogervernoemde waarborg vervangt alle andere waarborgen, impliciet of expliciet. In geen
geval zal ARDIS verantwoordelijk zijn voor gebeurlijke beschadigingen of nadelige gevolgen
bij het gebruik van de licentieprogrammas, zelfs indien ARDIS is ingelicht over de
mogelijkheid ervan.
Algemeen
Dit is een volledige en exclusieve overeenkomst tussen de licentienemer en ARDIS. Deze
vervangt ieder voorstel en alle andere communicatie tussen de licentienemer en ARDIS,
mondeling of schriftelijk, i.v.m. de desbetreffende overeenkomst. Indien n van de
voorzieningen, of delen ervan, in deze overeenkomst ongeldig zijn voor een bepaald statuut of
wet, moeten deze worden beschouwd als onbestaande. Het overige blijft onverminderd van
toepassing. In geval van betwistingen over deze overeenkomst zal alleen de rechtbank te Gent,
Oost-Vlaanderen, gemachtigd zijn.
Ardis Optimizer
Inhoudstafel
LICENTIEOVEREENKOMST CUTTING OPTIMIZER ............................................................................... 2
TERMIJNEN.......................................................................................................................................................... 2
VOORWAARDEN .................................................................................................................................................. 2
AUTEURSRECHTEN .............................................................................................................................................. 2
WAARBORGBEPERKINGEN .................................................................................................................................. 3
VERANTWOORDELIJKHEIDSBEPERKING............................................................................................................... 3
ALGEMEEN.......................................................................................................................................................... 3
INHOUDSTAFEL ................................................................................................................................................. 4
INLEIDING ......................................................................................................................................................... 10
INHOUD VAN DE VERPAKKING ........................................................................................................................... 10
NOTATIESYSTEEM ............................................................................................................................................. 11
SYSTEEMEISEN .................................................................................................................................................. 11
WERKEN MET WINDOWS ................................................................................................................................... 11
CUTTING OPTIMIZER INSTALLEREN .................................................................................................................. 14
De hardware-sleutel .................................................................................................................................... 14
WIBU CodeMeter sleutel ............................................................................................................................. 14
Sleutelinformatie.......................................................................................................................................... 16
De software installeren ................................................................................................................................ 17
VLOTTENDE LICENTIE (SUPERPRO) OF NETWERK LICENTIE (SUPERPRONET) ...................... 19
PRINCIPE ........................................................................................................................................................... 19
PROCEDURE ...................................................................................................................................................... 20
Op elke computer waar een dongle in bijlage aanwezig is.......................................................................... 20
Op elke andere computer waar u Cutting Optimizer wil gebruiken ............................................................ 20
INSTELLINGEN ................................................................................................................................................... 20
RESET DE SENTINEL SERVER............................................................................................................................. 21
MONITOR .......................................................................................................................................................... 22
Ardis Optimizer sleutel configuratie ............................................................................................................ 22
LEREN WERKEN MET CUTTING OPTIMIZER ........................................................................................ 25
INLEIDING ......................................................................................................................................................... 25
GLOBALE WERKING VAN CUTTING OPTIMIZER ................................................................................................. 25
CUTTING OPTIMIZER STARTEN .......................................................................................................................... 25
Eerste gebruik van Cutting Optimizer ......................................................................................................... 25
Projecteigenschappen.................................................................................................................................. 27
Extra ............................................................................................................................................................ 37
OPTIMALISATIE-WIZARD ................................................................................................................................... 40
Invoeren Machinegegevens (Stap 1) ............................................................................................................ 41
Invoeren basismateriaalgegevens (Stap 2) .................................................................................................. 41
Invoeren Stukkengegevens (Stap 3) ............................................................................................................. 41
Optimaliseren (Stap 4)................................................................................................................................. 41
OPBOUW HOOFDSCHERM .................................................................................................................................. 43
Uitklap-menu ............................................................................................................................................... 43
Werkbalk ...................................................................................................................................................... 45
Overzicht ..................................................................................................................................................... 45
Gegevens ..................................................................................................................................................... 46
Ardis Optimizer
Statusbalk .................................................................................................................................................... 46
RECHTERMUISKNOP MENU ................................................................................................................................ 46
WERKING ONLINE HELP..................................................................................................................................... 46
CUTTING OPTIMIZER AFSLUITEN ....................................................................................................................... 47
START EEN NIEUW OPTIMALISATIE PROJECT...................................................................................................... 47
INVOEREN VAN GEGEVENS ............................................................................................................................... 47
Inleiding....................................................................................................................................................... 47
Invoeren machine parameters ..................................................................................................................... 48
Invoeren basismateriaalgegevens ................................................................................................................ 50
Ingeven van vereiste stukgegevens .............................................................................................................. 54
OPTIMALISATIE ................................................................................................................................................. 58
Het optimalisatiescherm .............................................................................................................................. 58
RESULTATEN ..................................................................................................................................................... 58
Overzicht (F7) ............................................................................................................................................. 58
Lay-outs (F4) ............................................................................................................................................... 59
Stukken......................................................................................................................................................... 64
Basismaterialen ........................................................................................................................................... 64
RAPPORTEN ....................................................................................................................................................... 65
Mozaek, stukken- en basismaterialenrapport ............................................................................................. 65
HANDIGE TIPS EN WEETJES ................................................................................................................................ 68
Nota voor niet-muis-gebruikers ................................................................................................................... 68
Werken in Tabellen ...................................................................................................................................... 68
Bestandtypes in Cutting Optimizer .............................................................................................................. 71
Kopie Optimalisatie voor Ardis ................................................................................................................... 71
Gebruik van Speciale Toetsen ..................................................................................................................... 72
BESLUIT ............................................................................................................................................................ 73
NASLAG .............................................................................................................................................................. 74
INLEIDING ......................................................................................................................................................... 74
Alfabetische index ........................................................................................................................................ 74
Tips .............................................................................................................................................................. 74
Hulp ............................................................................................................................................................. 74
Indien u meer functies wilt. .......................................................................................................................... 74
VOORNAAMSTE OPTIMIZER VERSIES..................................................................................................... 76
0.1 STARTER CUTTING ...................................................................................................................................... 76
0.2 BASIC CUTTING ........................................................................................................................................... 76
A. EASY OPTIMIZER .......................................................................................................................................... 76
B. CUTTING OPTIMIZER VERSIE I ...................................................................................................................... 76
C. CUTTING OPTIMIZER VERSIE II..................................................................................................................... 76
D. CUTTING OPTIMIZER VERSIE III ................................................................................................................... 77
E. LENGTE OPTIMALISATIE ................................................................................................................................ 77
F. LENGTE OPTIMALISERING ............................................................................................................................. 77
De gegevens sorteren................................................................................................................................... 77
Opstellen van Formules ............................................................................................................................... 77
Gecomprimeerd opslaan.............................................................................................................................. 94
Opslaan als projectsjabloon ........................................................................................................................ 94
Verwijder oude documenten ........................................................................................................................ 94
Verzenden per E-mail .................................................................................................................................. 95
Ardis Optimizer
BEELD ............................................................................................................................................................... 96
Werkbalk en statusbalk ................................................................................................................................ 96
Ingave en resultaten..................................................................................................................................... 96
STUKKEN ........................................................................................................................................................... 97
OPBOUW SCHERM ............................................................................................................................................. 97
ALGEMENE REFERENTIE ................................................................................................................................... 98
VEELVOUD ........................................................................................................................................................ 98
DATUM ............................................................................................................................................................. 98
TEKENING ......................................................................................................................................................... 98
MATERIAAL ...................................................................................................................................................... 99
R (RICHTING) .................................................................................................................................................... 99
LENGTE ........................................................................................................................................................... 100
BREEDTE ......................................................................................................................................................... 100
AANTAL .......................................................................................................................................................... 100
STUKREFERENTIE ............................................................................................................................................ 100
BEMERKING .................................................................................................................................................... 100
CALCULATIE ................................................................................................................................................... 101
TEKENING ....................................................................................................................................................... 101
1.1 FLEXIBELE AANTALEN (ONDER- & OVERPRODUCTIE) ................................................................................ 101
1.2 PRIORITEIT OP STUKKEN ............................................................................................................................ 102
1.3 DATUMPLANNING EN STOCKAGEKOSTENVERWERKING ............................................................................. 103
1.4 HOEKSNEDEN EN GROEVEN ....................................................................................................................... 103
1.5 NETTO-BRUTO MAAT (LENGTE EN BREEDTE) ............................................................................................ 104
1.6 FLEXIBELE MATEN OP STUKKEN ................................................................................................................ 104
1.7 GELIJKE STUKKEN SAMENVOEGEN ............................................................................................................ 106
1.8 GELIJKE STUKKEN UITSPLITSEN ................................................................................................................ 106
1.9 OPTIMALISATIE VAN STUKVOLGORDE ....................................................................................................... 106
1.10 ORDERGROEPERING OP KOSTENBASIS ..................................................................................................... 106
1.11 ELEMENTENBEREKENING ........................................................................................................................ 107
1.12 KANTENBANDVERWERKING, -BEREKENING............................................................................................. 119
Kantenlijst ................................................................................................................................................. 119
GELIJKE KANTEN............................................................................................................................................. 121
Gelijke kant................................................................................................................................................ 121
1.13 FIGURENSYSTEEM ................................................................................................................................... 121
1.14 BEHEER AFGEWERKTE STUKKEN ............................................................................................................. 127
1.15 MAXIMUM VAN EENZELFDE STUK IN N SCHEMA .................................................................................. 127
1.16 GROEP VAN STUKKEN UIT 1.STD-LIJST ................................................................................................... 127
1.17 BESLAG- EN TOESTELLENBEREKENING .................................................................................................... 128
1.18 20 EXTRA TEKSTVELDEN PER STUK.......................................................................................................... 129
. ....................................................................................................................................................................... 129
1.21 STUKKENNIVEAUS ................................................................................................................................... 130
1.24 VASTE STUKKEN IN OPEENVOLGING VAN PLATEN ................................................................................... 130
BASISMATERIALEN ...................................................................................................................................... 131
OPBOUW VAN HET SCHERM ............................................................................................................................. 131
REFERENTIE .................................................................................................................................................... 132
MACHINE ........................................................................................................................................................ 132
DATUM ........................................................................................................................................................... 132
Ardis Optimizer
DIKTE.............................................................................................................................................................. 132
R ..................................................................................................................................................................... 133
LENGTE ........................................................................................................................................................... 133
BREEDTE ......................................................................................................................................................... 133
AANT. ............................................................................................................................................................. 133
REFERENTIE .................................................................................................................................................... 134
ONDER, RECHTS, BOVEN EN LINKS ................................................................................................................. 134
G ..................................................................................................................................................................... 134
SCHROOT ........................................................................................................................................................ 135
2.1 MATERIAALVERMENING ........................................................................................................................... 135
2.2 PRIORITEITVERWERKING OP BASISMATERIALEN........................................................................................ 136
2.3 VOORRAADBEHEER ................................................................................................................................... 136
2.4 BASISMATERIAALRELATIES (AND/OR) .................................................................................................... 137
2.5 VRIJE AFMETING (TO) ............................................................................................................................... 137
2.6 SELECTIE STANDAARDFORMAAT MET HOOGSTE RENDEMENT ................................................................... 137
2.7 NORMRENDEMENT .................................................................................................................................... 138
2.8 FLEXIBELE BOORD VOOR DE STANDAARDFORMATEN ................................................................................ 139
2.9 GEWICHTSBEREKENING ............................................................................................................................. 139
2.10 MACHINESELECTIE PER BASISMATERIAALFORMAAT ............................................................................... 139
2.11 RESTENERKENNING ................................................................................................................................. 140
Restdefinitie ............................................................................................................................................... 140
2.11.1 VERBETERDE RESTENERKENNING ........................................................................................................ 141
Restlocaties ................................................................................................................................................ 141
Restenerkenning stroken ............................................................................................................................ 142
Verdeeld resten in smalle stukken .............................................................................................................. 142
2.12 RESTENERKENNING OP KOSTENBASIS (GEBASEERD OP CO II OF CO III) ................................................. 143
2.13 STOCKPRIORITEIT OP STUKKEN ............................................................................................................... 143
2.14 ZAAGVEELVOUD PER PAKKET (MODULE 1.1 VEREIST) ............................................................................ 143
2.15 SPANNINGSVRIJE SNEDE .......................................................................................................................... 143
2.16 ALLE PLATEN OPGEBRUIKEN ................................................................................................................... 146
2.19 LAADKOSTEN PER BASISMATERIAAL LOCATIE ......................................................................................... 146
MACHINE ......................................................................................................................................................... 147
TECHNISCHE BASISGEGEVENS ......................................................................................................................... 147
Omschrijving ............................................................................................................................................. 147
Snededikte .................................................................................................................................................. 148
Maximum aantal niveaus ........................................................................................................................... 148
Opmerking ................................................................................................................................................. 149
Klemmen .................................................................................................................................................... 149
3.1 EERSTE ZAAGRICHTING ............................................................................................................................. 150
3.2 PARALLELLE STROKEN SAMEN VERDELEN ................................................................................................ 150
3.3 STROOKOVERBRUGGING ........................................................................................................................... 151
3.4 PAKKETHOOGTE ........................................................................................................................................ 152
3.5 KOPSNEDE ................................................................................................................................................. 153
3.6 BEPERKINGEN OP MACHINE ....................................................................................................................... 155
3.7 BEPERKINGEN VOOR STROKEN .................................................................................................................. 157
3.8 MAXIMUM AANTAL VERSCHILLENDE STUKKEN PER LAY-OUT ................................................................... 159
3.9 AFVALVERNIETIGING ................................................................................................................................ 159
3.10 INSTELKOSTEN ........................................................................................................................................ 161
Ardis Optimizer
Ardis Optimizer
Ardis Optimizer
10
Inleiding
Wie hout, metaal, glas of folie verzaagt of versnijdt, moet doordacht te werk gaan. Hoe meer
stukken hij uit zijn basismateriaal haalt, hoe groter zijn winst. Vooraf zal hij dan ook layouts,
snijschema's, zaagbeelden of nestings maken (de termen komen op hetzelfde neer).
Cutting Optimizer is een universeel programma voor de optimalisering van verzagingen en
versnijdingen. Het programma ontwerpt layouts, honderden keren sneller en doeltreffender
dan wanneer dat manueel moet gebeuren. De gebruiker vult de nodige gegevens in over het
basismateriaal dat voorhanden is, de gebruikte machines en de gevraagde stukken en zet dan
de computer aan het werk. In een mum van tijd berekent die zeer rendabele layouts. Ze
kunnen op het scherm bekeken worden, of op de printer afgedrukt worden, met alle maten en
referenties erbij. De gebruiker print etiketten, die hij op de versneden stukken bevestigt. Hij
kan allerlei statistische details over de verdeling raadplegen, zoals het percentage nuttig
gebruikt basismateriaal, hoeveel van de gevraagde stukken al in layouts verwerkt zijn, enz.
Kortom, een droom voor wie in de dagelijkse praktijk van versnijdingen en verzagingen staat.
Het pakket is modulair van opbouw. Met de basisversie spaart de kleine ondernemer op korte
tijd zijn kosten voor de aankoop van een PC en het programma uit. In zijn meest uitgebreide
versies houdt het programma rekening met prijsverschillen van materialen, arbeidstijden, het
hergebruik van resten, productiekosten, enz. Het programma kan ook gebruikt worden bij de
besturing van geautomatiseerde snij- en zaaginstallaties.
Cutting Optimizer werd ontwikkeld in samenwerking met de Rijksuniversiteit Gent (dienst
Wiskundige beleidtechnieken) en werd grondig uitgetest door mensen in de praktijk. Zij
waren enthousiast over de gebruikvriendelijkheid van het pakket en vooral over de grotere
winst die Cutting Optimizer voor hen betekende. We hopen dat u binnenkort hun
enthousiasme zult delen.
Ardis Optimizer
11
Notatiesysteem
De toetsen die u moet indrukken om Cutting Optimizer te bedienen, worden aangeduid met
de letters die zich op de meeste gangbare toetsenborden bevinden. Zo wordt bijvoorbeeld de
Pagedown-toets aangeduid met PgDn, de Escape-toets met Esc, enz. De Pijltjestoetsen
worden aangeduid: pijl links, rechts, onder of boven.
Een speciale toets is de Enter-toets: gewoonlijk is dat de grootste toets op het toetsenbord.
Hij bevindt zich rechts van de lettertoetsen en is op het toetsenbord te herkennen aan de naar
links wijzende pijl in hoekvorm.
Wanneer 2 toetsen aan elkaar gelinkt zijn met een +-teken, zoals in "Ctrl + D", dan moet de
eerste toets, de Ctrl-toets, ingedrukt worden en tegelijkertijd de 2de toets indrukken, de "D".
Systeemeisen
Om Cutting Optimizer te draaien heeft u een Pentium nodig met een grafische videokaart.
Als besturingssysteem moet u Windows 98 SE, ME, NT 4, 2000, XP, Vista of Windows
server hebben. Opdat het programma optimaal zou kunnen draaien, moet er op uw systeem
minimaal 512 Mb RAM beschikbaar zijn (1 GB gewenst).
Windows
RAM
Harde Schijf
95
Niet ondersteunend
98 SE
>= 512 MB
>= 4 GB
ME
>= 512 MB
>= 4 GB
NT
>= 512 MB
>= 8 GB
2000
>= 512 MB
>= 20 GB
XP
>= 512 MB
>= 40 GB
Vista
>= 1 GB
>= 80 GB
Windows Server
>= 1 GB
>= 80 GB
Bij de ontwikkeling werd alles in het werk gesteld om de investering in hardware voor de
gebruiker zo laag mogelijk te houden. Elke printer die Windows kan besturen is bruikbaar
om het resultaat op papier te zetten.
Ardis Optimizer
12
Een uitklapmenu is de flap die naar beneden komt als u klikt op n van de woorden die
bovenaan in een kader staan, onder de blauwe titel. (Bestand, Help, ...)
Eenmaal u op n van deze woorden geklikt hebt, blijft de flap open. Als u dan uw muis naar
een ander woord verplaatst komt de bijbehorende flap te voorschijn en verdwijnt de andere
flap. Om de flap te sluiten, volstaat het om met de muis naast de flap te klikken. Als we nu
een menukeuze willen selecteren, verplaatsen we de muisaanwijzer op de gewenste keuze en
klikken we eenmaal.
Functie Toetsen
In Windows 98, ME, NT, 2000, XP, VISTA; kunnen bij combinaties van toetsen,
verschillende uitklapmenu's naar keuze, geselecteerd worden. Met het toetsenbord bereiken
we het hoofdmenu door te drukken op ALT + letter, waarbij de letter, de onderlijnde letter
van het keuzewoord is. Bijvoorbeeld: een Bestand kan geopend worden door Ctrl+O (O van
openen). In deze menu's hebben alle keuzes een onderlijnde letter. Zo kan je dus jou keuze
aanduiden zonder het gebruik van de muis. Wanneer het menu Bestand open is, kan je jou
Ardis Optimizer
13
werk Opslaan door op de toets "S" te drukken. Dus ook in het menu zal deze combinatie van
toetsen, die bepaalde keuze selecteren.
Sneltoetsen
In Windows kunnen bepaalde acties uitgevoerd worden met behulp van sneltoetsen. dit kan 1
toets zijn (bv. Functietoetsen F1, F2, ...) of een combinatie zoals Ctrl+X.
Speciale Toetsen
F1 help functie: U kunt ten allen tijde de online help-functie activeren door het intoetsen van
F1 voor hulp over het item waar de cursor gepositioneerd is.
F2 edit functie: U kunt in elk veld via de F2-toets de bestaande waarde van het veld wijzigen.
Als u in Windows een bestand moet openen of opslaan, krijgt u voorgaand scherm
(mapverkenner), hierin kunt u door de mappenstructuur grasduinen om de plaats waar uw
bestand zich bevindt te lokaliseren of een geschikte plaats te zoeken om uw bestanden op te
slaan. Als u op het pijltje naar beneden klikt, dat naast "zoeken in" staat, komt een volledige
mapstructuur naar beneden. Op deze manier kunt u makkelijk de map die u zoekt weervinden.
Als u op de
knop klikt, gaat u naar een hoger gelegen map (dit is de map waarin de map
knoppen bepalen
Als u op het pijltje naar beneden klikt dat naast "Bestandstypen:" staat, kunt u kiezen welke
bestanden zichtbaar moeten zijn en welke niet.
Nu we gevonden hebben wat we zoeken, klikken we op de naam van het bestand dat we
willen openen en nadien klikken we op openen. Indien we bezig waren met een bestand te
bewaren, zoeken we enkel een geschikte map om deze in te plaatsen, en vullen nadien in het
veld "Bestandsnaam" de naam die we aan het bestand willen geven in. Als we niet vinden
Ardis Optimizer
14
wat we zoeken, klikken we op "Annuleren". Indien we enkel een locatie voor een
bestandensoort moeten opgeven, dan moet u natuurlijk geen bestandsnaam aanduiden of
invullen.
Ardis Optimizer
15
Ardis Optimizer
Sleutelinformatie
Normaal plaatsen wij 2 etiketten op de hardware-sleutel
In het geval van een probleem met de hardware-sleutel, zou u altijd de handgeschreven
sleutelnummer aan onze technische ondersteuning moeten vermelden.
Aan de andere kant van de sleutel vind u het andere label met de volgende informatie:
16
Ardis Optimizer
17
Uw licentienummer verschijnt ook in het Help-venster. Het moet ook met u licentiebestand
(.DEF) overeenstemmen.
De software installeren
Let op: Indien u de software installeert onder Windows 2000/NT, XP of VISTA moet de PC
opgestart worden als administrator (beheerder, hoofdgebruiker). Voor alle andere
Windows-versies kunt u gewoon opstarten en inloggen.
1) Steek uw CD in de driver en de installatie zal automatisch opgestart worden. Er komt een
scherm met boodschappen en n met de licentie-overeenkomst. Als u deze boodschappen
gelezen heeft, klikt u op Volgende of Ja om verder te gaan. Kies de juiste driver.
Als u een vrije licentie of een netwerk dongle hebt, gelieve op "1b Sentinel network
driver" te klikken om de netwerk besturing te installeren.
Voor een lokale sleutel of op een clintwerkstations zonder een sleutel, klik op "1a
Sentinel Driver"
Als u geen sleutel aansluit op u computer en u wilt een netwerksleutel (aangesloten op
een server of een andere computer) gebruiken, dan is het niet nodig de Sentinel
Drivers te installeren. In dit geval heb je alleen de module 5.2.1 nodig en zet je bij
"Extra - Opties - Lokale sleutel = Nee" om een licentie te krijgen.
De correcte bestanden zijn nu genstalleerd. U zal tijdens de duur van de installatie, een
venster zien verschijnen. Wanneer het pop-up venster verdwijnt, is alles genstalleerd.
Let op: Desgewenst kunt u de Sentinel Drivers ook downloaden vanaf
http://download.ardis.be/download/SENTINEL_SETUP.exe
Ardis Optimizer
18
2) Daarna kan je verder gaan door te klikken op "2 Install Ardis Optimizer". Dit zal het Ardis
Optimizer setup programma opstarten.
Gedurende het installatieproces, stelt de computer een map voor om het programma te
installeren (C:\ARDIS). Indien u deze locatie wil wijzigen, kunt u op de knop "Bladeren"
klikken om een alternatieve locatie in te voeren. Indien alles in orde is, klikt u op "Next".
Alle bestanden worden automatisch gekopieerd van de CD naar de Harde Schijf. Wanneer de
installatie beindigd is, klik dan op de knop "Close" om terug naar Windows te gaan. Setup
kopieert dus alle bestanden naar de map die u vermeldt hebt en zet het ARDIS-icoon op het
bureaublad.
Let op: ARDIS nestelt zich ook in het Windowssysteem. Er worden ook bestanden
genstalleerd in de systeemmap van Windows. Wanneer u later het programma op een andere
computer wil zetten, volstaat het dus NIET om enkel de ARDIS-map te kopiren, u dient het
volledig te installeren.
Ardis installeert en gebruikt sommige bijkomende Windows systeem bestanden. Het
kopiren van de Ardis map van de ene computer naar een andere computer, installeert
niet de systeembestanden in het Windows systeem van die computer. Gebruik dus
opnieuw de CD om Ardis op een 2de (of meerdere) computer(s) te installeren.
Een standaard printerdriver zou wel moeten genstalleerd zijn op u Windows systeem.
Ardis Optimizer
19
Opmerkingen:
Er wordt slecht 1 Ardis sleutel per PC toegestaan!
Uw definitiebestand moet worden toegelaten om toegang te krijgen tot de vlottende en
netwerk licenties (module 5.2.1 of 5.2.1.1)
aaneengeschakelde vlottende licentiesleutels zijn NIET mogelijk! Wij verkiezen een
SuperProNet netwerksleutel voor het gebruik van veelvoudige vlottende licenties.
Wanneer je geregistreerd bent op een andere server (Microsoft of Citrix), werkt alleen
de SuperProNet sleutel ondersteunend.
Het doet er niet toe waar u Ardis installeert, of waar u Ardis start, alleen moet de
Sentinel Protection server op dezelfde plaats zijn genstalleerd, waar de steutel is
toegevoegd.
Ardis Optimizer
20
Procedure
Op elke computer waar een dongle in bijlage aanwezig is.
Klik "1b Sentinel Network driver" na plaatsen van de Ardis CD
of installeer Sentinel Protection server
Instellingen
Firewall
In sommige gevallen moet u UDP port 6001/6002 deblokkeren voor het ingaand en uitgaand
verkeer. Gelieve die overeenkomstige firewall instellingen te veranderen.
COWIN.INI
Ardis Optimizer
21
standaard, zouden geen instellingen veranderd mogen zijn. In geval van uitzonderingen, kunt
u de standaardinstellingen aanpassen.
in Extra - Opties - Voorkeursinstellingen de instelling Lokale sleutel moet ingesteld
worden op Nee . Dit om toegang te krijgen tot de vlottende licentie.
In %appdata%\ARDIS\COWIN.INI , de nieuwe gecreerde of reeds bestaande sectie
(Sentinel) kan de instellingen houden:
Sleutel
Type
SPRO_
SPRO_Server
Waarde
Beschrijving
=P
SuperPro(Net)
=L
=I
IPX
=T
TCP
=N
NetBEUI
Voorbeeld:
(Sentinel)
Type = P
SPRO_Server = 192.168.0.140
(volgende sectie in ini dossier)
of
(Sentinel)
Type = P
SPRO_Server = ardiskeyserver
Klik
.Type "services.msc" en klik "Ok"
Zoeken naar hulpmiddelen voor Sentinel Protection Server
Ardis Optimizer
22
Monitor
U kunt de monitor van de server op om het even welk clintwerkstation gebruiken om de
Sentinel server met de licenties in gebruik te verifiren
Start monitor.exe
Software installatie
Installatie van Ardis Optimizer
Ardis
lokaal
c:\ardis
Ardis FS
\\server\ardis
Ardis TS
SuperPro
SP
US
SuperProNet NS
Sentinel-C B
CB
CA
NetSentinelNC
C
ouder type
parallelle poort
1 licentie
ouder netwerk type
parallelle poort
scheidt meerdere licenties over
het clintennetwerk
Ardis Optimizer
23
Sentinel drivers
In elk geval moet u een Sentinel Driver systeem installeren alvorens Ardis Optimizer op te
starten. De besturingen moet genstalleerd worden met beheerprivileges beheerder privileges
Afhankelijk van het soort van installatie moet u het volgende installeren:
De Klant is de computer waar de gebruiker werkt met de Ardis software
De Gast is de computer waar de sleutel fysisch is aangesloten op een parallelle- of een
USB-poort
Sentinel
System
Driver
Sentinel
Protection
Server
SSD
SPS
NetSentinel
Server
NS
Ardis lokaal
SuperPro
SP - US
SuperProNet
NS
clint: SSD
N.A.
SentinelNetSentinel-C
CB
NC
CB-CA
clint: SSD
N.A.
netsvr32.zip
Ardis Optimizer
sleutel lokaal
Ardis lokaal
Sleutel ergens
anders
gast: SSD
clint: SSD
Gast: SSD +
SPS
Ardis FS
sleutel clint
clint: SSD
Gast: SSD
Ardis FS
sleutel ergens
anders
clint: SSD
gast: SSD +
SPS
Ardis TS
sleutel op server
N.A.
Gast: SSD +
SPS
Ardis TS
sleutel clint
N.A.
N.A.
clint: SSD
Gast: SSD +
SPS
24
gast: SSD
clint: SSD
Gast: SSD
+SPS
clint: SSD
gast: SSD +
SPS
clint: SSD
gast: SSD +
SPS
clint: SSD
N.A.
gast: SSD +
NS
clint: SSD
clint: SSD
host: SSD +
Gast: SSD
NS
clint: SSD
N.A.
gast: SSD +
NS
clint: SSD
N.A.
gast: SSD +
NS
clint: SSD
N.A.
gast: SSD +
N.A.
NS
Opmerking: : SPS (Sentinel Protection Server) heeft altijd Ardis module 5.2.1 nodig.
Op een Windows Terminal Server of Citrix Terminal Server, heb je altijd een netwerksleutel
(SuperProNet: USB of parallel) nodig en module 5.2.1, zelfs voor 1 enkele licentie
Ardis Optimizer
25
Ardis Optimizer
Belangrijk hier is: "Sentinel Windows NT system driver 7.50 Rev. 8" of hoger.
Het eerste scherm dat je dan zal zien, is onderstaand: scherm:
26
icoon,
Ardis Optimizer
27
Bij het eerste gebruik van het programma moet u eerst de lokale instellingen nakijken of deze
op de goede plaats op je harde schijf staan. Als u ermee akkoord gaat dat alle gegevens
bewaard mogen worden in de standaardmap "data", dan hoeft u niets te doen. Maar als u de
"basismaterialen" in een andere map, dan die van de "stukken" wil bewaren, dan kan je dit
doen d.m.v. "beeld" en "projecteigenschappen" aan te klikken. Daar moet u alle waarden van
de projecten invullen.
Projecteigenschappen
De Projecteigenschappen zullen voor elk project of resultatenbestand onder de extensie (.R41)
bewaard worden. Die zijn dan op het huidige project van toepassing. U kan de instellingen
veranderen, door op het volgende icoon te klikken.
Projectsjabloon
Voor we starten is het belangrijk om uit te leggen, dat je ook met een Projectsjabloon kan
werken.
Dit wil zeggen, dat u niet voor elk project de eigenschappen van u machine en
basismaterialen hoeft in te stellen.
Waarschuwing
Aangezien deze instellingen voor elk nieuw project worden gebruikt, heeft u enkel het
gedeelte opslaan dat hetzelfde is voor elk project. Zo is het dus onverstandig om stukken op
te slaan in een sjabloon.
Ardis Optimizer
28
De beste manier om een projectsjabloon te gebruiken is door alle opties en voorkeuren aan te
zetten, dan creert u een machine en een basismateriaal bestand die u kan bewaren door bij
"bestand" te klikken op "opslaan als projectsjabloon"
Mappen
Lay-out
U geeft aan op welke wijze de lay-outs moeten opgebouwd worden, en hoe ze op het scherm
en op de printer dienen afgebeeld of gedrukt worden. U vult gegevens in die de aresultaten
van uw lay-outs op het scherm en op uw printer benvloeden.
Ardis Optimizer
29
U zorgt ervoor dat de lay-outs zo dicht mogelijk bij de werkelijke platen, rollen of lengtes
staan. Deze gegevens zorgen voor een zo goed mogelijke benadering van een werkelijke
weergave van de te verzagen of te versnijden plaat.
Opmerking: De gegevens moeten wel voor het optimaliseren van een opdracht ingesteld
worden. De opties zijn immers nodig, om correct te kunnen optimaliseren.
Er wordt een belangrijk onderscheid gemaakt tussen "rest" en "verlies". Rest is
recupereerbaar afval, verlies niet. De voorwaarden (kleinste lengte, breedte en minimum
oppervlakte) om te voldoen aan recupereerbaar afval zijn in te vullen bij de basismaterialen.
Let op: Deze instellingen kunnen in belangrijke mate uw machine aansturing benvloeden!!!!
Strooksortering
Hier kiest u als, een normale verzaging, u de stroken gerangschikt wil hebben van breed naar
smal, of van smal naar breed. Het startpunt van deze tekening is het lay-outcordinaat.
Door de grootste stukken op het einde van de plaat te plaatsen, vermijd u het risico om samen
met de plaat, ook in u vingers te zagen.
Breed -> Smal: stroken worden gerangschikt van breed naar smal, stroken met een gelijke
breedte worden als een blok genomen.
Lang -> Kort: stroken zullen van lang naar kort gesorteerd worden.
Smal -> Breed: stroken worden gerangschikt van smal naar breed, stroken met een gelijke
breedte worden als een blok genomen
Breed enkel -> smal: stroken worden gerangschikt van breed naar smal.
Ardis Optimizer
Smal enkel -> Breed: stroken worden gerangschikt van smal naar breed
U kan deze keuzes zien door op de spatie te klikken.
De volgende lay-out (met een verschillende opeenvolging) zal alles duidelijk maken:
Van lang naar kort::
Van smal naar breed: (450 x 2 wordt beschouwd als een zijde van 900 + de plaatdikte)
Van breed naar smal: (450 x 2 wordt beschouwd als een zijde van 900 + de plaatdikte)
30
Ardis Optimizer
Van enkel breed naar smal (stroken van gelijke breedte worden samen geteld).
Van enkel smal naar breed: (stroken van gelijke breedte worden samen geteld).
31
Ardis Optimizer
Laag -> Hoog: zal de stukken met het laagste aantal niveaus eerst plaatsen.
Smal -> Breed: zal de kleinste stukken eerst nemen, gelijke stukken worden als een blok
genomen.
32
Ardis Optimizer
33
Rest / Verliesverdeling
Bij ingave van basismaterialen (platen of rollen) kunt u een boord ingeven voor elke zijde.
Als de grote van de verloren rest, geen probleem levert, kunt u beslissen waar het moet
worden genomen. In normale situaties, zal de eerste versnijding een smalle strook afval zijn,
en het lay-out cordinatiepunt zal overeenstemmen met de afvalversnijding. Voor
rolversnijding, zal u het afval best evenredig verdelen tussen de 2 zijden van de rol, om een
gelijkmatige belasting van de machine te krijgen.
Bij ingave van basismaterialen voor platen en rollen, kunt u een boord ingeven voor elke
zijde. Indien er naast de boord nog rest of verlies zou zijn, bepaalt u met dit veld waar u de
rest of het verlies wenst.
Normaal zult u het afval eerst afsnijden, het afval is immers klein, zodat het hoekpunt van de
lay-out (het referentiepunt) diagonaal staat tegenover het punt met de rest.
Bij rollen zult u het afval liefst evenredig verdelen om een gelijkmatige belasting van de
machine te verkrijgen.
Ardis Optimizer
34
Sorteren verlies
Wat Cutting optimizer detecteert als niet opnieuw te gebruiken rest, zouden niet aan het
einde van een strook mogen zijn, maar beschouwd als een plank.
Boord afzonderlijk
Soms worden de ingegeven (4) boorden van een lay-out versneden, vooraleer de stroken
versneden worden. Dit betekent dat de grenzen afzonderlijk op de afmetingen gesneden
worden ingegeven voor het basismateriaal.
Als u wilt dat de grenzen samen met de afvalstukken worden versneden, zullen zij niet
afzonderlijk gesneden worden.
Het wijzigen van deze selectie zal het overzicht van de lay-out veranderen. Als u "Boord
afzonderlijk" heeft geselecteerd en de basismateriaalboord = 0, dan zal er geen boord zijn, de
snijlijn zal buiten de plaat vallen, en het verlies zal in de lay-out correcte afmetingen
vertonen. Als je "Boord afzonderlijk" niet selecteert, dan zal de lijndikte van de snijding in
de grens vallen. De effectieve grens (boord) zal bij de lijndikte van de versnijding smaller
zijn.
De selectie wordt gemaakt met de spatie.
Stukreferentie in de lay-out
Bij nieuw, verschijnt de verwijzing van het deel in de lay-out. Hier kunt u een formule
invoegen om iets anders in de lay-out (vb. de naam van de klant) te tonen.
(Druk Shift+F2 om de formulebouwer te openen)
Lokale instellingen
Decimalen
Bij het eerste gebruik van het programma, is het goed om na te kijken of de lokale
instellingen goed zijn ingesteld. Dit om er zeker van te zijn dat het programma goed is
Ardis Optimizer
35
ingesteld voordat u de gegevens gaat optimaliseren. ARDIS kan opdrachten verwerken die
aangeduid zijn in metrische, decimale duim of in fracties. Later, kunnen deze instellingen
altijd worden nagekeken onder "Beeld-Projecteigenschappen".
U kunt voor de velden "lengte, breedte, dikte, hoogte, oppervlakte, massa en massa/opp."
verschillende waarden invullen. Deze bekomt u door de spatiebalk in te drukken: 0, 1, 2, 3, 4
of breukvorm. Breukvorm is niet van toepassing bij oppervlakte, massa en massa/opp. Voor
het veld "oppervlakte-eenheid" vult u de eenheid in waarmee de oppervlakte moet
vermenigvuldigd worden.
Vorig scherm heeft de instellingen weer om te werken in mm.
Onderstaande schermen geven de verschillende instellingen voor het werken in:
cm
Ardis Optimizer
36
Inches
Ook hier moet je op "OK" klikken, zodat deze de standaardwaarden worden, voor elk nieuw
project.
Massa en Massa/Oppervlakte.
Hier bepaalt u het aantal decimalen beschikbaar voor massa en Massa/opp.
Tijdsformaat
Dit veld bepaalt het formaat van de (verstreken) tijden. De mogelijkheden zijn:
hh:mm (uren:minuten) vb. 01:05 (1 uur en 5 minuten)
hh:mm:ss (uren:minuten:seconden) vb. 01:05:15 (1 uur, 5 minuten en 15 seconden)
Je kan deze mogelijkheden wisselen door de spatie in te drukken
Teken
Een komma of een punt kan als een decimaal worden gebruikt. Je kan jou keuze selecteren,
door de spatie te gebruiken of door "," of "." in het veld in te typen. Hoe dan ook, in data
bestanden voor export, zal er altijd een "." als decimaal teken zijn.
Ardis Optimizer
37
De datums ingeven in het resultaatformaat werkt op net dezelfde manier. Ook hier heb je
verschillende mogelijkheden, nl.: 7.
DDMMJJ vb. 130208 ( 13 febr. 2008)
MMDDJJ vb. 021308 ( 13 febr. 2008)
JJWW vb. 0807 (7de week van 2008)
DD-MM-JJJJ vb. 13-02-2008 ( 13 febr. 2008)
MM-DD-JJJJ vb. 02-13-2008 ( 13 febr. 2008)
DD/MM/JJJJ vb. 13/02/2008 ( 13 febr. 2008)
MM/DD/JJJJ vb. 02/13/2008 ( 13 febr. 2008)
Extra
Als je "Opties" selecteert van het "extra" menu, kunt u vinden waar de programma bestanden
worden bewaard, zoals hieronder getoond.
Opties
Naast een "instellingenbestand" is het cowin.ini bestand (wat in de windows map wordt
bewaard) vermeld. Als u wil reinitialiseren, klik dan op "initialiseren bij opnieuw opstarten".
Het cowin.ini bestand zal worden verwijderd, en als u Cutting Optimizer heropstart, zal je
een nieuw gestart systeem hebben.
Voorkeursinstellingen
Ardis Optimizer
38
Standaard projectmap
Door in het veld waarde te klikken kunt u een standaard projectmap aanduiden. Dit is dan
de map waarin u telkens het project (met alle bijhorende bestanden: stukken-,
basismateriaal-, machine- en resultaatbestand) zult bewaren.
Gebruikinstellingen
Dit gebied heeft het volledige pad, en de bestandnaam weer van het gebruikinstelling bestand.
Standaard is dit: "C:\WINDOWS\COWIN.INI".
U kan ook kiezen om bij het opstarten te initialiseren door de spatie in te tikken.
Standaard Projectnaam
Wanneer u hier niets invult dan wordt bij het opslaan van een project normal de naam job
voorgesteld. Indien u dit wil veranderen dan tikt u hier een andere naam in vb. project. Bij
het bewaren of optimaliseren zal automatisch project bij de naam staan.
Projectnummering
Ardis Optimizer
39
U wil uw projecten bewaren met een oplopend volgnummer bv. project25, project26,
dan vult u hier een geheel getal in vanaf welke hij dient te nummeren. Het getal moet wel
groter zijn dan 0 zodat deze functie zou werken.
Geadresseerde
In het programma heeft u de mogelijkheid om projecten / gegevens door te mailen via
bestand verzenden via email. Standaard staat daar het emailadres van de dienst
technische support Ardis zodat projecten met problemen kunnen doorgemaild worden.
Indien u echter gegevens altijd wil doorzenden naar een ander emailadres, dan kunt u het
emailadres hier invullen, gevolgd door eventueel een schuilnaam. Bv.
naam@pi.be;schuilnaam
Aantal gereedschappen
Dit is het aantal zichtbare gereedschappen in de werkbalk en in het menu "Extra" (minimum
1, maximum 30, standaardwaarde 10). (stelt een hamertje voor)
Ardis Optimizer
40
Optimalisatie-wizard
Wanneer u de gegevens invult zoals wordt aangegeven (stap voor stap), dan worden de
gegevens ook dadelijk verwerkt zodat u een volledige optimalisatie bekomt. Wanneer u voor
elk nieuw project de gegevens op deze manier wenst in te geven, dan verandert u niets aan
het scherm. Wilt u later deze wizard niet meer gebruiken voor het ingeven van de gegevens,
dan moet u de regel uitvinken zodat de v verwijderd wordt.
Wij voeren nu voor ons testvoorbeeld verder de wizard uit, zodat alle gegevens voor ons
eerste project ingegeven worden. U zult uitleg krijgen van verschillende velden of kolommen
die u niet kunt zien bij het werken met de optimalisatie-wizard maar wel bij de gewone
ingave van de gegevens.
Het principe is heel eenvoudig: er dienen met n bepaalde machine stukken versneden of
verzaagd te worden uit grote platen materiaal. Deze gegevens voert u in, en het programma
geeft u zijn zaag- of snijplannenvoorstel (lay-out).
Over de volgende puntjes van het stukken-, materiaal- en machinebestand hoeft u zich geen
zorgen te maken, want dit gebeurt allemaal op de achtergrond van het programma, bij het
uitvoeren van de stappen.
Het stukkenbestand (*.stk) bevat de gegevens voor uw stukkenlijst: info over de stukken die
u wenst te verzagen of versnijden.
Ardis Optimizer
41
Optimaliseren (Stap 4)
De ingebrachte gegevens dienen geoptimaliseerd te worden.
Ardis Optimizer
42
U klikt op Finish en er wordt een scherm geopend waarbij gevraagd wordt een naam te
geven aan de optimalisatie. Wij kiezen voor stukken1. Deze naam wordt gebruikt voor alle
bestanden van het project: het stukkenbestand (stukken1.stk), het basismaterialen-bestand
(stukken1.std), het machinebestand (stukken1.mch) en het resultatenbestand (stukken1.R41).
Klik dan op Opslaan.
U optimaliseert later opnieuw door:
F6 in te drukken
op het rode uitroepteken
te klikken
Selecteer "Extra - Optimaliseren"
Ardis Optimizer
43
Opbouw Hoofdscherm
Het hoofdscherm bestaat uit 6 delen. Zij hebben elk hun specifieke bruikbaarheid. Sommige
delen zijn wel in staat dezelfde functies uit te voeren.
Uitklap-menu
Werkbalk
Overzicht
Gegevens
Statusbalk
Helplijn
Uitklap-menu
Bestand
o Nieuw: Ctrl + N: start een nieuw optimalisatiebestand.
o Openen: Ctrl + O: een bestaand optimalisatiebestand openen
o Opslaan: Ctrl + S: een optimalisatiebestand opslaan
o Opslaan als: een optimalisatiebestand opslaan onder een andere naam
o Gecomprimeerd opslaan: een optimalisatiebestand opslaan met extensie COP
waarbij dit COP-bestand alle bijhorende bestanden en instellingen van het
project bevat.
o Opslaan als Projectsjabloon: Shift + Ctrl + S: wat u opslaat als projectsjabloon
wordt gebruikt als sjabloon of basis voor alle nieuwe projecten.
o Oude documenten verwijderen: hier wordt de mogelijkheid gegeven om oude
bestanden (resultaten-, machine-, stukken-, basismaterialenbestanden) te
verwijderen
o Afdrukken: Ctrl +P: het resultaat op papier zetten.
Ardis Optimizer
o
o
o
44
Ardis Optimizer
Extra:
o
o
o
o
o
o
o
o
Help
o
o
o
Werkbalk
Beschrijving van alle knoppen die aanwezig zijn op de werkbalk.
een nieuwe opdracht opstarten
een bestaande opdracht openen
De huidige opdracht bewaren
open de optimalisatie-wizard
Knippen: de geselecteerde gegevens op het klembord plaatsen, en verwijderen op de
originele locatie
Kopiren: een kopie van het geselecteerde op het klembord plaatsen.
Plakken: de gegevens van op het klembord in het geselecteerde veld plaatsen.
Toon formules
afdrukken van de gegevens
bekijken van een afdrukvoorbeeld
Afdrukken op etikettenprinter via speciale module: "interactieve etiketten"
Tonen informatiescherm: hier wordt alle info over het programma weergegeven. vb;
serienummer, gebruiker, datum laatste update, sleutelinformatie, ... (belangrijk bij
telefoon-assistentie.
de online helpfunctie opstarten
eigenschappen van het resultatenbestand = projecteigenschappen
optimalisatie uitvoeren
Overzicht
45
Ardis Optimizer
46
Gegevens
U voert hier de gegevens voor een optimalisatie in, bekijkt de berekende optimalisaties of
lay-outs; afhankelijk van de plaats in het overzichtscherm waar u gepositioneerd bent.
Statusbalk
Hebt u geen sleutel dan ziet u daar gelijk de melding: Geen sleutel. In deze balk kunt u ook
de status van de caps-lock, num-lock en scroll-lock bijkijken (zie ook de al dan niet verlichte
lampjes rechts bovenaan op u toetsenbord). U vindt hier ook de IPC status terug.
Rechtermuisknop menu
Dit menu verschilt naargelang de plaats waar u gelokaliseerd bent. Via deze toets kunt u
tevens altijd de help-functie activeren van het onderwerp waar u gepositioneerd bent.
Ardis Optimizer
47
Ardis Optimizer
48
Wij zijn nu klaar om te leren hoe te werken met Cutting Optimizer. Dit zal gebaseerd worden
op:
ingeven van informatie van een fictieve zaag of een zaagmachine
ingeven van informatie van basismaterialen, rollen, profielen, etc...
ingeven informatie voor de nodige stukken
laat Cutting Optimizer zijn verwerking uitvoeren
terugwinnen resultaten
Wij hopen dat u begrijpt dat u in plaats van de fictieve informatie dat wij u meegeven, u ook
onmiddellijk u eigen echte gegevens kunt invoeren.
Invoeren machinegegevens
De criteria voor het zagen worden weergegeven als machine parameters.
Om de basisgegevens in te vullen over de machine, klikt u aan de linkerkant van het scherm
op "machine" (de naam die je hebt ingevoerd bij het starten van het programma). Aan de
rechterkant van het scherm, verschijnen enkele velden waar je de basisgegevens invult.
Waarschuwing
Indien het aantal invulvelden of de volgorde ervan niet overeenkomt met hetgeen u ziet op
uw computer, dan zijn bepaalde velden niet actief gezet. U kunt deze velden aanzetten door
te klikken met de rechtermuisknop op een veld of ernaast (in het blanco gedeelte) en dan
toon te kiezen.
Ardis Optimizer
49
De belangrijkste functies die gebruikt worden voor het ingeven van de gegevens in dat
scherm, zijn voor elk venster in Cutting Optimizer gelijk. In zo een scherm is het slechts
mogelijk om gegevens in te voeren in het veld waar je met de cursor staat.
Er zijn verschillende mogelijkheden om de cursor te verplaatsen van het ene veld, naar het
andere:
Enter-toets
Tab-toets
Om terug te gaan naar het vorige veld, gebruik je de combinatie Shift + Tab
De inhoud van een veld kunt u op 2 manieren wijzigen. Wilt u de volledige inhoud van een
veld vervangen, dan gaat u op dat veld staan (u zult zien dat het volledige veld in een andere
kleur belicht wordt) en u typt de nieuwe inhoud in (de oude inhoud verdwijnt).
Wilt u een deel van de inhoud van het veld wijzigen, dan drukt u F2. Binnen het veld kunt u
via "Home", "End", "<-" of "->", teken per teken wijzigen of verplaatsen.
Omschrijving
In het veld "omschrijving" vult u de naam in van de machine of als voorbeeld, vullen we in
"machine". De naam heeft een louter documentaire functie. Je kan nu pauzeren en kijken wat
de help-functie u aanbiedt. Druk op "F1", en je zal een beschrijving krijgen van het veld,
waarin je cursor staat. De beschrijving is slechts een tekstuele verwijzing en heeft geen
invloed op de optimalisatie resultaten.
Snededikte
De snededikte komt overeen met de hoeveelheid grondstof die verloren gaat bij het snijden,
zagen of verkappen door de dikte van het werktuig waarmee dit gebeurt, bv. door de dikte
van het zaagblad. Het programma houdt hier, bij het ontwerpen van de lay-outs, rekening
mee. Voor onze fictieve machine mag je een snededikte van "4.4 mm" invullen. De eenheid
van meting (b.v. mm of cm) moeten hetzelfde zijn als die van bij de stukken en de
basismaterialen.
Ardis Optimizer
50
Met het aantal niveaus wordt bedoeld het aantal keer dat u overgaat van langse naar dwarse
snijrichting of omgekeerd. Iedere omdraaiing van een blad of strook betekent een verhoging
van het niveau met waarde 1. U kunt het zich op de volgende manier voorstellen: de eerste
snijrichting is niveau 1. De verkregen platen moeten verder verdeeld worden in een haakse
richting. De versnijdingen hiervoor gebeuren op niveau 2. Bij een verdere verdeling spreken
we van niveau 3.
Een andere manier ter bepaling van het aantal niveaus: hoeveel maal een grondstofplaat (of
een stuk hiervan) hernomen of omgedraaid moet worden.
Het aantal niveaus dat u toelaat, bepaalt mee de complexiteit van de lay-outs. De begrenzing
van het aantal niveaus zal de ingewikkeldheid van de lay-outs verminderen. Hoe minder
niveaus, hoe minder snijwerk.
Voor het aantal niveaus op onze fictieve machine vullen we 5 in.
Invoeren basismateriaalgegevens
Het volgende wat we gaan invoeren, zijn de gegevens over het basismateriaal dat moet
worden versneden of verzaagd worden, volgens de berekeningen van Cutting Optimizer.
Ardis Optimizer
51
Hoe dan ook, als je een nieuw basismaterialenbestand wil creren, klik dan op de
rechtermuistoets op "basismaterialen (F10)" en selecteer "basismateriaalbestand toevoegen".
Voor onze oefeningen gaan we "raw" invullen"
Het volgende wat we invoeren zijn de gegevens over het basismateriaal dat moet worden
versneden of verzaagd. Als je "Ja" kiest, dan zal "nieuw" vervangen worden door "raw".
Anderzijds zal "raw" een nieuw bestand onder "nieuw" zijn. Druk "ja" voor dit voorbeeld.
Bij het opslaan zal het basismateriaal dezelfde naam als het project krijgen.
Invoeren basismateriaalgegevens
Het inbrengen is vergelijkbaar met het inbrengen van de machinegegevens.
Ardis Optimizer
52
Omschrijving
Lengte
Algemene referentie
30
Algemeen basismateriaal
8
Datum DDMMJJ
6
nerfrichting basismateriaal (D) (0=geen, L=Lengte, B=Breedte) L
Lengte
7
Breedte
7
Aantal in voorraad
5
Min. & Max. boorden voor 4 zijden
40
Referentie van het basismateriaal
20
Dit is een lijst van het maximum aantal karakters (maximumlengte) toegestaan op de velden.
Algemene Referentie
Hier kan je een referentie of informatie ingeven over het basismateriaal. De referentie zal
later toegevoegd worden aan de informatie met betrekking tot elk individueel geproduceerd
stuk, en zal op alle verschillende documenten uitgeprint worden. De referentie zal ook op
ieder identificatie etiket van ieder geproduceerd stuk geprint worden. Invoegen van gegevens
in dit veld is niet verplicht. Voor u oefening kunt u "Beste materiaal" invoegen. Het
indrukken van de Tab-toets brengt de cursor naar het volgende veld.
Machine
Het is verplicht dat dit veld, aangeduid als "machine", gegevens heeft om in te vullen. Het
verwijst namelijk in dit bestand, naar de machine die de basismaterialen zal verwerken.
Wanneer u in de machinecel klikt, krijgt u een lijst van alle machines die beschikbaar zijn.
Normaal zal nu de standaardmachine, ingevuld toen het programma starte, verschijnen. U
kunt eveneens naar een machine zoeken, door de naam in het veld in te typen. Dan zal de
computer de naam zoeken die je hebt ingevoerd. Normaal, krijg je een standaardmachine
bestand. Voor deze oefening zal het standaardmachine bestand "machine" zijn.
Als je een andere machine wil selecteren (vb. een machine die je hebt gebruikt voor een
vorig project), doe je op "machine" rechtermuisklik, kies " machinebestand toevoegen". Van
de map waar u de machine bestanden hebt opgeslagen, kiest u de machine die u wenst te
gebruiken. U keert terug op het veld "machine" van het basismateriaal en je typt of selecteert
de naam van de machine.
Datum
Het "Datum" veld, is enkel een informatieveld. Het kan wel nuttig zijn wanneer er
wijzigingen aan het bestand zijn gemaakt, en je de huidige datum wil ingeven, zodat je dan
weet welke het meest recente bestand is. Cutting Optimizer zal u helpen vermijden, van een
onjuiste datum in te geven. Het systeem zal automatisch de datum aanpassen. Als het cijfer
dat je hebt ingevoerd voor de dag of de maand, groter is dan het aantal dagen in die maand,
of het aantal maanden in dat jaar, zal deze gewijzigd worden naar de laatste dag van die
maand, laatste maand van dat jaar. bvb. 380308 word dan 310308 of 31 maart 2008.
Ardis Optimizer
53
R (SheetD)
In het "R" veld, kan je de nerfrichting van het basismateriaal wijzigen. Deze richting kan
door de korrel of het malen van het materiaal bepaald worden. In sommige gevallen, is het
verplicht dat de richting van het stuk ook dezelfde richting heeft van het basismateriaal,
waarvan het zal worden afgezaagd. De informatie die u hier invoert is de afmeting, die de
richting volgt. Het programma zal deze informatie gebruiken en zal de lay-outs met deze
beperkingen ontwerpen. De richtingen die u kunt ingeven zijn:
L: betekent dat de nerfrichting meegaat met de lengte van de plaat.
B: betekent dat de nerfrichting meegaat met de breedte van de plaat.
(wit): als je niets in het veld selecteert, dan zegt u tegen de software dat de nerfrichting niet
belangrijk is en dat de stukken in eender welke richting mogen geplaatst worden in de layouts.
Je kan de nerfrichting selecteren door "L" of "B" in te typen, of door gebruik te maken van de
spatie. Voor onze oefeningen gaan we "L" gebruiken.
Lengte (SheetL)
In het veld "Lengte" typt u de lengte in van de standaardplaat basismateriaal. U moet wel
eerst nadenken, welke van de 2 afmetingen van de plaat, je als lengte gaat gebruiken. Dit
omdat het niet de langste maat van de 2 moet zijn. Voor onze oefening gaan we 2600 mm
intypen. Het enige belangrijke aan de lengte is dat Cutting Optimizer deze altijd horizontaal
zal tonen op het scherm.
Breedte (sheetW)
In het veld "Breedte" typt u de andere afmeting in, die je niet gebruikte voor de lengte, van
de standaardplaat basismateriaal. Voor onze oefening gaan wij hier een waarde van 2000 mm
intypen. Breedte wordt standaard verticaal getoond.
Aant. (sheetQty)
In het veld "Aant." typt u hoeveel platen basismateriaal er in de inventaris beschikbaar zijn.
Voor onze oefening hebben we 100 platen beschikbaar. We starten dus in de inventaris met
100 platen basismateriaal van 2600 mm x 2000 mm.
Beschikbaar (SheetNoLimit)
Ardis Optimizer
54
Ref (SheetRef)
Dit veld bevat een referentie van het basismateriaal. Dit kan het materiaaltype zijn, de locatie
in het magazijn, etc...
Bemerking (SheetRemark)
Soms is het veld "referentie" niet genoeg. Het veld "bemerking" kan ook algemene
opmerkingen bevatten betreffende het basismateriaal, locatie in het magazijn, enz...
Ardis Optimizer
55
naam van een nieuw of een bestaand stukkenbestand op, dat u wil meerekenen in het project.
Wij gaan ons Project opslaan als "Test"
Referentie
In het eerste veld "Referentie", kunt u een verwijzing of beschrijving van dat stukkenbestand
ingeven. Later zal deze informatie aan elk geproduceerd stuk, en op elk geprint etiket staan.
Dit veld is niet verplicht in te vullen. Wij gaan "stukken voor test" intypen.
Datum
Ardis Optimizer
56
In dit veld kan je datum invoeren wanneer de stukken zullen gemaakt worden. Hoe dan ook,
die informatie is niet verplicht in te vullen.
Daarna gaat u naar de selectie waar de vereiste stukken worden beschreven. In deze tabel,
kunt u een grote hoeveelheid van stukken hebben die moeten worden ingevoerd. Het is dan
ook heel waarschijnlijk dat de informatie van een bepaalde kolom hetzelfde is als voor de
meeste stukken. Ook kunnen er kolommen zijn die u voor geen enkel stuk nodig hebt. In
deze gevallen versterkt Cutting Optimizer sommige hulpmiddelen om de ingave te
vergemakkelijken.
Ingeven stukgegevens
R
Het veld "R" wordt gebruikt om de korrel- of nerfrichting aan te tonen.
L: betekent dat de nerfrichting meegaat met de lengte van de plaat.
B: betekent dat de nerfrichting meegaat met de breedte van de plaat.
als je niets in het veld selecteert, dan zeg je tegen de software dat de nerfrichting niet
belangrijk is en dat de stukken in eender welke richting mogen geplaatst worden in de layouts.
E: nerfrichting te bepalen door optimalisatie. Het maakt niet echt uit in welke richting de
stukken worden geoptimaliseerd, maar ze worden wel allemaal in dezelfde richting
geoptimaliseerd.
L*: betekent dat de nerfrichting meegaat met de lengte van de plaat, ook al heeft het
basismateriaal geen nerfrichting
B*: betekent dat de nerfrichting meegaat met de breedte van de plaat, ook al heeft het
basismateriaal geen nerfrichting
Voor onze oefening: de nerfrichting instellen op "L" voor de eerste series van identieke
stukken. Dit zegt tegen Cutting Optimizer dat alle stukken met hun lengte parallel aan de
Ardis Optimizer
57
richting van het basismateriaal moeten gezaagd worden. Let op!: het is nodig dat je de
nerfrichting voor zowel het basismateriaal als voor de stukken invoert, zodat het programma
efficint zou werken. Als je enkel de nerfrichting voor de stukken zou invullen, zou het
programma deze niet in rekening nemen!
Referentie
in het veld "Ref", kan u een referentie of beschrijving van het stuk invoegen. De referentie
zal op de layouts worden uitgeprint. Als de referentie te lang is, zal het niet getoond worden.
Alles zal op de stuketiketten worden geprint. voor onze oefening mag je voor de eerste set
van stukken "Prototype" intypen.
Bemerking
Als het referentiegebied van de centrale sectie van het venster niet groot genoeg is om alle
informatie die u wenst in te typen, dan mag u het veld "Bemerking" gebruiken, om van extra
informatie een lijst te maken. Dit veld wordt gebruikt om informatie te geven over de
productiehandelingen om te stukken te maken. Ook deze informatie zal op de etiketten
uitgeprint worden. Er zijn meerdere bemerkingsvelden die je zichtbaar kan maken door op de
rechtermuistoets te klikken en "Toon" te selecteren. Dan kiest u welke bemerkingsvelden u
zichtbaar wilt maken. Voor onze oefening, mag je voor de eerste serie van stukken "4 zijden
pvc" intypen.
Breedte
Aantal
Referentie
Bemerking
614
284
30
Paneel links
2 randen mel.
724
434
30
Paneel boven
Uncov. board
1764
404
30
Paneel rechts
2 randen mel.
450
42
35
front links
4 randen mel.
450
230
35
front rechts
Uncov. board
614
394
35
Rug
Ardis Optimizer
58
Bij het intikken van gegevens werkt u best lijn per lijn en daarna controleert u best alles
kolom per kolom, of u gaat in de omgekeerde volgorde te werk. In ieder geval raden wij u
aan, om steeds de ingevoerde gegevens te controleren om onjuiste resultaten te vermijden.
Optimalisatie
Cutting Optimizer zal de gezaagde stukken berekenen bij het klikken op het
icoon, bij het
drukken of F6 of door in het uitklapmenu "Extra - Optimaliseren" aan de klikken. Volgende
stap: er opent een scherm dat u toestaat om de vooruitgang van de optimalisering te volgen.
Als u de optimalisering wilt annuleren, klik "Cancel".
Het optimalisatiescherm
Resultaten
Deze puntjes in de resultaten geven u een overzicht van de resultaten na de optimalisatie: een
lijst van vereiste stukken (voorbeelden) die geproduceerd wordt door het gebruiken van de
beschikbare platen.
Overzicht (F7)
Ardis Optimizer
59
Lay-outs (F4)
Ardis Optimizer
60
We klikken met de muis op lay-outs of drukken vanuit een willekeurige positie op F4. Het
gegevensscherm bevat 3 delen: In het bovenste gedeelte "overzicht" ziet u hoe het materiaal
dient verwerkt te worden: aantal zaagschema's, welke platen en hoeveel keer u ze dient te
gebruiken,
In het middenste gedeelte "grafisch" krijgt u een visuele voorstelling van elke lay-out of elk
zaagschema. In het onderste deel "detail" ziet u alle stukken die in dat bepaald zaagschema
voorkomen.
Overzicht
In het overzichtgedeelte is er voor elke lay-out 1 datalijn voorzien. Standaard zijn deze items
in elke lijn:
Layout volgnummer (Lay#)
het rendement per layout (Rend%)
nerfrichting (R)
snijrichting (R)
Lengte
Breedte
Ardis Optimizer
61
aantal keren dat die layout geproduceerd moet worden of het aantal platen om te
verzagen met deze layout. (Aant.)
Als een bestand, gekoppeld aan de machine, werd gecreerd; volledig pad van NC
databestand, layout volgnummer in het bestand
Grafisch
Vergroten en verkleinen
U klikt in het rechtermuisknopmenu op "vergroten" of "verkleinen" indien de tekening moet
aangepast worden in grootte. Indien u weer de volledige voorstelling wilt zien, selecteert u
"volledig". Naargelang u de lay-out meer vergroot, worden meer gegevens op de voorstelling
getoond, zoals de stukreferentie, etc.
Lettertypen
U kunt ook lettertypes die voor de voorstelling gebruikt worden toevoegen door op de
rechtermuisknop te duwen en "Lettertypen" te selecteren.
Ardis Optimizer
62
U kunt een nieuw lettertype toevoegen dat moet gebruikt worden bij de grafische voorstelling.
Indien u kleinere lettertypes toevoegt, blijven veel details zichtbaar op de grafische
voorstelling van uw ontwerp, aangezien deze lettertypes minder plaats op het scherm
innemen, en zich dus dichter bij elkaar mogen bevinden.
Door op een lettertype en nadien op eigenschappen te klikken, kunt u de eigenschappen van
dit lettertype zien en veranderen. De eigenschappen van een lettertype veranderen gebeurd in
volgend scherm.
Door op de knop naast scherm te klikken "Lettertype scherm", kiest u een ander lettertype
voor de grafische voorstelling. Met de knop naast printer "Lettertype printer" kiest u het
lettertype dat bij het printen moet gebruikt worden. Als uw keuzes gemaakt zijn, klikt u op
OK. Indien u de wijzigingen ongedaan wilt maken, klikt u op Annuleren. Bij het drukken
op de knop naast scherm of printer komt het volgende scherm tevoorschijn.
U kunt een ander lettertype selecteren, de grote ervan wijzigen en nog veel meer. Om de
wijzigingen door te voeren klikt u op OK.
Er kan ook een nieuw lettertype toegevoegd worden aan de lijst. Klik op "Nieuw" en klik dan
op n van de 2 ID's. Volg dan dezelfde stappen als het veranderen van een lettertype. Om
een lettertype te verwijderen, duid u het lettertype aan en klikt u op verwijderen.
Ardis Optimizer
63
Kleuren
De kleuren wijzigen kan handig zijn om visueel duidelijk te maken hoeveel schroot, rest,
er is. U kiest het item waarvan u de kleur wilt wijzigen uit de lijst die links staat. Bij het
opvullen menu kiest u de kleur en het patroon van de vulling bv. arceren, blanco, Bij lijn
kiest u de kleur en dikte van de lijn. Als alles naar wens is, klikt u op "OK". Als u op de
rechthoek klikt waarvan u de kleur wilt veranderen, komt er een flap te voorschijn met alle
kleuren die u kunt kiezen. Zit de kleur van uw keuze er niet bij, klik dan op "aanpassen" en u
komt in volgend scherm.
In dit scherm, kan je eender welke kleur aanmaken, en dit voor de kleur die je wenst.
Detail
Ardis Optimizer
64
Stukken
Basismaterialen
Ardis Optimizer
65
Afdrukken
Selecteer "Afdrukken (Ctrl + P)" in het contextmenu. Dit staat u toe om de gegevens van een
actief item uit te printen.
"Afdrukvoorbeeld (Shift + Ctrl + P)" toont u op het scherm hoe de afdruk zal zijn, wanneer
je het werkelijk gaat uitprinten.
Opmerking: Het is belangrijk om een standaard printer te hebben genstalleerd om een juist
afdrukvoorbeeld te kunnen krijgen op het scherm.
Als u meerdere items tegelijkertijd wil uitprinten, klik dan met rechtermuistoets op
"resultaten". Van het contextmenu kunt u dan de items selecteren die u wilt uitprinten. Na het
kiezen van deze items, selecteert u "Afdrukken" in het contextmenu.
Rapporten
Ardis Optimizer
Rapporteigenschappen
66
Ardis Optimizer
Titel
U geeft de titel van het rapport in.
Paginahoofding
Printen van de paginahoofding. Gebruik de spatie voor "Ja" of "Nee"
Groep
Vul een formule in, om een groepdefinitie te identificeren. (Shift+F2 om de formulebouwer
te openen).
Filter
Vul een expressie in om lijnen te filteren. (Shift+F2 om de formulebouwer te openen).
Veelvoud
Vul een formule in, om het aantal keer dat een lijn moet herhaald worden, te berekenen.
(Shift+F2 om de formulebouwer te openen).
Printer
U kunt de printer selecteren, die u wilt gebruiken. Door de spatie te gebruiken, krijgt u alle
mogelijke printers. Als u een printer wilt gebruiken die nog niet in het programma zit, dan
kunt u de nieuwe aanmaken.
Afdruklade, papierbron
Selecteer door gebruik te maken van de spatie de naam van de printerlade, die bij het
afdrukken moet genomen worden.
Orintatie
Als je gebruik maakt van de spatie, zie je de 2 mogelijkheden: Staand of Liggend.
Paginaformaat
U kiest voor het papierformaat dat u gebruikt. Door op de spatiebalk te drukken krijgt u de
beschikbare formaten.
67
Ardis Optimizer
68
Werken in Tabellen
Cutting Optimizer heeft enkele hulpmiddelen die het invullen van lijsten makkelijker maakt
en die vermijden dat u bij het invullen fouten maakt.
In een kolom kunt u door op de pijltoets naar boven of beneden te drukken, de cursor naar
boven of beneden in de kolom verplaatsen. U kunt gegevens invullen of aanpassen van een
volgende of vorige lijn.
De Enter-toets bevestigt de ingave van een vak. Het programma zal de cursor verplaatsen
naar het volgende "actieve" gewenste vak.
De Tab en Shift-Tab verplaatsen de cursor van het ene naar het volgende of vorige vak, actief
of niet. Dit in tegenstelling tot de Enter-toets, die de cursor enkel naar de actieve vakken
verplaatst
Esc annuleert de wijzigingen in een vak en maakt een selectie van rijen ongedaan.
Ardis Optimizer
69
Ardis Optimizer
70
Met "Actief" laat u een kolom zichtbaar, maar maakt het al dan niet onbruikbaar voor invoer
van gegevens.
Met "Verberg" en "Toon" kan u een kolom tonen of verbergen
"Eigenschappen" is de meest belangrijke selectie. Daar kan u in de kolommen de titel, de
help tekst, de tekstbreedte enz. veranderen.
Voorbeeld: U kunt het totale aantal nodige stukken en het totale aantal geproduceerde
stukken vergelijken. Ga naar "Beeld - Resultaten - Stukken" en klik met de rechtermuistoets
in de kolommen "Aant" en "Prod": daar klikt u op eigenschappen. U klikt in het vak
zodat de V aangemerkt wordt. Het resultaat is:
Ardis Optimizer
71
Ardis Optimizer
72
Functietoetsen
F1 Help
F2 Wijzigen velden
F4 Lay-outs tonen op scherm
F6 Optimalisatie uitvoeren
F7 Raadpleging van overzicht
F9 Stukken invoeren
F10 Basismaterialen invoeren
F11 Machine invoeren
Sneltoetsen
Ctrl + N
Ctrl + O
Ctrl + S
Ctrl + Z
Ctrl + X
Ctrl + C
Ctrl + V
Ctrl + I
Ctrl + Y
Ctrl + F6
Ctrl + F8
Ctrl + F9
Alt + F4
Alt + F8
Alt +
Enter
Ctrl +
PgDn
Ctrl +
PgUp
Ardis Optimizer
<- ->
cursor 1 plaats naar links of rechts in het veld
pijl boven, pijl onder cursor 1 plaats naar boven of onder in de kolom
Backspace
verwijderen teken dat voor de cursor staat
Delete
verwijderen teken dat achter de cursor staat
End
einde veld
Enter
verspringen naar het volgende actieve veld.
Esc
invoerfunctie en selectie annuleren
Home
begin veld
Insert
schakelen tussen overschijfmode en tussenvoermode
PgDn
cursor 1 bladzijde naar beneden in de kolom
PgUp
cursor 1 bladzijde naar boven in de kolom
Shift + Tab
verspringen naar vorige veld
Spatie
doorloop de verschillende keuzen in de keuzevelden
Tab
verspringen naar volgende veld
Besluit
We zijn aan het einde gekomen van het deel "Leren werken met Cutting Optimizer". U bent
nu vertrouwd met de belangrijkste bewerkingen van het programma en we raden u aan zo
vlug mogelijk het programma te gebruiken met werkelijke gegevens.
Veel succes !!!
73
Ardis Optimizer
74
Naslag
Inleiding
In het vorige deel maakte u kennis met de meest elementaire functies van Cutting Optimizer.
U leerde de globale werking van het programma kennen en u leerde het programma bedienen.
In het volgende deel worden systematisch alle mogelijke functies waarover de verschillende
versies van Cutting Optimizer beschikken, uitgelegd. De uitleg is vollediger en bondiger dan
in het vorige deel. Er mag immers worden verondersteld dat u nu bekend bent met de
basisbewerkingen, zoals het gebruik van menu's, de navigatie van de cursor, het gebruik van
de speciale toetsen, enz.
Voor dit deel is uitgegaan van de meest uitgebreide versie van Cutting Optimizer. Dat
betekent dat ALLE mogelijkheden van het programma uitgelegd worden.
Alfabetische index
Indien u vlug uitleg wilt over een bepaalde functie, is het handig om de alfabetische index
achteraan deze handleiding te gebruiken. Daar vindt u dan een verwijzing naar de bladzijde
waar het door u gezochte onderdeel besproken wordt.
Tips
In dit deel zult u bij verschillende functies raadgevingen vinden over de beste manier van
werken en suggesties over wat u in welke situatie best invult. Die tips zorgen ervoor dat u op
korte tijd Cutting Optimizer aan uw situatie aanpast en u het maximum uit het programma
haalt.
Hulp
Wij vinden het belangrijk om u er opnieuw aan te herinneren van de mogelijkheden van de
krachtige help-functie die voor u beschikbaar zijn, wanneer u Cutting Optimizer in werking
stelt.
F1 brengt u tot een context afhankelijke hulp: u krijgt informatie over het veld waarin
u cursor staat.
F1 op een item uit de boomstructuur (links in beeld) heeft u algemene informatie over
dat geselecteerde item.
Help - Help-onderwerpen geeft u toegang tot alle mogelijke help-onderwerpen.
Er zijn 2 mogelijkheden om de helpeigenschappen te activeren: of u drukt enkel de
belangrijkste toetsencombinatie, of je plaatst je cursor in de cel waarvan je de helpfunctie wil
raadplegen, en je drukt F1.
Ardis Optimizer
Indien u bij het gebruik van het programma ondervindt dat u nood hebt aan bepaalde opties
of bewerkingen (modules) die uw versie niet heeft, neem dan contact op met uw dealer. Die
zal u graag meer inlichtingen geven over wat voor u de mogelijke uitbreidingen van Cutting
Optimizer zijn. Stuur in elk geval het evaluatieformulier op, die u in deze digitale
handleiding vindt.
75
Ardis Optimizer
A. Easy Optimizer
Optimalisatie naar een zo hoog mogelijk rendement voor beperkte opdrachten: kleine
hoeveelheden, printen van lay-outs, bepaalde optimaliseringcriteria op rendement, stukken
met vaste afmetingen (max. 100 verschillende stukafmetingen), hoeveelheden en
stukreferentie, vast standaard plaatformaat (max. 5) met boordsnede en zaagsnededikte.
76
Ardis Optimizer
77
E. Lengte optimalisatie
Deze eigenschap staat de gebruiker toe om 1-dimensionale producten te optimaliseren, zoals
staven, werkbladen, etc. De lengte-optimering kan ook als materiaalkosten- of zaagkostenoptimering ingezet worden.
F. Lengte optimalisering
Dit betekent dat lengte-optimering als deel gekocht wordt bij B, C of D
De gegevens sorteren
Ardis Optimizer
78
Wilt u echte gegevens invullen (in alle invoerbestanden), begin uw formule dan met =. Er zal
dan in dit veld een directe berekening gebeuren (bv. =LxB, dan zal een getal te zien zijn, nl.
het product van de lengte en de breedte).
Wilt u namen of zinnen invullen (bv. bij printerrapporten), begin uw formule dan niet met bv.
= "Lengte", dan zult u in dat veld het woord lengte zien staan.
Constante getallen
Bijvoorbeeld:
5
8.75
-1
Ardis Optimizer
79
Hulpvariabelen
Dit zijn symbolen die een bepaalde waarde voorstellen. Variabelen hebben het voordeel, in
tegenstelling tot constanten, dat u de toe te kennen waarde zelf kunt bepalen of (laten)
uitrekenen. De waarde kan een onbeperkt aantal keer gewijzigd worden. Voorbeelden
hiervan zijn:
VAR1
VARIABELE
SCHUIVEN
LENGTE
BREEDTE
De namen van de variabelen moeten beginnen met een letter uit het alfabet en gevolgd
worden door letters of cijfers. Bij de eerste toewijzing aan de variabele wordt bepaald of deze
een getal of een tekenreeks voorstelt.
X = 5.6 => X stelt een getal voor
Y = "TEKST" => Y is een tekenreeks variabele
Indien u expliciet een tekenreeks variabele wilt aanduiden, kunt u een dollar-teken ($) als
laatste teken van de naam van de variabele gebruiken. Bv. REF$ = "REFERENTIE"
Als een variabele eenmaal toegewezen is als getal, kan deze variabele niet meer gebruikt
worden als tekst, en omgekeerd.
TEST = 5: TEST = "TEST" => dit is foutief
U kunt zelf uw eigen hulpvariabelen gebruiken. Deze krijgen de waarde 0 bij hun eerste
gebruik. Ze verliezen hun waarde niet tijdens het berekenen van een formulereeks.
Gereserveerde variabelen
Cutting Optimizer gebruikt gereserveerde variabelen. Welke deze zijn, hangt af van het type
formule dat u ingeeft:
Calculatielijn van de stukken
Elementberekening van de stukken
Rapportdefinitie
Ardis Optimizer
80
De waarde van deze variabelen wordt door Cutting Optimizer zelf berekend. U kunt deze
variabelen wel gebruiken maar niet veranderen.
Symbolen en operatoren
Scheiden van formules
Veelvoudige verklaringen op een lijn worden afgebakend (gescheiden) door een dubbelpunt
(:).
vb. LENGTE = 150: BREEDTE = 68: AANTAL = 300
Deze worden van links naar rechts gevalueerd.
Basisbewerkingen
+
getal ^ ext: getal tot de macht van ext (2^3 geeft 8 als resultaat)
SQRT
==
Ardis Optimizer
<>
<
>
<=
>=
AND
(en)
OR(of)
Substitutie variabelen
$(docpath)
$(DocLongPath)
$(DocDir)
$(DocName)
$(DocExt)
$(DocTitle)
$(DEFCO)
$(AppDir)
$(WinDir)
$(DEFCODir)
$(TemplDir)
$(MyDocDir)
81
Ardis Optimizer
$(MyStsDir)
Functies
INT
IS
ISBETWEEN
ISBETWEEN(waarde;minwaarde;max1[;max2;...]):
geeft 1 terug indien waarde >= minwaarde en waarde <=
max1 of de index van eerste schijf waarbinnen waarde
valt indien meerdere 'max' waarden aangeduid
ISEMPTY
ISNOTEMPTY
LICENSE
IF
VAL
SUBSTR
82
Ardis Optimizer
SUBFIELD
LEN
LEFT
RIGHT
ROUND
RTRIM
LTRIM
REPEAT
REPEAT ("formaat" ;tijd): schakelt C-formatering
"formaat" een aantal keer aan elkaar
REPEAT("formaat";aantal):maakt een samengestelde
83
Ardis Optimizer
ASC
BC
BC (tekenreeks;"39";extended;checkdigit): geeft de
barcode tekst in gewenst formaat terug incl. * en
eventueel controlekarakter
getal1 MOD getal2: rest bij deling van getal1 door getal2
(10 MOD 3 geeft 1)
MOD
MIN
MAX
INSTR
INSTR("tekenreeks";"sleutelwoord";"scheidingsteken"):
zoekt (eerste) positie van sleutelwoord in een tekenreeks
waarbij de subvelden door het gegeven teken gescheiden
worden.
FRACTION
TITLE
SUCC
84
Ardis Optimizer
QUOTE
REPLACE
SIN
COS
TAN
COT
ARCSIN
ARCCOS
ARCTAN
ARCCOT
STR
85
Ardis Optimizer
DATE
TIME
SUM
VAR
ASKPATH
DIR
INPUT
EVAL
EXIST
86
Ardis Optimizer
COPYFILE
PATH
FIELD
FUNCTION
XOR
READ
ISNEWER
MATLIST
87
Ardis Optimizer
88
EDGELIST
GETMATTHICK
Beschrijving
Voorbeeld
Voorbeeldoutpu
t
dec
5.2
-1
getalformaat volgens
tekenreeks, bij 0 => lege
tekenreeks
45.23 STR -1
45.23
45.23
045.23
ARDIS
"a"
ardis
"c"of "C"
45.23
"d" of "D"
"t"
29/02/2008
(1*60*60+59*60+59
1:59:59
) STR "t"
Ardis Optimizer
89
instellingen - tijdformaat
"m" of "M"
"e" of "E"
PVC2
"l" of "L"
45.2
"w" of "W"
45.2
"T"
45.2
"h" of "H'
45.2
"s" of "S"
1.24
"<breedte "
">breedte "
"#breedte "
"#-breedte "
ardis
"#c "
getalformaat na stijlregels
kolomtype
codes: c, C, d, D, t, T, m, M, e,
E, l, L, w, W, h, H, s, S (zie
bovenstaande voorbeelden)
29/02/2008
Ardis Optimizer
90
zie
http://msdn2.microsoft.com/enus/library/56e442dc(VS.71).asp
x
"D"
"20080229170932"
STR "D"
29/02/2008 17:09:32
"X" or "Xpos"
FFFF
cmd-label
LABEL(LayNo;PartNo;Copies;PartL;PartW [;ReportName
[;Resultformula ] ]): print stukkenetiket (PartNo>0=PartNumber, PartNo=1:Size label, PartNo=-2=Rest label)
Wizard
Axis
REPORT
EXPORT
RESULT
RUN
CALL
RUNLINK
cmd_open
Ardis Optimizer
91
ReplaceByValue
OPTIMIZE
PartQty
SheetQty
RestToSheet
RestToPart
RestToScrap
StripBridge
SheetSize
SheetSize ("FormNieuweLengte" ; "FormNieuweBreedte" ; "Layoutfilter"): vergroot de lay-outafmeting van (gefilterde) lay-outs aan de
hand van de formules voor de nieuwe lengte en breedte
LaySelect
LayTurnDir
MergeFillerPart
TrimToScrap
Sort
Ardis Optimizer
92
SORTOPT ("veld1;ASC;NUM" ; "veld2;DESC" ; ...): sorteren van layouts volgens criteria + optimale stukvolgorde
Bundle
Activate
Hide
Msg
AddPart
InsPart
OpenPart
Insert
ShowQuestions
ShowQuestions: Toont de vragen van een geopend stukkenbestand of sjabloon in een vast venster op het scherm
MergeQuestions
Exit
Break
Macro
Ardis Optimizer
93
Set
EXCLUDE
ProducePart
CheckClamps
SHEETLABEL
MacroImport
LayPartOutD
LayPartOutD: analyseert het aantal keer dat een stuk langs of dwars uit de
zaag komt
LayPartOutD 1: analyseert en splitst de stukken die uit beide richting uit
de zaag komen
LAYPART
LayRestID
Ardis Optimizer
94
IPC
LayPicture
Gecomprimeerd opslaan
Bij gecomprimeerd opslaan worden alle bestanden van het project onder 1 gecomprimeerd
bestand (.COP) bewaard.
Ardis Optimizer
95
In de Map "C:\Arids\data" kan je enkele oude projecten verwijderen. Let wel op als u
projecten verwijderd wanneer u werkt met een algemene basismateriaallijst.
Ardis Optimizer
Beeld
Werkbalk en statusbalk
Deze optie kan worden geactiveerd of gedeactiveerd door de namen te markeren met een V.
Zie hoofdstuk "leren werken met ..."
Ingave en resultaten
Werkt op dezelfde manier als het klikken op ingave of resultaten aan de linkerkant van het
scherm.
96
Ardis Optimizer
97
Stukken
"Stukken" zijn de gevraagde maten, orders, opdrachten of specificaties. Via deze functie vult
u alle gegevens in over de verschillende stukken die u in de lay-outs wilt bekomen.
Alle gegevens worden bewaard in een ASCII-bestand. Het is dus mogelijk om gegevens in te
voeren via een ASCII-bestand dat bv. met een spreadsheet- of een databaseprogramma of een
CAD-programma aangemaakt is.
Opbouw Scherm
Ardis Optimizer
98
Heeft u lengteversnijding dan moet u minstens de kolommen lengte en aantal invullen. Bij
platen- en rollenversnijding moeten minstens de kolommen lengte, breedte en aantal
ingevuld zijn. Alle andere gegevens zijn facultatief.
Algemene Referentie
Referentie, aanduiding of toelichting bij het stukkenbestand. De referentie is
gemeenschappelijk voor alle stukken van het bestand. Dit zal op de etiketten voor de stukken
worden afgedrukt. U kunt zelfs verschillende gegevens combineren. Deze kunnen in de extra
kolommen ingevuld worden.
De bijkomende informatie is informatief en kan gebruikt worden voor doeleinden zoals
klantinformatie (adres, leveringsvoorwaarden,...). Deze gegevens kunnen geraadpleegd en
gebruikt worden in de rapportdefinities als informatie of als parameter voor verdere
berekeningen (zoals winstmarge, vervoerkosten,...).
Veelvoud
Met deze variabele kunt u voor het programma de aantallen van de stukken laten
vermenigvuldigen met dat veelvoud. Dit kan een interessante toepassing vormen voor zij die
standaardproducten maken of producten die regelmatig terugkomen.
Datum
De datum is louter informatief. Heeft u echter een versie voor kostenoptimalisatie met
datumplanning, dan zal deze datum de standaarddatum worden voor de stukken. Deze datum
zal dan wel degelijk invloed hebben op het resultaat indien een stockagepercentage bij
optimering is ingevuld. Het invulformaat wordt ingegeven bij "lokale instellingen" onder
"projecteigenschappen".
Tekening
Voor elk stukkenbestand kan er een tekening gemaakt worden. Wanneer u in dit veld gaat
staan en met de rechtermuistoets klikt, dan krijgt u volgend scherm waarbij u kiest voor
"Kies tekening".
Nu kan je een tekening selecteren. Rechts bovenaan zal dan de tekening op het scherm
komen.
Ardis Optimizer
99
Materiaal
Dit is het materiaal waaruit een stuk afkomstig moet zijn. U vult best een zo volledig
mogelijke beschrijving in, vb. met afkortingen: dikte, kleur, materiaalsoort, opbouw, enz.
(max. 30 karakters).
Als u binnen n stukkenbestand verschillende materialen wilt mengen, moet u dit veld
invullen. Cutting Optimizer zal zelf de stukken per materiaalsoort in groepen onderverdelen
en optimaliseren.
Als u in de materiaalcel dubbelklikt, krijgt u een lijst van de beschikbare materialen waaruit
kan gekozen worden. Indien het materiaal van uw keuze er niet bijzit, kunt u het aanmaken
door de naam ervan in te typen. U kunt het materiaal ook opzoeken door het in te typen, dan
wordt in de lijst gesprongen naar de naam die het dichtst bij de ingevoerde naam ligt.
Als u maar n materiaalsoort heeft laat kan u het veld gewoon blanco laten. Een verwijzing
naar de materiaalsoort zet u dan best in het veld referentie van het materiaal.
R (Richting)
Hier kunt u de richting (nerfrichting, walsrichting of tekening) van het stuk invullen. Soms is
het gewenst dat een zijde van een stuk parallel ligt aan de overeenkomstige zijde van een
basismateriaal. Indien u bij de gegevens over het basismateriaal de richting ingaf, zal het
programma hiermee rekening houden bij het ontwerpen van de lay-outs. U heeft 4
mogelijkheden, waartussen u kunt kiezen door de spatiebalk in te drukken of door de
overeenkomstige letter in te tikken.
Als u L* of B* gebruikt, dan zal de nerfrichting gespecificeerd worden van de nerfrichting
van het basismateriaal
L of L* staat voor de lengterichting
B of B* staat voor de dwarsrichting
E: voor sommige toepassingen is het noodzakelijk dat een stuk altijd in dezelfde
richting t.o.v. het standaardformaat wordt versneden, maar is het niet noodzakelijk dat
dit altijd de lengte- of breedterichting is. Dit kan interessant zijn om kleureffecten te
bekomen of om verschillende kleureffecten te vermijden.
Blanco: u geeft aan dat de richting geen rol speelt
In het geval van perfecte nerfrichting (figuren), betekenen B of B* de nerfrichting van het
deel binnen zijn figuur, niet binnen het blad. zo is het deel 90 gedraaid.
Alle figuren krijgen standaard een langse nerfrichting. Zie Figuren
Het is mogelijk om voor bepaalde stukken een nerfrichting in te vullen en voor andere het
vak blanco te laten.
Ardis Optimizer
100
Lengte
De lengtemaat van het stuk. U verstaat hieronder wat u wilt. De lengte hoeft niet
noodzakelijk de langste zijde te zijn. Onder lengte verstaan wij de eerste maat, de maat die
horizontaal wordt voorgesteld.
Breedte
De breedte van het stuk. De breedte is gewoon de andere maat dan de lengte. Het staat de
gebruiker vrij om aan lengte en breedte de betekenis toe te kennen die hij wil. In regel wordt
breedte voorgesteld als de verticale maat.
Toch zijn er enkele beperkingen:
bij lengte-optimalisatie wordt het veld breedte niet gebruikt
bij rollenoptimalisatie staat de breedte altijd loodrecht op de richting van de rol. Bij
optimering van rol naar stuk zonder ingave van stukrichting, kan het stuk wel
gedraaid worden.
Aantal
Het aantal keer dat u dit stuk wilt (met deze lengte, breedte en referenties).
Stukken met dezelfde maten, maar afzonderlijk ingegeven, worden door Cutting Optimizer
als verschillende stukken gezien. Dit kan aanleiding geven tot extra zaagplannen.
Bij rollenversnijding kan het aantal volgens de systeeminstelling een andere betekenis
krijgen. Bij versnijding van rollen naar rollen betekent het aantal de hoeveelheid aan nodige
lengte. Bij versnijding van rollen naar stukken moet het aantal worden vermenigvuldigd met
de lengte of de breedte om te komen tot de uiteindelijke hoeveelheid.
Stukreferentie
De referentie, opmerking of naam die u wenst mee te geven ter identificatie van het stuk. De
referentie zal worden afgedrukt op de lay-outs. De stukreferentie komt ook in het groot op
stukkenetiketten. Daarom worden in dit vak dikwijls aanwijzingen ingevuld voor de verdere
verwerking van het stuk: de positie in een meubel, de verdere afwerking van het stuk, welk
plooiprogramma moet gebruikt worden, enz. In de afbeelding van de lay-outs is soms
onvoldoende plaats om de volledige referentie af te beelden. Daarom worden al naar gelang
wat mogelijk is, grotere of kleinere karakters gebruikt. Deze karakters veranderen, gebeurt
door het selecteren van "Lettertype" via het rechtermuistoetsmenu (zie Leren werken met).
Bemerking
U kunt bijkomende bemerkingen meegeven indien de stukreferentie niet volstaat om bv.
aanwijzingen in te vullen over de wijze van verwerken. Er zijn 3 bemerkingsvelden
Ardis Optimizer
101
Calculatie
U geeft hier formules en instructies in via de formulebouwer (Shift+F2). Cutting Optimizer
kan op basis van lengte, breedte, aantal of andere kolommen een aantal bijkomende gegevens
laten berekenen: bv. een aantal boorgaten.
In calculatieformules kan u slechts 2 types van variabelen gebruiken:
gereserveerde variabelen (zie ID bij "eigenschappen" in het rechtermuistoetsmenu)
hulpvariabelen die op het ogenblik van gebruik gecreerd worden
Zo kan bv. 'L' de lengte, 'B' de breedte en 'A' het aantal gevraagde eenheden van het huidige
stuk voorstellen.
Tekening
Dit veld heeft een gelijkaardige betekenis aan het tekeningsveld in de hoofding van het
stukkenbestand. Het enige verschil is dat het enkel een tekening refereert dat meegaat met 1
bepaald stuk, en niet het volledige stukkenbestand. Het gebruik van dit veld is identiek als
elk ander veld. Het veld zou van de volledige naam van de tekening een lijst moeten maken.
Min. A en Max. A
In deze kolommen kunt u een vaste waarde invullen, maar ook een bewerkingsteken (/,*,-,+)
gevolgd door een waarde of een percentage. Dit bewerkingsteken moet wel helemaal vooraan
in het veld worden ingevuld. Als u een bewerkingsteken gebruikt dan zal Cutting Optimizer
dit uitvoeren bovenop de bij lengte of breedte ingevulde waarde. Wenst u het resultaat gelijk
te zien, dan moet u de formule beginnen met (=) en de principes van de formulebouwer
toepassen.
Het programma zal nooit meer stukken maken dan het maximum aantal dat is gevraagd. Bij
stukken met prioriteit 0 zal het programma minstens het minimum aantal gevraagde stukken
Ardis Optimizer
102
produceren. Ardis zal enkel meer stukken produceren dan het minimum wanneer het nuttig is
voor het lay-outresultaat. Het komt erop neer dat het aantal keer dat een lay-out wordt
geproduceerd, word verhoogd om zoveel stukken als mogelijk volledig te maken, zonder een
nieuwe lay-out te moeten beginnen.
Het is belangrijk te weten dat bij grote aantallen het toelaten van een tolerantie op minimum
en maximum aantal, de enige manier is om het aantal verschillende lay-outs sterk te beperken.
Meestal wordt de kolom "Min.A" niet gebruikt. Het gebruikte basisaantal Aant vervult
altijd de rol van minimum aantal.
P
In dit veld kan je een prioriteitsniveau instellen voor elk stuk.
Het minimum vereiste aantal van deze stukken moet minstens worden
0 geproduceerd. Als u in dit veld geen informatie invoert, zal Cutting
(#) Optimizer veronderstellen dat de prioriteit 0 (0 of spatie) aan een stuk is
gegeven.
1
De toewijzing van prioriteiten aan stukken moet zeer zorgvuldig worden gedaan. Bij het
toewijzen van een prioriteitsniveau 1 of 2, kan het gebeuren dat zelfs de minimum vereiste
hoeveelheid niet geproduceerd wordt. Door gebruik van de spatie in dit veld ziet u de
verschillende beschikbare prioriteitniveaus.
Hoogste prioriteit is 0 en laagste prioriteit is 3.
Ardis Optimizer
103
1.3 Datumplanning en
stockagekostenverwerking
De gebruiker kan bij deze module voor ieder stuk een datum invoeren. Als dat stuk het
vroegst geplande is (in een zaagplan), dan zullen t.o.v. deze datum de op later datum
gevraagde stukken gepenaliseerd worden met een stockagekost. Dit gebeurt adhv. een soort
van intrestvoet, in te geven bij optimalisatieparameters.
Pdatum
Pdatum staat voor productiedatum. Het is de datum waarin de vereiste stukken worden
geproduceerd. Deze informatie zal slecht in een versie van Cutting Optimizer II actief zijn,
als deze ook de kostenoptimalisatie omvat. Als deze optie in uw installatie beschikbaar is,
zullen de stukken met de dichtbijgelegen productiedatum eerst in de lay-outs geplaatst
worden. Dit is handig als u verschillende projecten hebt, waarvan de stukken uit hetzelfde
basismateriaal komen, en op verschillende productiedatums worden verwacht. In dit geval
wordt u wel aangeraden om de projectreferentie in het bemerkingveld in te voeren, en de
productiedatum in het huidige veld.
Bij het invoeren van de optimalisatieparameters (Beeld - Projecteigenschappen Optimalisatie), is het mogelijk om, voor de kostenoptimalisatie een tarief van de voorraad in
te geven. Dit percentage, gericht op intrest-, handelings- en andere aard van kosten zal
verbonden zijn met de opslag van de inventaris. Het zal worden toegepast op de stukken die
"te vroeg" aan de basis van materiaal- en productiekosten worden versneden. Cutting
Optimizer zal de Productiedatum in overweging nemen, en zal de beste oplossing tussen het
basismateriaal en de inventariskosten verwerken.
Ardis Optimizer
104
Ardis Optimizer
105
ingevulde waarde, de bewerking uitvoeren met de waarde die u na het teken invult. (vb.
Lengte= 250 en min.L= +20 -> resultaat = 270)
Om een zaagschema als dit te verkrijgen waar de breedte van alle stukken verhoogt is van
594 naar 650 mm, om overeen te stemmen met de plaatbreedte, moet u in de opmerking van
de machine: SFLEX=1 ingeven.
Als je SFLEX = 1 niet gebruikt, dan heb je als laatste een stuk nodig met PartLMin=650 om
dit patroon te krijgen.
Ardis Optimizer
106
Ardis Optimizer
107
een stapelkost toe te kennen indien de stapelplaats tussen 2 verschillende lay-outs niet wordt
gebruikt. (Enkel van toepassing voor rollen- en lengte optimering!)
1.11 Elementenberekening
Volwaardig parametrisch programmeringshulpmiddel die de gebruiker toestaat om formules
in te geven om afmetingen van stukken te berekenen. Deze zijn gebaseerd op de algemene
afmetingen van een kast (lengte, diepte, hoogte), inrichting kast, enz...
Opstarten elementberekening
Wilt u een nieuwe elementenberekening beginnen, kies dan voor "Bestand - Nieuw" of klik
op het
icoon.
Het stukkenbestand dat u creert, zal u straks bij het nieuwe project (door te bewaren als
elementenberekening) omvormen tot een elementenberekening.
Als u op het bestand "<Nieuw>" klikt, krijgt u volgend scherm:
Ardis Optimizer
U geeft bij wijze van voorbeeld nu een elementenberekening van een ladenblok in.
Hoofding
108
Ardis Optimizer
109
De parameters die hier worden gebruikt zijn dezelfde als voor de gewone stukkenbestanden.
Weet ook dat de waarden van deze velden aan de hand van formules kunnen bepaald worden.
Vragen
In het vragengedeelte definieert u elke mogelijke parameter die in die bepaalde ladenblok
kan voorkomen. Voor elke parameter geeft u volgende gegevens op:
Naam
U geeft een korte identificatie van de bepaalde parameter in bv. "Bre". Dit is tevens de code
die u in de stukkenlijst gebruikt bij het opmaken van formules. Het is hier zeer belangrijk
geen gereserveerde variabelen te gebruiken (zie ID bij "eigenschappen" in het
rechtermuistoetsmenu).
Vraag
U vult een korte beschrijving van een bepaalde parameter in.
Type
U vult het type parameter in. Door op de spatiebalk te drukken (of de eerste letter in te typen)
verschijnen de verschillende mogelijkheden die als volgt gebruikt worden:
reeks van afdrukbare tekens
vb. woorden, abc$#125ax/65,...
2 mogelijkheden: ja of nee
Ja/nee:
U geeft in: 1 (indien ja) en 0 (indien nee)
klein, niet decimaal getal
Teller:
vb. waarde tussen -65536 eb +65535
een groot geheel getal
Geheel getal:
vb. waarde tussen -2147483648 en +2148483648
een getal in breukvorm
Breuk
vb. 1/8 of 5/16 of 3/4 of ...
Decimaal getal een decimaal getal
Tekenreeks:
Ardis Optimizer
Valuta
Datum
Tijd
Materiaal
Afplakkant
Keuze
Waarde
U vult een voorkeurswaarde van de parameter in. Deze waarde kunt u steeds veranderen,
zodat in de uiteindelijke stukkenlijst direct zichtbaar is wat de waardeverandering van n
parameter teweeg brengt.
Keuzes
Hier kunt u een beperkte lijst van keuzes bepalen...
Uitleg
Dit veld kan nuttig zijn om een meer gedetailleerde uitleg van die bepaalde parameter te
noteren.
Voor ons voorbeeld, de ladenblok, definieert u een voorbeeldset van mogelijke parameters.
Het vragengedeelte ziet er als volgt uit:
110
Ardis Optimizer
Stukkenlijst
In de stukkenlijst, die u nu parametrisch maakt, kunt u alle velden gebruiken die bij de
gewone stukkenlijsten kunnen ingevuld worden. In de elementberekening maakt u echter
gebruik van formules om de gegevens in te vullen. Dit doet u door te werken met de
Formulebouwer (rechtermuistoets - Formule)
Het is heel belangrijk om een goede formulestructuur uit te werken, waarin u de
identificatiecode van de vraag - gedefinieerd onder "naam" - gebruikt.
Alle stukken van die ladenblok, hebben we eenvoudig als volgt geformuleerd:
* Boven-en onderblad
Materiaal = MatC
Lengte = Dpt
Breedte =Bre
Aantal = 2*Ant
Referentie = Boven en Onder
L = AfplcC
L = AfplcC
B = AfplcC
B = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
* Zijkant
Materiaal = MatC
111
Ardis Optimizer
Lengte = Dpt
Breedte = Hgt-(120 IF(Sok==1))-(100 IF(Sok==2))-(2*VAL(Matc LEFT 2))
Aantal = 2*Ant
Referentie = Zijde
L = AfplcC
L = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
Achterzijde
Materiaal = MatC
Lengte = Hgt-(120 IF(Sok==1))-(100 IF(Sok==2))-(2*VAL(Matc LEFT 2))
Breedte = Bre-(2*Val(MatC left 2))
Aantal = 1*Ant
Referentie = Achterkant
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
112
Ardis Optimizer
* Plintzijkant
Materiaal = MatC
Lengte = Dpt-(2*10)
Breedte = 100
Aantal = (2 if (Ped == 2)) * Ant
Referentie = plint zijkant
B = AfplcC
B = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
* Lade voorkant
Materiaal = Matf
Lengte = Bre-(2*Val(MatC left 2))-(2*2)
Breedte = (Hgt-(120 if (Sok==1))-(100 if (Sok == 2))-(2*val(matc left 2))-((Antl +
1)*Tsr))/Antl
Aantal = Antl * Ant
Referentie = Lade voor
L = AfplcC
L = AfplcC
B = AfplcC
B = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
113
Ardis Optimizer
* Lade achterkant
Materiaal = MatC
Lengte = Bre-(2*Val(MatC left 2))-(2*2)
Breedte = (Hgt-(120 if (Sok==1))-(100 if (Sok == 2))-(2*val(matc left 2))-((Antl +
1)*Tsr))/Antl
Aantal = Antl * Ant
Referentie = lade achter
L = AfplcC
L = AfplcC
B = AfplcC
B = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
* Lade onderkant
Materiaal = MatC
Lengte = Dpt-(2*val(MatC left 2))-val(MatF left 2)
Breedte = Bre-(2*Val(MatC left 2))-(2*2)
Aantal = Antl * Ant
Referentie = lade onder
L = AfplcC
L = AfplcC
Bemerking = Refer
Resultaat op het scherm
114
Ardis Optimizer
115
* Lade zijkant
Materiaal = MatC
Lengte = Dpt-(2*val(MatC left 2))-val(MatF left 2)
Breedte = ((Hgt-(120 if (Sok==1))-(100 if (Sok == 2))-(2*val(matc left 2))-((Antl +
1)*Tsr))/Antl)-Val(MatC left 2)
Aantal = Antl * 2 * Ant
Referentie = lade zijden
L = AfplcC
Bemerking = Refer
Bemerking2 = "Groef van 10 op " + str(PartW/2-5)
Resultaat op het scherm
Op die manier hebt u alle mogelijke stukken via formules in de stukkenlijst ingebracht en ziet
de volledige stukkenlijst er als volgt uit:
Doel van de elementberekening: van zodra er iets verandert aan de waarden in de vragenlijst,
dan worden alle afgeleide waarden van de stukken in de stukkenlijst direct aangepast.
U wil bv. 5 ladenblokken die 90 cm hoog, 50 cm breed en 85 cm diep is en 4 laden heeft. U
verandert de waarde van aantal stuks naar 5, hoogte naar 900, breedte naar 500, diepte naar
850 en het aantal laden in 4.
De nieuwe stukkenlijst ziet er nu als volgt uit:
Ardis Optimizer
116
Grafisch
Het grafische gedeelte werkt identiek als bij de gewone stukkenbestanden.
Ardis Optimizer
117
Elementberekening toevoegen
U klikt met de rechtermuistoets op "Stukken F9" en kiest dan voor "elementberekening
toevoegen".
Ardis Optimizer
Het programma vraagt nu hoe u dit nieuwe stukkenbestand wil noemen. U geeft een naam
verschillend aan die van de elementberekening bv. laden1. Klik dan op "OK"
118
Ardis Optimizer
119
U krijgt dan de vragenlijst van die elementberekening op het scherm, en eventueel kan u de
"waarden" aanpassen. Wanneer alles ingevuld is en u op OK hebt gedrukt, krijgt u de
mogelijkheid om een volgende elementberekening toe te voegen. Indien dit nodig is, dan
herhaalt u deze bewerkingen, anders drukt u op "annuleren". U kan deze instelling aan of
uitzetten bij "Extra - Opties - Herhaal toevoegen elementenberekening"
Let op: onder de map "templates" mogen dus enkel elementberekeningen staan die de
extensie .STK hebben.
Elementberekening invoegen
U heeft via "Bestand - Nieuw" een nieuw project opgestart en klikt nu met de
rechtermuistoets op het stukkenbestand "nieuw". Kies voor "elementberekening invoegen".
Kantenlijst
Ardis Optimizer
120
L, L, B en B
Kantenband codes: 1 figuur of karakter. Elk stuk kan een kantenband hebben aan elk van de
4 zijden (2 lange en 2 korte zijden). U kan (per zijde) de code van het dekkingmateriaal
invoeren dat u wil gebruiken voor de kanten. Als u in het veld klikt (bij stukken: L, L, B, B)
ziet u een box met alle beschikbare kantencodes. als de code die u wenst te gebruiker niet
bestaat, dan geef je gewoon de nieuwe code in en het kantenband materiaal zal gecreerd
worden. Vergeet niet om de resterende gegevens in het kantenbestand in te geven.
ID
Deze korte code, het beste 1 karakter, bepaald de identiteit van de kant. Het moet wel voor
het hele stukkenbestand een unieke code zijn.
Beschrijving
In dit ingave veld kunt u een beschrijving naar keuze ingeven. Deze beschrijving kan ook
met kantenfiguren worden vermeld en gebruikt.
Corr.
Corr. staat voor de zaagcorrectie. Dit is de netto afstand van een stuk dat moet worden
gezaagd om nadien kanten toe te voegen aan een zijde van het stuk. Kanten toegevoegd aan
de lange zijde van een stuk, verminderd de zaagbreedte van een stuk. Kanten toegevoegd aan
Ardis Optimizer
121
de korte zijde van een stuk verminderd de lengte van een stuk. Als het plakken van een kant,
de maten van een stuk verminderd, dan moet de waarde negatief worden ingegeven.
Prijs
Dit is de waarde (kostprijs, budgetprijs) dat is bestemd aan het gebruik van de kant. Deze
waarde kan een vast bedrag zijn, maar het kan ook een variabele zijn.
Deze berekening van de totale kost van kanten in de optimalisatie, hangt af van de
berekening in de rapportdefinities.
Suppl.
Staat voor de zaagcorrectie. Dit is de netto afstand van een stuk dat moet gezaagd worden,
om nadien kanten toe te voegen aan een zijde van een stuk. Als bij het plakken van een kant,
de maten van een stuk verminderd, dan moet de waarde negatief worden ingegeven. De
correctie is dus de dikte van het kantenband materiaal.
Gelijke kanten
Gelijke kanten staan u toe, om alle stukken van een strook op niveau 1, een gelijke
kantenband te speciefiren. In combinatie met een machine postprocessor of Laystrip, staat
deze optie u toe: eerst stroken te zagen, dan kanten te kleven en daarna de opdeling van de
stukken te maken.
Gelijke kant
Elke verzaagde strook of dwars verzaagde strook bevat stukken met dezelfde kanten aan de
boven- en onderzijde. Dit werkt alleen voor de stukken van niveau 2, en niet voor stukken
die herzaagd worden.
1.13 Figurensysteem
Meerdere stukken als figuren combineren opdat ze tijdens de optimalisatie samen moeten
blijven omwille van de doorlopende fineer nerfrichting. D.m.v. een gemakkelijke schrijfwijze
definieert u hoe bepaalde stukken te samen moeten blijven. Een typisch voorbeeld is een lade
en 2 deuren. U bepaalt dan hoe de stukken t.o.v. elkaar moeten liggen (naast of onder elkaar)
Ardis Optimizer
122
Soms is het niet mogelijk om ingewikkelde figuren samen met de andere stukken van een
zaagschema te verzagen. Daarvoor hebben we de module SPLITFIG of LAYFIG ontwikkeld
om dergelijke figuren afzonderlijk te kunnen verzagen.
Figuren kunnen (nog) niet gebruikt worden voor stockstukken. (module 2.13)
Definitie
Een figuur is een verzameling van samenhorende stukken die altijd in een vaste positie t.o.v.
elkaar (per set) moeten versneden worden omwille van bv. esthetische redenen voor het
eindmeubel. Een figuur kan gebruikt worden voor keukenmeubels, waar u een continue
nerfrichting wilt behouden voor verschillende stukken.
Als u deze 3 stukken samen wilt houden in de zaagschema's, dan moet u een figuurdefinitie
gebruiken in Cutting Optimizer.
Om de figuren aan te duiden is de werkwijze heel eenvoudig.
Klik vooraan in de balk op de stukken die u in n figuur wil definiren (zodat de volledige
lijn blauw wordt op het scherm). Terwijl u Ctrl ingedrukt houdt, selecteert de andere rijen die
deel uitmaken van de figuur.
Daarna klikt u in het blauwe gedeelte met de rechtermuistoets en kies daar "Maak
figuurdefinitie.
Ardis Optimizer
123
Venster figurenaanduiding
U krijgt een venster van het dialoogsjabloon voor gemakkelijke selectie van de figuur.
Druk Shift + F2 in het veld FigID of Figuurdef om het selectievenster terug op te roepen.
FigID
Dit is de identificatie van de figuur (oude methode FIGREF=)
Door meerdere rijen te selecteren en hieraan een figuur te koppelen, krijgen deze stukken een
FigID toegewezen die gelijk is aan het rijnummer van de laatste geselecteerde rij. U kunt
deze echter ook naar believen zelf definiren.
StkID
Unieke stukidentificatie binnen de moederfiguur, bv. een letter.
(oude methode: @)
Figuurdefinitie
Ardis Optimizer
124
U bepaalt de positie van de stukken binnen het figuur, dit is vastleggen hoe deze stukken zich
ten opzichte van elkaar positioneren. Dit doet u door de stukken in een sequentie te noteren
gescheiden door een "," of "/".
"," betekent dat de stukken naast elkaar liggen.
"/" betekent dat de stukken onder elkaar liggen.
Voorbeelden:
a,b betekent
a
a/b betekent
a
b
"," heeft een hogere prioriteit dan "/":
a,b/c betekent (a,b)/c
a
c
maar a,(b/c) betekent
a
b
c
Max. niveaus
Een figuur kan enkel in een zaagschema gebruikt worden als het aantal toegelaten
zaagniveaus in de machineparameters minstens 3 is. Of als u de '&'-figuurparameter gebruikt
is 2 niveaus ook voldoende.
Figuurparameters
Ardis Optimizer
125
Zaagsnededikte
Dikte van de zaagsnede. Dit is normaal dezelfde als ingesteld bij de machineparameters.
Bovenboord;rechterboord;onderboord;linkerboord
Boorden binnen de figuur worden gewoonlijk gebruikt met de '&' parameter en de module
SPLITFIG. Indien de figuur geen extra afboording nodig heeft of gentegreerd verzaagd dient
te worden bij de rest van het zaagplan, dan vult u 0 in of laat u de parameters leeg.
Snijaanpassing
Als u deze parameter niet gebruikt, maximaliseert u de optimalisatiemogelijkheden met
figuren, maar dan kunnen uw zaagplan mogelijks niet gentegreerd verzaagd worden. De
module LAYFIG zorgt dan voor de verdere verwerking om uw lay-outs.
|=de strookrichting binnen de figuur moet overeenkomen met de strookrichting bij het
afkorten van stroken.
Ter controle kunt u het 'Strokenrapport' gebruiken.
&=enkel de omgeven rechthoek van de figuur wordt gentegreerd in het zaagplan.
De figuur zelf wordt met SPLITFIG in een aparte lay-out verzaagd.
Ardis Optimizer
126
Zaagsnededikte = 4 mm
10 mm extra boord aan de 4 zijden
Snijaanpassing=|
langse nerfrichting
Figuurparameters=4;10;10;10;10;|;0
Voorbeeld 2
Snededikte=0.1875 of 3/16 inch
0.25 of 1/4" extra boord
Snijaanpassing='&'
dwarse nerfrichting
Figuurparameters=0.1875;0.25;0.25;0.25;0.25;&;1
Voorbeeld 3
Snededikte=0.1875 of 3/16 inch
geen extra boord
Snijaanpassing=|
langse nerfrichting
Figuurparameters=0.1875;;;;;|
SplitFig
Door Extra - Link naar SplitFig te selecteren, worden alle figuren uit de optimalisatie in een
apart .R41 resultatenbestand geplaatst, zodat deze apart naar de zaag (of een andere zaag)
kunnen gestuurd worden.
Ardis Optimizer
127
Map
Map waar de nieuwe .R41 gecreerd wordt. Indien blanco wordt dezelfde map van de
originele .R41 gebruikt.
Suffix
Achtervoegsel voor de bestandsnaam van het nieuwe .R41 bestand.
Machine
Naam van de machineparameterbestand om de aparte figuren te verzagen.
Afgewerkt
Dit is het aantal stuks dat al is geproduceerd in eerdere optimalisaties. Elke keer dat u
"Voorraadaanpassing stukken" uitvoert, zal de hoeveelheid worden aangepast. Als u de
module voor uitgebreide stukken heeft (module 1.18), zult u kunnen kijken in welke
optimalisatie deze stukken worden genomen (veld Ext11 en volgende)
Leverancier
Ardis Optimizer
128
Lot#
Identificatie van de groep platen voor tracring, werkt samen met het veld Partsupplier in de
stukkenlijst
Beslag
U kunt aan een stukkenlijst artikelen toevoegen die niet moeten geoptimaliseerd worden. U
voegt plaatvreemde artikelen toe aan de stukken- en basismateriaallijst zodat Cutting
Optimizer voor deze een berekening kan maken van het aantal stuks dat noodzakelijk is voor
de productie, bv. vijzen, handvaten en scharnieren.
Ingave stukken
Ingave basismaterialen
U maakt best een apart bestand "beslag" (via rechtermuistoets, "Basismaterialenbestand
toevoegen") waarin alle mogelijke artikelen vermeld worden, die niet geoptimaliseerd
moeten worden, bv.
Ardis Optimizer
129
U vult alle gegevens in maar let erop dat bij lengte en breedte telkens "1" wordt ingevuld.
Waar u bij beslag vooral moeten op letten is dat de volgende 3 velden: "ProdE", "OptType"
en "Prijs" (indien beschikbaar) actief staan.
Rapport
Er is een rapport "beslag" ter beschikking waarin deze "artikelen" die moesten "berekend"
worden, op een lijstje worden afgedrukt.
ProdE
U geeft in hoe het product verwerkt moet worden: per stuk, per lopende meter of per
vierkante meter. Door op de spatiebalk te drukken, krijgt u de mogelijkheden: "stuk", "lm",
"m" enz.
OptType
Bij de gewone stukkeningave wordt in dit vak altijd de optie "optimaliseren" gezet. Bij
beslag moet u er echter voor zorgen dat er hier "berekenen" wordt ingevuld. U heeft ook nog
een derde mogelijkheid nl. "negeren". Deze gebruikt u indien u dit basismateriaal niet wenst
te gebruiken bij de optimering. De drie mogelijkheden verschijnen op het scherm door het
indrukken van de spatiebalk.
.
.
Ardis Optimizer
1.21 Stukkenniveaus
Hirarchische structuur van de stukken: stukken worden enkel gemaakt indien alle hogere
niveaustukken reeds afgewerkt zijn. (1 is een hoger niveau dan 2, enz.)
130
Ardis Optimizer
131
Basismaterialen
De "basismaterialen" zijn de grondstoffen, standaardplaten, restplaten, vertrekmaten of
inkoopstukken. Als het gaat over rollen, zijn het de moederrollen, de bobijnen of de
restrollen.
Via de basismaterialen vult u de gegevens in over het materiaal waaruit de optimalisatie
(versnijding, verdeling, verzaging) van de stukken moet gebeuren. Het kan gaan om lengtes,
platen of rollen.
Heeft u lengteversnijding, dan moet u minstens de kolommen lengte en aantal invullen. Bij
platen- en rollenversnijding moeten minstens de kolommen lengte, breedte en aantal een
inhoud hebben. Alle andere gegevens zijn facultatief.
Het linkervenster bevat de naam van het bestand dat u geselecteerd heeft ter verwerking.
Het rechtervenster bevat de gegevens. Dat deel is op zijn beurt in drie (of vier) delen
verdeeld.
Ardis Optimizer
132
Referentie
Aanduiding of toelichting voor het bestand. De referentie is een gegeven dat
gemeenschappelijk is aan alle standaardformaten van het bestand. De referentie wordt
afgedrukt op de etiketten voor de basismaterialen en de lay-outetiketten.
Voor wie niet over de optie "materiaalvermenging" beschikt, is dat een handige plaats om de
materiaalsoort te vermelden. Het is interessant omdat dit gegeven afgedrukt wordt bij de layouts.
U kunt hier naar believen ook de leverancier of de plaats van het materiaal in de stock
ingeven.
Machine
In dit vak moet altijd de naam van een machinebestand zijn ingevuld. Als u op de machinecel
klikt, krijgt u een lijst van de beschikbare machines waaruit kan gekozen worden. U kunt ook
een machine opzoeken door de naam ervan in te typen, dan wordt in de lijst gesprongen naar
de naam die het dichtst bij de ingevoerde naam ligt. Indien de machine van uw keuze er niet
bijzit, kunt u deze aanmaken door de naam ervan in te typen in de materiaal machinecel.
Datum
Het vak datum bij standaardformaten is louter informatief. Normaal verschijnt hier de
huidige systeemdatum. Het invulformaat wordt ingegeven bij "Projecteigenschappen - lokale
instellingen".
Dikte
Dikte van het basismateriaal. Het vak heeft niet zozeer als doel dat u de handelsdikte van het
materiaal invult, maar de verwerkingsdikte waarmee Cutting Optimizer rekening dient te
houden.
In het machinebestand kan worden ingevuld tot welke stapelhoogte er kan gezaagd worden.
Aan de hand van dit gegeven en van wat u hier ingevuld hebt, kan Cutting Optimizer weten
hoeveel platen van het standaardmateriaal bij het verzagen op elkaar gelegd kunnen worden.
Dit gegeven is van belang voor de berekening van kosten en verwerkingstijden.
Ardis Optimizer
133
Wanneer wordt gewerkt met stapelstations, zullen de gegevens die hier ingevuld zijn, worden
gebruikt voor het bepalen van de stapelhoogte.
R
In het vak R kunt u de richting (nerfrichting, walsrichting of tekening) van het
standaardformaat invullen. Het is soms gewenst dat een zijde van een stuk parallel ligt aan de
overeenkomstige zijde van het basismateriaal. Indien u bij de gegevens van de stukken de
richting ingeeft, kan het programma, bij het ontwerpen van de lay-outs rekening mee houden.
U heeft 3 mogelijkheden waartussen u kunt kiezen door de spatiebalk in te drukken of door
de overeenkomstige letter in te tikken.
L: staat voor lengterichting
B: voor breedterichting
Blanco: als u het vak blanco laat, geeft u aan dat de richting geen rol speelt of dat de
stukken er willekeurig in mogen gedraaid worden
Lengte
Dit veld bevat de lengte van het basismateriaal, maar de lengte hoeft niet noodzakelijk de
langste zijde te zijn. Toch zijn er enkele beperkingen. Bij lengte optimalisatie wordt de
breedte niet gebruikt en bij rollenoptimalisatie staat de breedte altijd loodrecht op de
rolrichting. Het kan nuttig zijn om als langste maat de werkelijke lengte in te vullen, omdat
bij het afdrukken van lay-outs, de lengte de horizontale maat zal zijn, behalve als u aan
Cutting Optimizer vraagt om de eerste snijrichting altijd horizontaal af te beelden. Bij
rollenverwerking is wat u hier invult, de lengte-eenheid. De beschikbare totale lengte is voor
Cutting Optimizer: lengte x aantal. Vult u dus 1, 10, 100 of 1000 in, dan bekomt u het aantal
eenheden, bv. meter. Vult u de lengte van de rol in, dan verkrijgt u het aantal rollen.
Breedte
Dit veld bevat de breedte van het basismateriaal. Zoals bij de lengtemaat is de breedte
gewoon de andere maat dan de lengte. Het staat de gebruiker vrij, om aan lengte en breedte
de betekenis toe te kennen die hij wil.
Toch zijn er enkele beperkingen:
Bij lengte-optimalisatie wordt de breedte niet gebruikt
Bij rollenoptimalisatie staat de breedte altijd loodrecht op de rolrichting
Aant.
Dit veld bevat het aantal exemplaren in voorraad van het basismateriaal. Met dat aantal houdt
het programma rekening. Nooit zal een groter aantal basismaterialen worden verbruikt dan
wat hier is ingevuld. Indien niet alle stukken in een lay-out zijn geplaatst, dan komt dat vaak
omdat er te weinig basismateriaal voor handen is.
Ardis Optimizer
134
Bij rollenversnijding gebruikt Cutting Optimizer het gegeven aantal op een andere manier
dan in zijn berekeningen. "Aantal" betekent dan in de eerste plaats de hoeveelheid
beschikbare rollen van een bepaalde lengte. De gegeven Lengte wordt dan door het
programma met een aantal vermenigvuldigd om de totale beschikbare lengte te kennen. Het
programma gaat ervan uit dat lengtes gelast worden.
Referentie
De referentie kan op de platen- en lay-outetiketten worden uitgeprint. Als u dit wenst kan u
in dit veld zelfs de naam van de handelaar of de positie van de stock in het magazijn ingeven.
G
In dit vak kunt u kiezen tussen 3 mogelijkheden
blanco
Lengte (L)
Breedte (B)
U maakt u keuze door op de spatiebalk te drukken of door de keuzeletter in te tikken.
Wanneer er maar weinig materiaal nuttig wordt gebruikt, heeft Cutting Optimizer bij zijn
berekeningen vaak verschillende mogelijkheden om een stuk uit een standaardformaat te
halen en toch dezelfde hoeveelheid afval over te houden. Hier deelt u het programma mee,
welke keuze het in zo'n geval moet maken.
Vult u L (lengte) in, dan zal Cutting Optimizer ervoor zorgen dat het grootste afvaldeel de
volledige lengte behoudt en verder zo groot mogelijk is.
Vult u B (breedte) in, dan zal Cutting Optimizer ervoor zorgen dat het grootste afvaldeel zo
groot mogelijk is en toch de volledige breedte bewaard.
Ardis Optimizer
135
Vult u niets in, dan zal Cutting Optimizer willekeurig kiezen. Wanneer er meerdere goede
lay-outs mogelijk zijn, neemt het programma de lay-out met het grootste gehele stuk afval,
de vorm speelt geen rol.
Schroot
In dit veld bepaald u de waarde per oppervlakte-eenheid van niet herbruikbaar afval. Dit kan
belangrijk zijn bij kostenoptimalisatie. Bij Verlieswaarde kunt u ook een negatieve waarde
ingeven. Als u een positieve waarde invult, betekent dit dat schroot nog waarde heeft en dat
er dus schroot mag zijn. Als u een negatieve waarde ingeeft, dan betekent dit dat schroot
aanmaken bijkomende kosten meebrengt waarmee in de optimalisatie rekening gehouden
moet worden. Die bijkomende kosten kunnen veroorzaakt worden doordat het wegvoeren of
verwerken van schroot geld kost en er kunnen bv. kosten zijn voor een container, enz.
Verlieswaarde en restwaarde werken enkel bij versies vanaf materiaalkostenoptimalisatie. In
een versie met optimalisatie van materiaal en arbeid zal het programma afwegen of het
lonend is meer snijwerk uit te voeren tegenover minder snijwerk (of eenvoudiger) met meer
recupereerbaar afval.
Prijs
Het is heel belangrijk om een prijs, als deze beschikbaar is, van het basismateriaal te
specifiren per producteenheid (lm of m)
2.1 Materiaalvermening
Verschillende materialen kunnen in een zaaglijst worden ingevoerd. De Ardis Cutting
Optimizer zal het meest geschikte basismateriaal voor elk stuk kiezen door de materiaalnaam
in een veld in te vullen (max. 50 karakters). Met de hulp van deze module kan de gebruiker
stukken voor ieder stuk een materiaal toekennen.
Materiaal
In dit veld (van maximum 50 karakters) vult u de naam van het materiaal in. U vult best een
zo volledig mogelijke beschrijving in, eventueel met afkortingen: materiaalsoort, kleur, dikte,
opbouw, enz.
Als u op de materiaalcel klikt, krijgt u een lijst van de beschikbare materialen waaruit kan
gekozen worden. U kunt ook het materiaal opzoeken door het in te typen, dan wordt in de
lijst gesprongen naar de naam die het dichtst bij de ingevoerde naam ligt. Indien het materiaal
van uw keuze er niet bijzit, kunt u het aanmaken door de naam ervan in te typen in de
materiaalcel.
U kunt het vak ook blanco laten. Zeker als u maar n materiaalsoort hebt. Een verwijzing
naar de materiaalsoort zet u dan best in de referentie.
U kunt dit vak slechts invullen, wanneer u beschikt over een versie van het programma die
met vermenging van materialen kan werken. Als u dan binnen n stukkenbestand
Ardis Optimizer
136
P
De waarde die u in het veld P invult specificeert het prioriteitsniveau van elk basismateriaal.
De standaardformaten worden verwerkt volgens de door u ingevulde prioriteit. Eerst zullen
alle materialen worden verbruikt met prioriteit nul, dan die met prioriteit 1 en zo verder. Een
basismateriaal met een hogere prioriteit (vb. 5) zal dus alleen in de productie worden
gebracht, als alle andere platen met een lagere prioriteit (vb. 4) zijn gebruikt.
Prioriteit 0-9 zijn losse prioriteiten. Indien een bepaald stuk niet meer uit een basismateriaal
van de huidige prioriteit kan, wordt de volgende prioriteit gebruikt.
Prioriteit 10-99 zijn absolute prioriteiten: Een soort basismateriaal met een lagere prioriteit
(vb. 35) wordt pas gebruikt als voor die stukken die niet uit deze van hogere prioriteit (vb. 34)
kunnen versneden worden.
Dit betekent dat eerst de platen met prioriteit 0 wordt verbruikt, tenzij er grotere stukken zijn
die niet uit deze platen kunnen genomen worden. Deze stukken zullen dan worden verzaagd
uit platen met een lagere prioriteit (vb. 1). Platen met prioriteit 10 tot 99 worden alleen
gebruikt wanneer de stukken niet uit een plank met een hogere prioriteit (vb. 9) kunnen
gezaagd worden.
2.3 Voorraadbeheer
Deze optie handhaaft een nauwkeurige inventaris van uw grondstoffen. Het aantal platen die
u nodig zal heeft, zal na de optimalisering van de huidige inventaris worden afgetrokken.
Verbeteren van het beheer van de inventarisvoorraad: het aantal gebruikte platen zal worden
afgetrokken van het sjabloon platenbestand bepaald in Default.R41
Als je met de rechtermuistoets klikt op "Resultaten - Basismaterialen - Voorraadaanpassing
basismaterialen"
Ardis Optimizer
137
of u stelt de macro SheetQty in werking, dan verminderd de voorraad van de huidige platen,
met het aantal gebruikte platen. Het verborgen uniek plaatnummer veld ID (SheetID) wordt
gebruikt bij het aanpassen van de voorraad. De parameter "Bestand met laatste plaatnummer"
(StsLastSheetNoFile) in Extra Opties controleert het laatste gebruikt nummer. Het
specificeren van een mappad in een gedeelde netwerkmap, maakt het mogelijk om unieke
plaataantallen in een lokaal netwerk te produceren.
maxL en maxB
Deze 2 opties staan de gebruiker toe om een minimum en een maximum formaat in te geven,
en een bepaalde combinatie tussen grondstoffen af te dwingen.
Gebruik
Vul in het veld opmerking (Beeld - Projecteigenschappen - Optimalisatie) AANTSTD=1
Ardis Optimizer
138
2.7 Normrendement
Alleen sjablonen die aan het normrendement voldoen zullen worden geproduceerd.
Norm%
In het veld Norm% kunt u een minimum normrendement invullen. Indien een gevraagd stuk
niet aan het normrendement voldoet, zal het ook niet worden geproduceerd. Ga in het rapport
met geproduceerde stukken altijd na of alle gevraagde stukken wel in een lay-out verwerkt
zijn.
Dit gegeven kan handig zijn als u versnijding uitvoert voor derden. U kunt bv. een prijs
overeengekomen zijn, die gebaseerd is op een basispercentage aan verlies +
versnijdingkosten. Met het gegeven Norm% kunt u een veiligheid inbouwen, voor het geval
nadien blijkt dat het normrendement lager blijkt te liggen dan verwacht. Op deze wijze kunt
u ook voor bepaalde formaten hoge zaagcriteria opleggen.
Normrendement en Plandatum
U kunt het vak Norm% ook gebruiken in samenhang met de gegeven Plandatum bij de
ingave van grote stukkenorders. Alle stukken die kunnen gemaakt worden met het ingevulde
normrendement worden dan gemaakt. In het begin worden bepaalde stukken nog niet
geproduceerd, omdat het normrendement niet gehaald wordt. Maar doordat het orderbestand
voortdurend aangepast wordt (er komen orders bij), komt er een periode waarop de vroeger
niet geproduceerde stukken toch gemaakt kunnen worden. Verklaring: op een bepaald
moment is toch een lay-out mogelijk waarbij met dat stuk toch het normrendement wordt
behaald.
Normrendement en Afval
Als u wil dat afval door Cutting Optimizer opgebruikt wordt, dan kunt u dat bekomen door
voor het normrendement van het afval een rendement in te geven dat iets lager ligt dat het
rendement van het andere basismateriaal.
Ardis Optimizer
139
2.9 Gewichtsberekening
De gebruiker heeft de mogelijkheid om het gewicht van het basismateriaal (per m) aan te
geven, voor het gebruik bij rapporten. Deze module is bv. nuttig voor de berekening van het
totale gewicht voor een bestelling. (belangrijk bij een verzending)
Massa
Gebruik dit veld voor de materiaalmassa/oppervlakte-eenheid. (bv. in kg/m) In welke
eenheid u werkt is volgens uw eigen wensen in te stellen bij "Projecteigenschappen - Lokale
instellingen". U moet er enkel voor zorgen dat u overal (stukken, materiaal, machine, enz.) in
dezelfde eenheid werkt.
Bij automatische stapellijsten zal dit gegeven gebruikt worden bij de berekening van de
hoeveelheid stukken die in een stapelstation kunnen, voordat het vol is.
Machine
Dit veld moet u slechts invullen als u wilt dat de verdeling van dat basismateriaal op een
andere machine gebeurd.
Als u op de machinecel dubbelklikt, krijgt u een lijst van de beschikbare machines waaruit
kan gekozen worden. Indien de machine van uw keuze niet in de lijst zit kan u deze
aanmaken door de naam ervan in te geven. U kunt ook een machine opzoeken door de naam
Ardis Optimizer
140
ervan in te typen, dan wordt in de lijst gesprongen naar de naam die het dichtst bij de
ingevoerde naam ligt.
U kunt in principe aan elk basisformaat een andere machine toewijzen. U kunt zelfs
eenzelfde formaat meerdere keren invullen, met telkens een ander machinebestand. Cutting
Optimizer zal de meest geschikte machine aangeven en bv. de juiste keuze maken tussen de
snelle machine met minder mogelijkheden en de 'trage' met meer mogelijkheden. Deze
mogelijkheid komt nog beter tot uiting bij kostenoptimalisatie.
2.11 Restenerkenning
Afval kan vanaf een minimum afmeting en/of oppervlakte opnieuw nuttig gebruikt worden.
Het systeem kan deze resten automatisch bewaren in een restenbestand. Volgende opdrachten
kunnen dan al of niet van het restenbestand gebruik maken. Indien u wenst dat de resten
nadien afgeboekt worden en de voorraad beheerd wordt, dan heeft u ook de module 2.3:
Voorraadbeheer nodig.
Restdefinitie
Resten in zaagschema's worden automatisch gegenereerd als u optimaliseert. Wanneer
stroken/zaagschema's niet compleet gevuld zijn, dan is dit afval. Soms zijn deze stukken
groot genoeg om bij een volgende optimalisatie opnieuw te gebruiken. Dit zijn dan resten.
Gelieve volgende stappen te volgen om de juiste parameters in te voeren.
1. Afmetingen
Voor elk basismateriaal mag u de minimum afmetingen voor een geldige rest bepalen.
Gebruik als laatste n van de 3 parameters. Als er geen nerfrichting wordt gebruikt, kunnen
lengte en breedte geruild worden. Alle niet lege parameters zijn restrictief om een rest te
produceren.
2. plaatwaarden
Voor elke plaat basismateriaal mag je de plaatwaarden, wanneer resten worden omgezet, tot
platen specifiren.
Alleen beschikbaar met module 2.11.1
Bij het creren van platen door resten zijn de meeste van de gegevens gewoon van het ouder
basismateriaal gekopieerd.
Ardis Optimizer
141
Restlocaties
Ardis Optimizer
142
Het is mogelijk om u resten te leiden, door hem in locaties te groeperen. Deze worden als
platenverslagen met een niet leeg 'LocatieID' formule gedefinieerd (zonder=)
Wanneer resten worden gegenereerd en omgezet en als de evaluatie van het locatieId waar
is, dan zal de locatie de resten houden.
Als de locatie al resten bevat (Aant > 0) zullen alleen resten met dezelfde eigenschappen
(afmetingen, materiaal, dikte, nerfrichting) worden toegestaan.
LocatieVoorwaarde
Voorbeelden voor LocatieID's
Formule
Betekenis
1
accepteert alle resten
StripLength > 2000 en StripWidth > 500 Accepteert alleen grote resten
MaxAant
Maximum aantal platen/resten mogelijk in deze locatie, 1 betekent dat iedere rest in een
afzonderlijke locatie moet komen.
De eerste keer dat u een platenbestand definieert heeft u gewoonlijk zoveel mogelijk lijnen
per mogelijke restenafmeting nodig. Enkel de locatievoorwaarde is noodzakelijk.
Het gebruiken van formules voor andere gebieden (b.v. SheetPri met waarde = 0) zal
moeilijke situatiewaarden voor toekomstige resten bepalen.
Restenerkenning stroken
Locaties met een formule voor de breedte (vb. =500) worden alleen op de volledige
strooklengte geaccepteerd.
Ardis Optimizer
143
Restprijs
Dit veld bevat de waarde per oppervlakte-eenheid van de opnieuw te gebruiken rest. Deze
informatie is belangrijk voor kostenoptimalisatie. Het programma zal afval beschouwen als
herbruikbaar of niet herbruikbaar, gebaseerd op volgende 3 criteria: mLRest, mBRest en
OppRest.
Wat u hier invult, kan voor gevolg hebben dat een extra snede niet wordt uitgevoerd, omdat
het afval een voldoende grote waarde heeft. Er zijn drie mogelijke beperkingen voor afval.
Zo kunt u stellen dat een zijde van 10 cm voldoende is. Een stuk van 10 x 10 cm kan echter
te klein zijn naar uw wensen en daarom geeft u dan een minimum oppervlakte in.
Vlv
Ardis Optimizer
144
Ardis Optimizer
145
Bemerkingen
'trim before' + 'trim after' maakt de totale breedte van de spanningsvrije sneden
Een TFC is tussen min.%pos en max.%pos gelegen, van de totale plaat
voedingsafstand. Deze methode geeft GEEN enkele garantie dat een spanningsvrije
snede in een zaagschema zal worden opgenomen. Alleen als er binnen de huidige
strookstructuur van het zaagschema een kans is, zal dit het doen. Het hangt meestal af
in de marge dat u met min.%pos en max.%pos toetstaat
Ardis Optimizer
146
In dit voorbeeld, is een spanningsvrije snede van 10 mm geproduceerd voor elke strook in de
eerste snijrichting (langs of dwars), maar nooit in beide richtingen.
Ardis Optimizer
147
Machine
Alle beperkingen en mogelijkheden van uw machine, moeten aan Cutting Optimizer gemeld
worden.
Ze zijn gegroepeerd in 5 rubrieken.
Als u een bestaande machine willen aanpassen kiest u de machinenaam die een onderdeel is
van Machine. Als u een nieuwe machine wil toevoegen, klikt u met de rechtermuisknop op
Machine en kiest u Machinebestand Toevoegen
Technische basisgegevens
Alle courante criteria waaraan de verdeling in lay-outs moeten voldoen, zijn in deze tabel
opgenomen.
Zoals bij andere ingaveschermen, kunt u de cursor van vak naar vak (actieve vakken)
verplaatsen door de Tab-toets, de Enter-toets of de pijltjestoetsen te gebruiken. Om naar een
vorig vak terug te keren kunt u de combinatie Shift-Tab gebruiken.
Het kan zijn dat u bij de verwerking van verschillende materialen op dezelfde machine, voor
die machine andere parameters moet invullen. In dat geval moet u voor elke andere set
parameters, een ander machinebestand aanmaken. Bij de materiaalgegevens vult u dan het
juiste machinebestand in. Varieert bv. de zaagdikte van materiaalsoort tot materiaalsoort,
verwijs dan bij basismateriaal naar de gepaste machine.
Omschrijving
Ardis Optimizer
148
In dit veld komt een algemene omschrijving van de machine, gebruikelijk de naam van de
machine.
Snededikte
De snededikte komt overeen met de hoeveelheid grondstof die verloren gaat bij het snijden,
zagen of verkappen door de dikte van het werktuig waarmee dit gebeurd. (bv. door de dikte
van het zaagblad.) Het programma houdt hier, bij het ontwerpen van de lay-outs, rekening
mee.
U kunt een eerste snededikte invullen die verschillend is van de volgende dikten. Bij lange,
dunne platen kunt u zo bv. een compensatie bekomen voor de eventuele onnauwkeurigheden
die bij een eerste positionering vaak ontstaan door een grotere dikte voor de eerste snededikte
in te vullen.
U kunt ook een snededikte invullen die verschillend is voor de langs- of dwarsrichting, bv.
voor het geval er voor de twee richtingen andere zaagbladen of messen gebruikt worden.
Een opmerking over de betekenis van "langs" en "dwars" is hier op zijn plaats. Met de
langsrichting wordt hier de richting bedoeld parallel aan wat u bij basismaterialen onder
lengte hebt ingevuld. De dwarsrichting komt overeen met wat u daar onder breedte hebt
ingevuld.
Een andere toepassing is het zagen op "bruto"maat. U geeft voor de stukken de nettomaat in
en de zaagdikte zorgt voor de nodige speling om de brutomaat te kunnen realiseren. U merkt
op dat het werken met de min/max formules wel handiger en correcter is.
Ardis Optimizer
149
Opmerking
Dit veld wordt gebruikt voor meer informatie die u over de machine wil meegeven. U kan het
veld opmerking ook gebruiken om enkele extra parameters in te geven.
Klemmen
Absolute positie van de klemmen t.o.v. het nulpunt gescheiden door puntkomma bv.
50 ;150 ;250 ;350 ;750 ;1350 ;1950 ;2550
Klemafstand
Minimum absoluut nodige klembreedte om een strook vast te klemmen
KlemBegin
Relatieve offset naar de linkerkant van de klem
KlemEinde
Relatieve offset naar de rechterkant van de klem
Ardis Optimizer
150
Eerste strookrichting
Cutting Optimizer zoekt altijd de optimale versnijdingswijze voor een bepaald formaat
basismateriaal. Soms kan de eerste strookrichting voor u daarbij onbelangrijk zijn. Cutting
Optimizer zal de eerste strookrichting kiezen op basis van het hoogste rendement.
Lay-out met een langse eerste strookrichting
Dikwijls is het voor een eerste versnijding niet zo handig dat het aangevoerde basismateriaal
nu eens in de ene, dan weer in de andere richting moet gedraaid worden. Om deze reden kunt
u het systeem verplichten te starten in de langs- of dwarsrichting van een basismateriaal.
U selecteert tussen de mogelijkheden door de spatiebalk in te drukken of de eerste letter in te
geven.
Ardis Optimizer
151
in de berekende lay-outs. U kan deze parameter aanzetten bij "Par. stroken gelijk - Ja". U
kunt de optie aan- of afstippen door de spatiebalk in te drukken.
Wanneer u deze optie aanstipt, en er is een beperking opgelegd voor het aantal verschillende
stroken, dan zal het aantal combinaties worden verhoogd.
Deze optie is vooral interessant voor rollenversnijding en bij machines met grote volumes
(als deze veel voorkomen).
3.3 Strookoverbrugging
Deze module kan het algemene rendement verhogen door een "sub lay-out" voor stukken
(gebruikelijk de laatste stukken van een strook) te maken dat niet dezelfde breedte als een
strook heeft. Deze techniek maakt het zaagschema normaal complexer, maar het verhoogt het
rendement.
strookoverbrugging
Een strookoverbrugging is een snede dwars over meerdere parallelle stroken.
Lay-out zonder strookoverbrugging
Ardis Optimizer
152
Strookoverbrugging kan interessant zijn wanneer een gelijke strook verschillende keren naast
elkaar voorkomt en wanneer de laatste stukken van die herhaalde strook niet dezelfde breedte
hebben als de strook zelf en van een lager niveau zijn. Er kan in dergelijke gevallen op
materiaal bespaard worden, door een dwarse snede toe te passen net voor die laatste stukken
en die stukken afzonderlijk in de lay-out te schikken. De lay-out wordt hierdoor wel
complexer. U moet dan immers eerst de kop van de samen genomen stroken wegsnijden, en
dan pas kunt u de overbrugde stroken zelf zagen.
3.4 Pakkethoogte
Laat de gebruiker toe om een maximum zaaghoogte en plaatdikte in te geven zodat de
optimalisering rekening kan houden met het samen verzagen van platen.
Maximum pakkethoogte
Bij "maximum pakkethoogte" in dikte volgens materiaalsoort, vult u in hoe hoog de
materiaalplaten kunnen worden gestapeld per cyclus.
Vooral bij versnijding van houtpanelen kunnen dikwijls verschillende platen tegelijk gezaagd
worden. Om het aantal platen per snijding te kunnen bepalen moet u de maximum
pakkethoogte ingeven. Cutting Optimizer gebruikt dit gegeven samen met het gegeven over
de dikte van het gebruikte basismateriaal om uit te rekenen hoeveel platen ineens versneden
kunnen worden.
Pakkethoogte is op zijn beurt van belang bij kostencalculatie en berekening van arbeidstijd.
De waarde die u hier invult, moet in dezelfde eenheid zijn als waarin u de dikte van de
basismaterialen invulde. Normaal vult u een positief getal in, dit betekent dat deze moet
worden voldaan voor de stukken.
Ardis Optimizer
153
3.5 Kopsnede
Ardis Cutting Optimizer biedt u een uitgebreide controle voor kopsneden. De kopsnede laat
toe de lay-out in 2 delen te splitsen. Deze module kan het rendement verhogen, maar het
maakt de zaagschema's complexer.
Een kopsnede is een verdeelsnede, een soort 'dwarssnede', die loodrecht staat op de eerste
strookrichting. Dergelijke snede verdeelt een lay-out in twee delen. Elk worden ze
afzonderlijk opgedeeld als een sub-lay-out, die eventueel op een verschillende machine of
met verschillende machineparameters versneden wordt.
Lay-out met dwarse kopsnede
Door een kopsnede toe te passen, verhoogt Cutting Optimizer de complexiteit van een layout. De som van het rendement van de twee sub-lay-outs moet voor Cutting Optimizer
minimum beter zijn, dan de plaat volledig te verdelen als n lay-out. Het moet dus de
moeite zijn.
Ardis Optimizer
154
Bij platen betekent het invoeren van een kopsnede dat de eerste strookrichting niet volledig
doorloopt, maar eindigt op een ander patroon. Bij lengteversnijding kan er uiteraard geen
sprake zijn van een kopsnede.
Gegevens kunnen afzonderlijk voor een langse of dwarse kopsnede ingegeven worden.
Let op: Het gebruik van een langse kopsnede wordt zelden gebruikt, als het al in de module
zit, zijn er bitterweinig machines die dit aankunnen!!!
Kopsnede toegelaten
In dit veld vul je in of een kopsnede is toegelaten voor elke richting, of niet. Sommige
machines laten toe kopsneden in beide richtingen te maken. Je kan deze waarde veranderen
door gebruik te maken van de spatie.
Minimum rendementstoename
Minimum toename van het rendement in n lay-out, vereist voor de toepassing van een
kopsnede. Een kopsnede vraagt een extra inspanning. Deze inspanning kan enkel wanneer
daarmee een minimale verbetering van het rendement wordt bekomen. U vult een
procentuele waarde in, die de relatie weergeeft tot de waarde van het materiaal.
Als u in platen een "gratis" snede krijgt in dwarsrichting, dan kunt u de
kopsnedemogelijkheid gebruiken om de grootte van deze snede te bepalen.
Als u kostenoptimalisatie heeft, moet u hier geen waarde invullen. Cutting Optimizer maakt
dan gebruik van wat u invult bij Ingave - Machinegegevens - Kosten basisgegevens snijkosten kopsnede.
Supplementair snedeverlies
Supplementair materiaalverlies is te wijten aan een kopsnede. Een kopsnede wordt vaak door
een speciale zaag uitgevoerd. Deze zaag kan een extra dikte hebben. Wanneer het
kopsnededeel (dit is het deel dat het verst van het referentiepunt - zie "beeld projecteigenschappen - lay-out" - verwijderd is) naar een andere machine gebracht wordt,
kan een supplementaire rand- of boordsnede vereist zijn. Dit vak laat toe met dit alles
rekening te houden.
Ardis Optimizer
155
deels eenvoudige lay-out maken, het normale deel, met een minimum grootte. Het 'beperkte'
kopsnededeel zal gecompliceerder zijn en zorgen voor een verbeterd rendement.
Als er voor het gewone deel een machine met minder mogelijkheden wordt ingegeven, zal
Cutting Optimizer zoveel mogelijk kopsneden toepassen. Dat is niet gewenst, dus is het in
dat geval zeker nodig dit vak in te vullen.
Als er bij kostenoptimalisatie geen machinebeperkingen zijn, is dit vak van geen belang. Het
systeem zal automatisch een rendabele kopsnedepositie bepalen.
Indien u hier niets invult, dan betekent dit dat u geen minimum maat nodig heeft voor het
normale deel.
Machinebestand kopsnededeel
De bestandsnaam voor de machine waarmee het kopsnededeel verder opgedeeld zal worden.
U begrijpt het goed. Het programma biedt de mogelijkheid de lay-out naar twee machines toe
te optimaliseren: n automatische machine voor het eenvoudige deel en een "kleinere"
machine voor het meer complexe deel.
Om het normale en het kopsnededeel op dezelfde machine te versnijden, laat u de naam van
het machinebestand voor het kopsnededeel op blanco of vult u dezelfde naam in als het
machinebestand voor het normale deel.
Maat- en aantallenbeperkingen
Alle technische beperkingen waarmee rekening dient gehouden te worden tijdens de
optimalisatieberekeningen, dienen via dit scherm ingegeven te worden.
Ardis Optimizer
156
Wanneer een stuk van een bepaalde afmeting niet kan gezaagd worden omdat het
bijvoorbeeld te lang of te kort is, kan u in de rubriek "maatbeperkingen" deze beperkingen
invoeren.
Indien de machine een bepaald aantal stroken niet kan versnijden of een bepaalde snijrichting
niet toelaat, gebruik dan de rubriek aantallenbeperkingen. De rubriek
verliesvernietiging/versnijding wordt gebruikt om afval in kleinere stukken te versnijden
zodat afval automatisch verwijderd kan worden.
In verband met stapeldoeleinden en "na"-versnijdingsbeheer kan het interessant zijn een
maximum aantal stukken per lay-out en het aantal niet afgewerkte stukken na versnijding van
een lay-out aan te duiden.
Beperkingen in maten
Maximum snedelengte
De maximale snijlengte (meslengte, tafellengte) van de machine. Een materiaalplaat kan
langer zijn dan de maximum mogelijke snijlengte van de machine. Het hier ingevulde
gegeven zal het programma verplichten de eerste sneden tijdig te stoppen of van richting te
veranderen. Sneden in de korte plaatrichting of lange sneden eindigend op een kopsnede
geven hier uitsluitsel.
Minimum snedelengte
Wat u hier invult wordt gebruikt om te voorkomen dat het programma te smalle repen
produceert. Het kan zijn dat te smalle repen niet goed vast te klemmen zijn. De
plaatklemmen die een strook onder de snijschaar voortduwen, kunnen immers een
minimumafstand nodig hebben.
Is het dan zo dat een strook door minstens twee klemmen moet kunnen worden vastgehouden,
dan komt de minimum snedelengte overeen met de minimum klemafstand, bv. van de
aanlegzijde.
Stukken die geen enkele zijde hebben die voldoet aan de minimum snedelengte, worden niet
geproduceerd in de korte richting.
Ardis Optimizer
157
Maximum doorvoermaat
Als er bv. een systeem voor maatinstelling aanwezig is met een maximale diepte aan de
achterzijde van de machine, dan kan Cutting Optimizer, door wat u hier invult, ermee
rekening houden. Indien een stuk langer is dan de maximale doorvoerafstand, dan zal het in
de lay-out in de dwarsrichting geplaatst worden. Als alle zijden van een stuk groter zijn dan
de maximum doorvoermaat, dan wordt het niet geproduceerd.
Voor bv. metaalscharen met achteraanslag die vooraan ook zijn uitgerust met meetliniaal,
dan mag er n 4-zijdig te lang stuk zijn. Dit ene kan dan vooraan gesneden worden. Deze
functie wordt geactiveerd door in het veld "opmerking" bij machine "FRONTP=1" in te
vullen.
Minimum doorvoermaar
In tegenstelling tot de minimum laatste doorvoermaat, (zie hierna) moet aan deze
doorvoerafstand altijd voldaan worden.
Aantallenbeperkingen
Ardis Optimizer
158
Wat u hier invult wordt gebruikt om aan de beperkingen van de machine, wat betreft
aantallen, te kunnen voldoen. Ook de complexiteit van lay-outs kunt u hiermee verlagen of
verhogen.
Verschillende stroken
Wat u hier invult is een maximum. Het beperkt het aantal verschillende stroken op het eerste
niveau. Bij automatische zaaginstallaties kan dat bv. het aantal stoters zijn voor
strookverzaging, of de tellerbeperking. Bij guillotinescharen is dat het maximum aantal
stroken dat u kunt hernemen voor versnijding. Bij rollenversnijding is dit het maximum
aantal verschillende secundaire rollen.
Deze parameter werkt in belangrijke mate samen indien "parallelle stroken als gelijke
beschouwen" op "ja" staat. Stroken die gelijk verdeeld worden, worden als gelijk beschouwd
ook al zijn ze verschillend van breedte.
Verschillende delen
Wat u hier invult is opnieuw een maximum. Het beperkt het aantal verschillende delen
(stroken) op het tweede niveau. Meestal is dat het aantal verschillende stukken dat in een
strook van het eerste niveau mag liggen.
Ardis Optimizer
159
stapelen, na het snijden. Alle hier ingevulde criteria zijn absoluut. Iemand die beschikt over
kostenoptimalisatie, kan hier de waarden hoog laten staan. Het zal Cutting Optimizer zelf
zijn, die de complexiteit van de lay-outs zal bepalen als functie van de extra snedekosten
tegenover de waarde van het materiaal.
3.9 Afvalvernietiging
Met deze module kan u de lengte- en breedterichting van de resten definiren, hoe ze moeten
verdeeld worden zodat ze automatisch kunnen worden afgevoerd.
STRIPDIV ("voorwaarde" ; "L"; "B" [; "voorwaarde2" ; "L" ; "B" ; ...] ): verdeeld
schroot/rest in smallere stukken als de eerste voorwaarde passend is en wanneer het resultaat
van de L en B formule geldig is.
Ardis Optimizer
160
Ardis Optimizer
3.10 Instelkosten
De gebruiker kan hier de instelkosten per lay-out en basismateriaalafmeting specificeren.
Deze kostenfactoren zullen dan in acht genomen worden in de optimaliseringproces.
161
Ardis Optimizer
162
Versnijdingskosten worden ingegeven per type snede of activiteit. Bij die kosten per
verschillende activiteit vult u best de som van alle kosten in. Dat wil zeggen: personeel +
machine + slijtage + energie...
Doordat u de kosten per verschillende activiteit ingeeft, kan Cutting Optimizer nagaan of het
op een bepaald moment de moeite loont een bijkomende actie uit te voeren: Cutting
Optimizer weegt de kost voor die activiteit af tegen het verbeterde materiaalrendement dat
die zou opleveren. Als bv. uw materiaal vrij goedkoop is, zal het niet snel de moeite zijn om
een 'dure' snede uit te voeren.
Ardis Optimizer
163
Bij versnijding van stapels is er een voorbereidingskost voor het stapelen van de platen. Als
een stapel kleiner is dan toegelaten, worden toch de vaste instelkosten voor een hele stapel
aangerekend.
Wachtkosten
Dat u deze kosten invult, is vooral nuttig bij het verwerken van grotere stukkenbestanden.
Wanneer u dan veel verschillende lay-outs krijgt, kan het voorvallen dat meerdere stukken uit
de eerste lay-outs herhaald worden in de pas veel latere lay-outs. Alle stukken kunnen over
alle lay-outs verspreid liggen. Verwerking op deze wijze is niet interessant voor wie belast is
met de uitvoering: alle stukken komen door elkaar en er gaat veel tijd verloren met zoeken en
heen en weer lopen. Er is ook een grotere kans op fouten of beschadiging van het materiaal.
'Wachtkosten' zijn er om de verspreiding van dezelfde stukken over verschillende lay-outs te
beperken.
Wachtkosten kunnen bv. de kosten weergeven voor het opzetten van een nieuwe stapelruimte,
voor het opstapelen van een nieuw stuk of voor het opzijzetten van een niet volledig
afgewerkte stapel, die nadien moet worden teruggeplaatst.
Maximum runs
Met een 'run' wordt bedoeld: het nmaal versnijden of verzagen van een lay-out. Bij
Maximum runs vult u het maximaal aantal runs in dat u een ongebruikte stapel
geproduceerde stukken op de stapelruimte laat liggen, voordat u de stapel verwijdert, zodat er
plaats is voor een stapel andere stukken. Wanneer het stuk van de vroegere, nog onvolledige
stapel opnieuw geproduceerd wordt, moet u die stapel weer aanvoeren en rekent Cutting
Optimizer opnieuw een eenheid wachtkosten.
Toekenning
Op welke manier wilt u dat Cutting Optimizer bij het ontwerpen van lay-outs rekening houdt
met de wachtkosten? U hebt de keuze tussen twee mogelijkheden: "vast" of "op afwerking".
Bij "vast" maximaliseert u de invloed. Toekennen "op afwerking" betekent dat als een stuk
meerdere malen gevraagd wordt, u het niet noodzakelijk helemaal ineens wenst te
produceren. Maar als bijna alle exemplaren geproduceerd zijn, wilt u zo vlug mogelijk ook
de rest van de exemplaren.
Strookbreedtewissel
De kost om een maatopstelling op de machine te doen, voor een stuk op niveau 1
Ardis Optimizer
164
snijtijd
In het lay-outniveau in de variabele WerkTijd
Snijkosten
Voor snijkosten voert u de kosten in per snedetype. De kosten kunt u in drie delen ingeven:
een vast en een veranderlijk deel en een factor. Verder kunt u verschillende waarden invullen
voor de langse en de dwarse snijrichting, alhoewel de kosten voor beide richtingen soms
dezelfde zullen zijn.
Door voor de eerste sneden kosten in te vullen die verschillen in de dwarse en de langse
richting, kunt u het systeem sturen om zoveel mogelijk de eerste snede in n bepaalde
richting te nemen. Dat is uiteraard de richting waarvoor de kosten het laagst zijn. Indien uw
machine toelaat om een eerste snede van platen zowel langs als dwars te nemen, dan verdient
het dikwijls de voorkeur om een zekere conformiteit tussen de zaagschema's voorop te stellen.
Daarom zet u dikwijls de eerste langssnede iets goedkoper dan de eerste dwarssnede. Vindt
het systeem dan een langse en een dwarse lay-out met dezelfde stukken, dan zal de langste de
Ardis Optimizer
165
voorkeur genieten. Let wel dat u dan bij de basismachinegegevens heeft ingevuld: geen
voorkeursrichting.
Vast
Het vaste deel van de snijkosten vertegenwoordigt de instelkosten voor dit snedetype. Het
starten van een andere snijrichting, het instellen van een nieuwe snede of het positioneren
van een nieuwe plaat neemt immers een zekere tijd in beslag.
Variabel
Eenmaal een snede is gestart, zullen de kosten afhangen van de afstand waarover moet
gesneden worden. Die kosten per snede-afstand vult u in de kolom Var. in
Factor
Wanneer u om welke reden ook een extra invloed wenst door te rekenen, dan kunt u in het
vak 'Factor' een getal invullen waarmee de kosten voor dit snedetype vermenigvuldigd zullen
worden.
Basis eerste
Kosten om de eerste strook te kunnen bekomen. Na het verwijderen van 1, 2 of geen boorden
wordt de plaat gedraaid en geeft u de eerste snede (langs of dwars). Deze snede noemt u de
basissnede. Een basissnede zal meestal een boord en afval in n keer verwijderen.
Basis volgende
Kosten voor de volgende sneden op het eerste niveau, dus parallel aan de eerste snede. Na de
basissneden is de eerste strookrichting klaar, alle stroken van het eerste niveau zijn gesneden.
Het is vooral door hier een kostenverschil tussen langs en dwars te geven dat u het systeem
kunt aanzetten om meer in n bepaalde richting te snijden.
verdeling eerste
Kosten voor de eerste snede op een afzonderlijke strook op het tweede niveau. Bij deze
kosten rekent u ook de tijd die het neemt om de stroken na de vorige versnijdingen te draaien.
Ardis Optimizer
166
Bij plaatverzaging op grote machines noemt u deze sneden ook wel valse kopsneden. Bij
glasversnijding spreekt u van Z-sneden.
verdeling volgende
De kosten voor de volgende sneden op het tweede niveau. Voor elke verschillende strook die
na versnijding op het eerste niveau is verkregen, worden de "verdeelkosten" herhaald. Er
moet hierbij weer opgemerkt worden dat verdeelsneden loodrecht staan op basissneden, dat
wil zeggen dat Cutting Optimizer voor kostenberekening en -optimalisatie de waarden zal
gebruiken die ingevuld staan voor de andere snijrichting (de andere drie kolommen) dan voor
de basissneden.
Kopsnede
Sommige installaties beschikken over de mogelijkheid om een kopsnede uit te voeren. De
kopsnede staat loodrecht op de eerste strookrichting en verdeelt een stuk basismateriaal in
twee. De twee delen worden dan verder al dan niet apart versneden, eventueel op
verschillende machines of met verschillende machineparameters. Het grootste deel wordt
verder op de standaardmachine versneden, het kopsnede gedeelte op de 'kopsnede machine'.
In deze vakken kunt u de kosten voor het uitvoeren van een kopsnede invullen.
Het gegeven dat u hier invult creert dus een relatief beslissingscriterium. Wij noemen het
relatief omdat de inspanning voor het uitvoeren van een kopsnede dikwijls vast is. Hoe
duurder het materiaal, hoe sneller het de moeite loont een kopsnede uit te voeren. Het is
belangrijk te beseffen dat u dit gegeven kunt combineren met het procentuele gegeven
minimum rendementstoename bij ingave kopsnede gegevens.
3.11 Stapeltechnologie
Deze module wordt gebruikt voor groot volumescharen, hoekscharen. De zaagplannen van
Ardis Cutting Optimizer houden er rekening mee, en zullen zo gemaakt worden dat de
machine kan werken zonder een onderbreking en zonder dat de stapelplaats overbezet zal
geraken.
Ardis Optimizer
167
dan het getal dat hier wordt ingegeven. een nieuw stuk zal slecht gentroduceerd worden, als
het aantal stukken in productie minder is dan de waarde van deze parameter.
In de meeste productiecentra is er slecht ruimte voor een klein aantal paletten. Een pallet kan
worden verplaatst wanneer deze volledig vol is, of wanneer alle stukken zijn geproduceerd.
3.13 Hoekschaarparameters
Dit is een reeks van parameters die specifiek wordt toegepast voor hoekscharen.
mAant/zaagschema
Het kan belangrijk zijn wanneer men grote hoeveelheden basismateriaal verzaagd, om een
minimum aantal keren te zagen voor dezelfde lay-out. Het lijkt duidelijk dat, in zulke
gevallen, het niet efficint zal zijn om 1 lay-out te produceren en 100 keer uit te voeren, een
2de 150 keren, en beindigd het project met 3 verschillende lay-outs dat 1 of 2 keren moeten
geproduceerd worden. Deze factor kan proberen om deze situatie te vermijden door de
vereiste stukken van deze laatste lay-outs in andere te plaatsen, zodat elke lay-out een
minimumtijd zal worden geproduceerd. Om historische redenen is deze module
geclassificeerd als machinemodule, hoewel dit veld in de "Basismaterialen" sectie
beschikbaar is.
Als de kosten van de machineopstelling hoog zijn, biedt de minimum doorloop u de kans om
Cutting Optimizer op te dragen, om een lay-out uit te voeren, alleen als deze in een
minimumtijd kan worden geproduceerd. De minimum doorlooptijd eigenschap geeft diegene,
die niet de beschikbare kostenoptimalisatie module hebben, de kans om n of ander soort
van kostenoptimalisatie resultaat te verkrijgen.
Wees bewust van het feit dat sommige vereiste stukken niet in de lay-outs kunnen worden
opgenomen, om zich aan de minimum productietijd te houden.
Als een strook met series van stukken niet op dezelfde breedte kan opgebouwd worden, zal
het programma deze stukken niet produceren. Onderproductie kan voorkomen. U kan een
overproductietoelage voor de stukken in de zaaglijst plaatsen, om de kansen op een
onderproductie te vermijden.
Ardis Optimizer
168
Kantenlijsten
Dit invoerscherm wordt zowel gebruikt voor het ingeven van te gebruiken afplakkanten bij
het stukkenbestand als voor het ingeven van standaardlijsten met afplakkanten te gebruiken
in verschillende stukkenbestanden.
Omschrijving
In dit (60 karakters) ruime veld kunt u naar believen meer uitleg verschaffen over de
desbetreffende afplakkant. Deze omschrijving kan ook gerapporteerd worden en wordt
gebruikt bij kantenfiguren.
Correctie op de zaagmaat
Dit is de netto-afstand dat een te zagen stuk vergroot of verkleint door het bevestigen van een
afplakband aan een zijde van het stuk. Afplakkanten aan de lange zijden van een stuk
verkleinen immers de zaagbreedte van een stuk. En afplakken aan de korte zijde van een stuk
verkleint de te zagen lengte van het stuk. Als de maat van het stuk verkleint door het kleven
van een boord dan moet erop gelet worden dat deze waarde negatief is.
Let op: Om te verkleinen moet een negatief getal ingevuld worden.
Prijs
Dit is de waarde (kostprijs, budgetprijs) die aan het gebruik van de afplakkant kan worden
toegekend. Deze waarde kan een vast bedrag zijn per keer dat de afplakkant gebruikt wordt,
maar kan ook variabel (bv. per lopende meter) zijn.
Ardis Optimizer
169
Ardis Optimizer
170
Resultaten en Rapporten
Resultaten
Inleiding
U kunt het resultaat van de berekeningen van Cutting Optimizer op het scherm evalueren. U
kunt van uw optimalisatie opdracht rapporten, overzichten, lijsten, etiketten, grafische
voorstelling van de lay-outs drukken, de voorraad van de geproduceerde stukken en de
gebruikte basismaterialen bijhouden, en eventueel een link maken tussen de optimalisatie
opdracht(en) en uw machinesturing.
Afdrukken
In het menu dat u krijgt door met de rechtermuisknop (of Windows-menu toets) op
"Resultaten" te duwen, bepaalt u welke rapporten er moeten afgedrukt of uitgevoerd worden,
door vogeltjes te zetten naast de gewenste onderdelen. Door "Afdrukken" te selecteren begint
de uitvoering printen. Door op n van deze onderdelen apart met de rechtermuisknop te
duwen, kunt u ze ook individueel afdrukken.
Overzicht (F7)
Zie 'leren werken met'
Lay-outs (F4)
Deze functie levert een grafische voorstelling van de lay-outs. Door het indrukken van F4
kunt u - vanuit om het even welke positie in het menusysteem - deze functie activeren.
Ardis Optimizer
171
Het lay-outscherm bestaat uit drie gedeelten die u aan en uit kunt zetten door een vlagje naast
het passende gedeelte te plaatsen in volgend menu, dat u krijgt door met de rechtermuisknop
op "lay-outs" te duwen. Bij "overzicht" krijgt u een overzicht van alle berekende lay-outs, bij
grafisch krijgt u een grafische voorstelling van de lay-out die geselecteerd is in overzicht en
bij detail wordt een lijst van stukken weergegeven, die bij de geselecteerde lay-out hoort.
In het "overzicht"-gedeelte kunt u de lay-outs tevens sorteren (rechtermuisknopmenu sorteren).
Het sorteren gebeurt bijna identiek als "gegevens sorteren" in andere tabellen. Wanneer u
echter over de module "optimale lay-out volgorde" beschikt, kunt u het vakje "optimized
stacking sequence" aanduiden. Dit wil zeggen dat het programma ervoor zal zorgen dat er zo
weinig mogelijk onafgewerkte stapels of paletten zijn. Cutting Optimizer zal dus lay-outs
met gelijke stukken zoveel mogelijk na elkaar plaatsen zodat de paletten kunnen weggezet
worden.
Het "bundelsysteem" is een pakket waarbij kan ingesteld worden hoeveel platen
(basismateriaal) n bundel bevat. Per lay-out zal dan vermeld worden van welke bundel
deze lay-out deel uitmaakt.
Genereren restenlijst
Als de resten die werden bekomen na het versnijden groot genoeg zijn, dan kunt u ze
opnieuw als grondstof gebruiken. Deze resten moet u dan wel opnieuw opnemen in de
grondstoffenlijst. Dit doet u door op "lay-outs" te staan, de rechtermuistoets aan te klikken en
"genereren restenlijst" te kiezen. Nu moet u een nieuwe naam voor deze resten invoeren.
Eenmaal u de naam ingevoerd hebt, is er een nieuwe grondstof gecreerd, bv. "Onze resten".
Indien u de resten - bij afboeking van het zaagplan - in een bepaald bestand wilt boeken, dan
kunt u dit doen zonder dit telkens opnieuw te moeten aanduiden. Indien u in de referentie van
het basismateriaal "REST=bestandsnaam" schrijft, dan worden de resten die dan gecreerd
worden, toegevoegd aan dat bepaald bestand.
Stukken
Ardis Optimizer
172
Voorraadaanpassing stukken
Het programma vraagt waar u de aanpassingen wilt bewaren: in het veld "aant" of "afgew".
Zegt u "Nee" dan worden alle gemaakte stukken afgetrokken van het oorspronkelijke aantal
en komen in dit veld de nog te produceren aantallen te staan.
Kiest u echter voor "ja" dan verandert er niets aan de oorspronkelijke aantallen maar worden
het aantal afgewerkte stukken in het veld "afgew" geplaatst. Indien u de module "extra
tekstvelden" heeft, dan komt in veld 11 de optimeringsnaam waaronder u heeft gewerkt.
Basismaterialen
Zie 'Leren werken met ...'
Voorraadaanpassing basismaterialen
Ardis Optimizer
173
Net zoals bij de voorraadaanpassing van de stukken, kunt u ook de stock van uw
basismaterialen aanpassen. Duw daarvoor op de rechtermuistoets bij "basismaterialen" en
kies daarna "voorraadaanpassing basismaterialen".
Kanten
Hier wordt een overzicht van de gebruikte kantmaterialen vermeld.
Gebruikersgereedschap
Bij gebruik definieer een pad aan een instellingenbestand in "Beeld - Projecteigenschappen Optimalisatie - Tools profile"
Ardis Optimizer
174
Rapporten
Rapporten worden gebruikt om gegevens uit te printen op papier, op etiketten of om
gegevens te exporteren in een bestand. Een sportdefinitie bepaalt welke informatie u wil
selecteren en controleert het formatteren van de gegevens.
Soorten rapporten
Ardis Optimizer
175
Ardis Optimizer
176
Rapporteigenschappen
Type
U geeft in om welk soort rapport het gaat. Door op de spatiebalk te drukken, verschijnen de
verschillende mogelijkheden:
Lay-outs
Basismaterialen
Stukken
Ardis Optimizer
177
Titel
U geeft in welke titel u bovenaan het rapport op elk blad wil zien staan.
Printer
U duidt hier de printer aan waarop dit rapport moet afgedrukt worden. Door op de spatiebalk
te drukken verschijnen alle beschikbare printers. Indien u niets invult, wordt de
standaardprinter uit Windows gebruikt.
Etiketten afdrukken
Indien het over een rapport (lijst) gaat dan zet u hier "nee", indien het om etiketten gaat, dan
vult u hier uiteraard "ja" in.
Orintatie
Door op de spatiebalk te drukken verschijnen de 2 mogelijkheden nl. staand en liggend. U
duidt aan hoe het papier moet bedrukt worden, in de lengte of in de breedte.
Paginaformaat
Ook hier krijgt u een lijst van mogelijke papierformaten door op de spatiebalk te drukken. U
kiest het formaat waarop het rapport moet afgedrukt worden. Standaard betekent het
standaardformaat dat bij de printer voorhanden is.
Paginahoofding
U kunt "ja" of "nee" invullen indien u de paginahoofding van het rapport wilt afdrukken of
niet.
Groep
De samenstelling van de groep moet bekend gemaakt worden, d.w.z. op basis van welk veld
hier groepen moeten samengesteld worden. In ons voorbeeld is dit het materiaal van de
stukken: PartMat. Wanneer je met de rechtermuistoets "Formule selecteert", zal de
formulebouwer je alle mogelijke veldnamen in een lijst van variabelen weergeven.
Je hebt de mogelijkheid om te groeperen in een subniveau van de belangrijkste groep.
Ardis Optimizer
178
Filter
U kunt een selectie (query) maken van de gegevens (records) die in aanmerking komen voor
ons rapport. Via de formulebouwer kunt u ook hier een formule invullen waaraan die selectie
moet voldoen.
= centimeter
Mm
= millimeter
Inch of in of "
Twips of tw
= 1-1440 inch
Pt
Char of ch
Veelvoud
U vult het aantal keer in dat een record (gegevenslijn, bv. 1 stuk) moet herhaald worden. Dit
is interessant om aan te duiden hoeveel keer hetzelfde etiket moet afgedrukt worden.
Voorbeelden:
Bij stukkenetiketten
PartProd = voor alle te produceren stukken
1 = n etiket per verschillend stuk
IF(LayPartCurr>0;LayPartCurr;1)
Ardis Optimizer
179
== PartProd ; 1 ;0)
slechts 1 label per stuk per
zaagschema
IF(LayPartCurr>0;LayPartPrintedLabel == LayPartCurr;1)
Exportbestand
Wij kunnen een bestand exporteren naar een gegevensbestand om het in Excel te gebruiker.
De gegevens worden naar dat bestand gexporteerd als je volgende puntjes invult.
De naam van het bestand
Een formule (zonder =) dat de naam van dat bestand opbouwt. vb. PATH (ResFPath
substr "\" ; ResFName ; "csv")
Ardis Optimizer
180
Toevoegen
Door hier op de spatietoets te drukken krijgt u de 2 mogelijkheden: ja of nee. Ja betekent dat
de gexporteerde gegevens zullen toegevoegd worden in het reeds bestaande bestand, bij de
oude gegevens. Nee betekent dat de oude gegevens in dat bestand gewoon overschreven
worden.
Stroken splitsen
Deze paramater wordt alleen gebruikt voor rapporten met type stroken.
Ja=iedere strook afzonderlijk, Nee=enkel de verschillende stroken (enkel in strokenrapport)
Pakkethoogte
Deze paramater wordt alleen gebruikt voor rapporten met type stroken.
Detailsectie
Per detail, dit kan n of meerdere lijnen met gegevens of n etiket zijn. Hoe groot n
detail eruit moet zien, definieert u hier. Indien u bv. met etiketten (ons voorbeeld layoutetiketten) werkt, zijn de breedte en hoogte van de detailsectie de afmetingen van n
etiket. Indien er binnen n etiket nog marges moeten genomen worden, dan stelt u die hier
Ardis Optimizer
181
in. U vermeldt dus de afmetingen van n etiket. Wanneer u over andere etiketten beschikt
kunt u hier de afmetingen van n etiket opgeven.
Wij vullen de breedte en de hoogte in van n etiket. Als n etiket marges heeft, vullen wij
deze in.
Grafische voorstelling
Hier ziet u hoe de detailsectie (in ons geval de lay-outetiketten) dus n etiket, er zal uitzien.
De samenstelling van n etiket gebeurt hierna in de "detaildefinitie". De formules die hier
worden afgebeeld zijn er gewoon om een afdrukvoorbeeld te geven.
Detaildefinitie
Formule
In het veld formule wordt met de formulebouwer een formule geschreven. De
formulebouwer opstarten, doet u door met de rechtermuisknop te klikken in het veld waar u
staat en dan "vergroten" te selecteren. Voor meer uitleg, zie het hoofdstuk "werken met de
formulebouwer". Hier wordt dus de inhoud van de velden binnen n detailsectie
gedefinieerd.
X en Y waarden
Ardis Optimizer
182
De X en de Y waarden geven aan op welke X- en Y-positie het resultaat van de formule moet
komen binnen de detailsectie, waarbij het nulpunt links boven ligt.
Breedte en Hoogte
Hier bepaalt u de breedte en de hoogte van de plaats die het resultaat van de formule binnen
de detailsectie inneemt. bv. 10 karakters breed.
Font
Hier bepaalt u het lettertype dat het resultaat van de formule moet hebben. Door op de
spatiebalk te duwen, krijgt u een lijst van beschikbare lettertypes. Hieruit selecteert u het
gewenste lettertype. U kunt er zelf ook nieuwe definiren, maar deze techniek werd al eerder
uitgelegd in het hoofdstuk "Leren werken met ..."
Uitlijn
In dit veld bepaalt u hoe het resultaat van de formule weergegeven wordt in de ruimte die het
ter beschikking heeft. Door op de spatiebalk te duwen krijgt u een lijst van
keuzemogelijkheden:
rechts: beginnen invullen aan de rechterkant
midden: beginnen invullen in het midden van de beschikbare ruimte
links: beginnen invullen aan de linkerkant
Voorwaarde
Hier kunnen voorwaarden gedefinieerd worden om bepaalde lijnen af te drukken of niet, om
bepaalde bv. Enkel te drukken wanneer het aantal stukken volledig geproduceerd is, enz.
Titel
Hier worden alle gegevens met betrekking tot de titel van het rapport ingegeven.
Afmetingen
Ardis Optimizer
183
Definitie
Definiring van een titelsectie loopt gelijk met de definiring van een detailsectie (zie
hiervoor "detaildefinitie").
Grafische voorstelling
Onder het kadertje van de afmetingen en boven de definitie van de titelsectie, krijgt u een
grafische voorstelling van de titelsectie te zien.
Groep: hoofding
Ardis Optimizer
184
Hier worden alle gegevens met betrekking tot de titel van n groep ingegeven.
De indeling van het scherm d.w.z. afmeting, definitie en grafische voorstelling zijn identiek
aan de indeling van het "Titel" scherm. Alle instellingen die in de titelsectie van toepassing
zijn, gelden evenzeer voor de hoofding van een groep.
Groep: voettekst
Hier worden alle gegevens met betrekking tot de voettekst van n groep ingegeven. De
indeling van het scherm d.w.z. afmeting, definitie en grafische voorstelling zijn identiek aan
de indeling van het "Titel" scherm. Alle instellingen die in de titelsectie van toepassing zijn,
gelden evenzeer voor de voettekst van een groep.
Rapportvoettekst
Hier worden alle gegevens met betrekking tot de rapportvoettekst van n groep ingegeven.
De indeling van het scherm d.w.z. afmeting, definitie en grafische voorstelling zijn identiek
aan de indeling van het "Titel" scherm. Alle instellingen die in de titelsectie van toepassing
zijn, gelden evenzeer voor de hoofding van een groep.
Printen
Om te printen selecteert u het soort rapport dat u wilt, u klikt
of selecteert "Afdrukken"
met de rechtermuistoets. U kunt natuurlijk ook eerst naar een voorbeeld van de afdruk op het
scherm kijken: selecteer het rapport en klik op
rechtermuistoets.
Ardis Optimizer
185
Ardis Optimizer
186
Ardis Optimizer
187
Gegevens invoeren
Als je Cutting Optimizer als OEM-module in uw toepassing wil gebruiken, zal je al vlug met
het probleem zitten hoe je de gegevens in de stukkenlijst en de basismateriaallijst moet
ingeven.
Er zijn verschillende mogelijkheden om gegevens te veranderen van een andere toepassing
naar Cutting Optimizer.
1. Manueel d.m.v. het klembord:
Als u kolommen en rijen kopieert (Ctrl + C) in een spreidingsblad (vb. Excel) of een
databank (vb. Acces), kunt u die gegevens in het huidige stukken- of
basismateriaalraster plakken (Ctrl + V) in COWIN.
2. Creer zelf (Tekst) bestanden. Op dit moment kan Cutting Optimizer alleen
tekstbestanden behandelen, dit betekend dat elke lijn moet eindigen op
CR(13)+LF(10). Verscheidende formaten zijn mogelijk.
.
.
Begrensde tekstbestanden
Cutting Optimizer kan begrensde tekstbestanden importeren met gegevens over
stukken, platen en kanteninformatie
Tekstbestanden met de extensie (.CSV of .TXT) zijn automatisch toegevoegd aan de
selectiedialoogvenster wanneer een bestand aan het huidige project wordt toegevoegd.
Alle lijnen in de tekstbestanden eindigen met CR+LF (code 13 + 10)
De eerste lijn is de titellijn. Het bepaalt de velden (kolommen) die moeten
gemporteerd worden. Als alternatief mag u tekstbestanden aangeven zonder
hoofdinglijnen maar in dat geval moet u een HEADER_xxx.STK opbouwen in de
Ardis import map waar xxx de extensie van uw tekstbestand is. De eerste (en enige)
lijn van HEADER_xxx. STK bevat de titellijn.
Alle gegevensvelden moeten door dezelfde afbakening worden afgebakend. U kunt
kiezen tussen:
Komma (,)
Puntkomma (;)
Verticale lijn (|)
Ardis Optimizer
188
Principe
Ardis Optimizer
189
??? betekent de bestandsextensie van het tekstbestand dat zal gemporteerd worden
COWIN leest het tekstbestand lijn per lijn, dat gemporteerd worden
Een definieerbare stukkenelementberekening (C:ARDISIMPORT???.stk) bepaald hoe
de waarde zal worden vertaald in de Cutting Optimizer velden.
Een verborgen INVOER veld in de stukkenhoofding zal elke tekstlijn n per n
bevatten.
Andere stukkenvelden verwijzen naar het INVOER veld, door middel van
tekenreeksen zoals links, rechts of substr
alle expressies in de stukkenvelden worden berekend en in u stukkenlijst geplakt.
Voorbeeld
Je wil het volgende tekstbestand importeren (Test.123)
Bemerking stuk 1 500.0 450.0 79
Bemerking stuk 2 715.0 350.0 45
U moet het volgende definitiebestand toevoegen (C:\ARDIS\IMPORT\123.STK):
Veldnaam VeldID Waarde of Formule
Materiaal MAT = IMPORT left 15
Lengte
L
=(IMPORT substr 16) left 7
Breedte B
=(IMPORT substr 23) left 7
Aantal
A
=(IMPORT substr 30) left 5
Ardis Optimizer
190
Bemerking
Cutting Optimizer
Wanneer het veld Naam niet is ingevuld: is het resultaat van de formule, de waarde
Wanneer de Naam een herkenningsteken bevat: de macro taak Identifier = Resultaat
van de waarde wordt gecreerd
Klik met rechtermuisknop op stukkenbestand 'Nieuw' en "kopie opslaan"
Voer een unieke bestandsextensie in van max 3 karakters (vb. '123') in, en sla het
bestand op. (vb. 123.stk) in uw IMPORT map (C:\Ardis\Import)
Ardis Optimizer
191
Wanneer een stukken elementberekening van de OPENPART niet bestaat, zal Cutting
Optimizer de gebruiker vragen om een verwijzing naar een bestaande
basiselementenberekening te selecteren om deze nieuw elementenberekening op te
bouwen. Deze verwijzing zal worden opgeslagen als een nieuwe
elementenberekening in de standaard map en niet meer opnieuw worden gevraagd.
InternID
Type
ALGREF
ID
Titel
Beschrijving
tekenreeks PartFRef
Alg.ref
VEELVOUD
lang
PartFQty
Veelvoud
DATUM
datum
PartFDate
Datum
EXT01
tekenreeks PartFExt01
Ext01
EXT02
tekenreeks PartFExt02
Ext02
EXT03
tekenreeks PartFExt03
Ext03
EXT04
tekenreeks PartFExt04
Ext04
EXT05
tekenreeks PartFExt05
Ext05
EXT06
tekenreeks PartFExt06
Ext06
10 EXT07
tekenreeks PartFExt07
Ext07
11 EXT08
tekenreeks PartFExt08
Ext08
12 EXT09
tekenreeks PartFExt09
Ext09
13 EXT10
tekenreeks PartFExt10
Ext10
14 EXT11
tekenreeks PartFExt11
Ext11
15 EXT12
tekenreeks PartFExt12
Ext12
16 EXT13
tekenreeks PartFExt13
Ext13
17 EXT14
tekenreeks PartFExt14
Ext14
18 EXT15
tekenreeks PartFExt15
Ext15
19 EXT16
tekenreeks PartFExt16
Ext16
20 EXT17
tekenreeks PartFExt17
Ext17
21 EXT18
tekenreeks PartFExt18
Ext18
22 EXT19
tekenreeks PartFExt19
Ext19
23 EXT20
tekenreeks PartFExt20
Ext20
24 DEFVAL
tekenreeks PartDefVal
Standaard
waarden
25 DRAWING
tekenreeks PartFDrawing
Tekening
26 FIGPARAM
tekenreeks PartFFigParam
27 IMPORT
tekenreeks PartImport
Import
The current data line while importing a foreign file. Use references
to this variable to control the import proces.
28 IMPORTRECNO
lang
ImportRecNo
The current line number while importing a foreign file (blank are
also counted)
29 IMPORTCOND
tekenreeks PartFImportCond
Importconditie
Een record zal enkel gemporteerd worden indien het resultaat van
deze conditie waar is of de conditie niet ingevuld is.
PartImportRecNo
Ardis Optimizer
192
pad
INCLUDE
Include path
The current parts list inherits all parts of the specified parts
template, but not its question list. Used with derivation of existing
parts calculations.
32 IMPORT_DB
tekenreeks IMPORT_DB
ADO data source string for import for Access, SQL Server or any
other database system
33 USE_STOCK
bool
ImportDB
USE_STOCK
[ISTK]: Stuklijst
#
InternalID
Type
ID
Max.
Titel
karakters
Beschrijving
MAT
materiaal
PartMat
50
Materiaal
switchRC PartD
Lengte
PartL
Lengte
Breedte
PartW
Breedte
dubbel
PartQty
Aantal
REF
tekenreeks PartRef
Referentie
PRI
kort
PartPri
PDAT
datum
PartDue
Pdatum
Plandatum
BEM
tekenreeks PartRemark
60
Bemerking
10 BEW
tekenreeks PartCalc
60
Calculatie
11 LMIN
rechts
PartLMin
min.L
minimum Lengte
12 LMAX
rechts
PartLMax
max.L
maximum Lengte
13 BMIN
rechts
PartWMin
min.B
minimum Breedte
14 BMAX
rechts
PartWMax
max.B
maximum Breedte
15 AMIN
rechts
PartQMin
min.A
minimum Aantal
16 AMAX
rechts
PartQMax
max.A
maximum Aantal
17 AFGEW
lang
PartQDone
Afgew
18 VOORR
lang
PartStock
Stock
Aantal van dit stuk reeds in voorraad (enkel voor intern gebruik)
19 BEM2
tekenreeks PartRemark2
80
Bemerking 2
Bemerking 2
20 BEM3
tekenreeks PartRemark3
160
Bemerking 3
Bemerking 3
21 EDGE1
kant
PartEdge1
22 EDGE2
kant
PartEdge2
23 EDGE3
kant
PartEdge3
24 EDGE4
kant
PartEdge4
25 EDGESEQ
switchRC PartEdgeSeq
Volg
26 LEVEL
kort
Niveau
27 DRAWING
tekenreeks PartDrawing
Tekening
28 FINISH1
tekenreeks PartFinish1
AfwerkL
Afwerkingsfase voor het stuk (zagen onder hoek, groeven, ...) met
de bovenste zijde als referentiezijde
29 FINISH2
tekenreeks PartFinish2
AfwerkL
Afwerkingsfase voor het stuk (zagen onder hoek, groeven, ...) met
de bovenste zijde als referentiezijde
30 FINISH3
tekenreeks PartFinish3
AfwerkB
Afwerkingsfase voor het stuk (zagen onder hoek, groeven, ...) met
de linkerzijde als referentiezijde
31 FINISH4
tekenreeks PartFinish4
AfwerkB
Afwerkingsfase voor het stuk (zagen onder hoek, groeven, ...) met
de linkerzijde als referentiezijde
32 FIGREF
tekenreeks PartFigID
FigID
33 FIGPARTID
tekenreeks PartFigPartID
StkID
34 FIGDEF
tekenreeks PartFigDef
Figuurdef
PartLevel
15
Ardis Optimizer
193
boven b)
35 FIGPARAM
tekenreeks PartFigParam
Figuurparameters
36 PartGroup
tekenreeks PartGroup
GroepID
37 PartStdGroup
tekenreeks PartStdGroup
Leverancier
38 TYPE
tekenreeks PartStackType
Stapeltype
39 NX
kort
PartNX
NX
Aantal stukken in X
40 NY
kort
PartNY
NY
Aantal stukken in Y
Importconditie
Een record zal enkel gemporteerd worden indien het resultaat van
deze conditie waar is of the conditie niet ingevuld is.
(gebruik verwijzingen naar IMPORT en IMPORTRECNO
variabelen)
42 EXT01
tekenreeks PartExt01
Ext01
43 EXT02
tekenreeks PartExt02
Ext02
44 EXT03
tekenreeks PartExt03
Ext03
45 EXT04
tekenreeks PartExt04
Ext04
46 EXT05
tekenreeks PartExt05
Ext05
47 EXT06
tekenreeks PartExt06
Ext06
48 EXT07
tekenreeks PartExt07
Ext07
49 EXT08
tekenreeks PartExt08
Ext08
50 EXT09
tekenreeks PartExt09
Ext09
51 EXT10
tekenreeks PartExt10
Ext10
52 EXT11
tekenreeks PartExt11
Ext11
53 EXT12
tekenreeks PartExt12
Ext12
54 EXT13
tekenreeks PartExt13
Ext13
55 EXT14
tekenreeks PartExt14
Ext14
56 EXT15
tekenreeks PartExt15
Ext15
57 EXT16
tekenreeks PartExt16
Ext16
58 EXT17
tekenreeks PartExt17
Ext17
59 EXT18
tekenreeks PartExt18
Ext18
60 EXT19
tekenreeks PartExt19
Ext19
61 EXT20
tekenreeks PartExt20
Ext20
62 CNCPrg1
tekenreeks CNCPrg1
CNC programma 1
63 CNCDraw1
tekenreeks CNCDraw1
CNC tekening 1
64 CNCParam1
tekenreeks CNCParam1
CNC Param 1
65 CNCMain1
kort
66 CNCPrg2
tekenreeks CNCPrg2
CNC programma 2
67 CNCDraw2
tekenreeks CNCDraw2
CNC tekening 2
68 CNCParam2
tekenreeks CNCParam2
CNC Param 2
69 CNCMain2
kort
70 CNCPrg3
tekenreeks CNCPrg3
CNC programma 3
71 CNCDraw3
tekenreeks CNCDraw3
CNC tekening 3
72 CNCParam3
tekenreeks CNCParam3
CNC Param 3
73 CNCMain3
kort
74 CNCPrg4
tekenreeks CNCPrg4
CNC programma 4
75 CNCDraw4
tekenreeks CNCDraw4
CNC tekening 4
CNCMain1
CNCMain2
CNCMain3
Ardis Optimizer
CNC Param 4
194
76 CNCParam4
tekenreeks CNCParam4
77 CNCMain4
kort
78 CNCPrg5
tekenreeks CNCPrg5
CNC programma 5
79 CNCDraw5
tekenreeks CNCDraw5
CNC tekening 5
80 CNCParam5
tekenreeks CNCParam5
CNC Param 5
81 CNCMain5
kort
CNCMain4
CNCMain5
Procedure
Gebruik in van de volgende mogelijkheden om een CPOUT-bestand om te zetten in een
Ardis project:
Bestand - Openen, selecteer het CPOUT bestand
Sleep het CPOUT-bestand vanuit Windows Explorer (verkenner) in de Ardis
Optimizer applicatie.
Bemerking
Nerfrichting stukken
o als het 3de veld van CTL1 Y omschrijft, dan krijgen alle stukken de L
nerfrichting
o als de 6de parameter van ORD1 of het 2de veld van PRT5 = Y, dan krijgt het
stuk de L nerfrichting
Nerfrichting basismateriaal: altijd L als nerfrichting
Ardis Optimizer
195
Inleiding
Alle acties worden gedaan in het schema 'Lay-outs (F4)'
Stukken toevoegen
Om een stuk toe te voegen in een schemastrook, dubbelklik (of rechtermuistoets en
toevoegen stuk) op een geldig reststuk (gearceerde deel) van de plaat.
een dialoogvenster toont een lijst van mogelijke (bestaande) stukken om in het geselecteerde
stuk afval in te voegen.
Ardis Optimizer
196
In de titel van het dialoogvenster ziet u de afmetingen van het schroot om een stuk erin te
plaatsen. Deze afmetingen die zijn berekend, worden gebaseerd op minimum nodige randen
van de elementenberekening.
Datzelfde stuk kan tweemaal meegerekend worden, n voor elke richting
Verklaring van de velden:
Lengte: horizontale afmeting van het stuk
Breedte: verticale afmeting van het stuk
Aant: maximum aantal stukken dat in de vrije ruimte mogen gelegd worden
AantX: aantal keer dat de stuklengte (horizontaal) in de vrije ruimte past
AantY: aantal keer dat een stukbreedte (verticaal) in de vrije ruimte past.
Niv: Nee=stuk op gelijk strookniveau, Ja=stuk moet na gezaagd worden op een lager
niveau
Rend%: gevulde oppervlakte in verhouding tot de vrije ruimte.
Je kan ook enkele andere velden zichtbaar maken door rechtermuistoets te klikken op de titel
en te kiezen voor "Toon"
R: Richting: L=stuk niet gedraaid, B=stuklengte en -breedte zijn omgedraaid
Nr#: volgnummer van het stuk uit de stukkenlijst
Referentie: Stukreferentie uit de stukkenlijst
Om effectief een stuk in te voegen, selecteer de juiste rij door te klikken op het veld van het
stuk, vul de gevraagde hoeveelheid in,in het veld 'Aant' en klik op OK
=> De laagste waarde van Aant en AantX*AantY zal gebruikt worden!
Ardis Optimizer
197
Gelieve de lengte en de breedte van het nieuwe stuk in te stellen en geef het aantal in dat u
nodig heeft. Druk OK en dan zal je zien dat het nieuwe stuk is toegevoegd aan de stukkenlijst.
Ardis Optimizer
198
Hoewel het nieuwe stuk aan u project wordt toegevoegd, wordt het niet toegevoegd aan een
ingevoegde stukkenlijst!
Door op de juiste rij te klikken en Ok te drukken, zal het nieuwe stuk in de
elementenberekening zijn ingevoegd.
Stukken verwijderen
Om een stuk uit een elementenberekening te verwijderen, dubbelklik op het (of met
rechtermuistoets + verwijder stuk) stuk.
De elementberekening structuur is gereorganiseerd en de randen worden herberekend. Ook
wordt de stukkenproductie, netto oppervlakte... automatisch aangepast.
Met behulp van de filter, kan u het juiste basismateriaal selecteren om een nieuw zaagschema
te creren.
Huidige basismateriaal: filtert enkel het basismateriaal van de nodige zaagschema's,
om een nieuw zaagschema te creren
Basismaterialen van huidige materiaalsoort
Alle basismaterialen
Ardis Optimizer
199
Na het selecteren van de juiste plaat, voegt u het juiste productieaantal in en klik OK, het
nieuwe lege zaagschema, zal na de huidige rij worden ingevoegd.
Invoegen kopsnede
U kan enkel een kopsnede in een zaagschema invoegen (rechtermuistoets + "Kopsnede
invoegen") wanneer er minstens n strook in het zaagschema is.
Ook de machineparameters voor kopsneden moeten beschikbaar zijn in uw licentie.
Gelieve dus de machineparameters de controleren en er zeker van de te zijn dat uw machine
Langse en/of Dwarse kopsneden aankan.
kopsnede verwijderen
Als u een kopsnede van een kopsnede zaagschema wil verwijderen, selecteer "Kopsnede
verwijderen" in het rechtermuistoetsmenu. Alle stukken in de kopsnedesectie zijn verplaatst.
Bemerking
Door alle stukken te verwijderen van een kopsnede sectie, n per n, zal de kopsnede zich
automatisch verwijderen aan het zaagschema zonder dat de kopsnede wordt heropgebouwd
Draai zaagrichting
Als een zaagschema in beide richtingen kan verzaagd worden, kan het zijn dat de
optimalisatieresultaten niet de zaagrichting aanbieden die u had gewenst.
Ardis Optimizer
200
of vice versa
Strookoverbrugging
Alleen herhaalde stroken kunnen ovebrugd worden door in die strook op een stuk of een rest
te klikken met de rechtermuistoets en "Strookoverbrugging" te selecteren.
Na strookoverbrugging:
Ardis Optimizer
201
Verander plaat(afmetingen)
U kunt een andere plaat aan de huidige zaagschema toewijzen, zolang de nieuwe afmetingen,
minstens de gebruikte oppervlakte van het zaagschema zijn, met inclusief de minimum
randen.
Na het selecteren van "verander plaatafmetingen" met de rechtermuistoets zal er een venster
openen en vragen om een bestaande of nieuwe plaat voor het zaagschema te selecteren. De
minimumnodige afmetingen worden in de titel getoond.
Ardis Optimizer
202
Wanneer u beslist een nieuw basismateriaal voor het huidige zaagschema te creren, gelieve
de juiste eigenschappen in die bepaalde dialoog in te vullen:
Na bevestiging door "OK" te klikken, gelieve om het even welk veld van het juiste
basismateriaal aanklikken, om te selecteren.
Ardis Optimizer
203
Opmerking
Het nieuwe gecreerde basismateriaal is alleen aan de basismateriaallijst van het project
toegevoegd, niet aan om het even welke basismateriaallijst!
Ardis Optimizer
204
aan welke dan nog in functie van de machinesturing moet verzonden worden. Dit kan serieel
zijn, per diskette of via een netwerk.
4.11.16 Laystrip
A. onderscheid langse zaagniveaus van dwarse zaagniveaus door nieuwe zaagschema's te
creren met enkel strooksnede en zaagschema's met enkel dwarssneden voor die
strookverzaging
B. Zie ook: http://cowin.ardis.be/Mach/LayStrip/laystrip.htm
LAYSTRIP wordt voornamelijk gebruikt om zaagschema's te splitsen in afzonderlijke layouts. U krijgt de dwarse verzagingen en de langse verzagingen in een verschillend lay-out
bestand. Dan doen we met de dwarse verzagingen net hetzelfde, maar op een andere machine.
Een andere toepassing is splitsen na dwars verzagingen. Op deze manier doet een 2 assen
machine de standaardverzagingen. De 3de fase verzagingen gaan naar een kleinere machine
als een andere taak.
4.11.41 SplitFig
A. Creert voor elke perfect korrel een passend figuur, een nieuw zaagschema in
afzonderlijke. R41 mappen, die op de gedefinieerde figuren in een lijst van onderdelen
worden gebaseerd.
B. Onafhankelijke of geoptimaliseerde zaagschema's omdat het de lijst van onderdelen
onderzoekt.
C. Heeft de &-bepaling nodig in de figuurparameters
Vooral gebruikt bij lamineren, fineren of het samen laten van kleine stukken voor de
kantenlijmer. In een eerste zaagplan zaagt men de stukcombinatie met overmaat (enkel 2
zijden of alle). Er wordt voor de figuren een 2de zaagopdracht gemaakt. In deze worden de
stukken gezaagd uit de figuur 'plaat'. Op deze wijze wordt de strook met langse kanten
opgedeeld. In het geval van fineren of lamineren worden alle stukken uit de beplakte plaat
gezaagd.
4.11.56 LayFig
Deze module werd ontworpen om lay-outs te evalueren bij het doorsturen via de
postprocessor. Dit betekent dat, indien een lay-out niet verzaagd kan worden, die zou kunnen
aangepast of zelf opgesplitst worden in meerde lay-outs. Die extra lay-outs zullen zich dan
juist na de originele lay-outs bevinden of in een afzonderlijk resultatenbestand. Een aantal
paramaters kunnen door de gebruiker worden ingesteld.
Bepaald bestaande zaagschama's door figuren met een gelijke nerfrichting van hun
geoptimaliseerd zaagschema, en plaatst hen in een nieuwe lay-out, in hetzelfde of een
ander .R41 bestand. Aangezien stukken met dezelfde nerfstructuur als origineel bepaald, in
een schema worden gepositioneerd, is het vaak het geval dat ze niet kunnen verzaagd worden,
Ardis Optimizer
205
aangezien de positie wordt bepaald. LayFig zal over de volledige lay-out structuur gaan en
zal de niveaustructuur verifiren, en waar nodig de zaagniveaus aanpassen. Als het zagen te
ingewikkeld wordt, zal LayFig voor de te ingewikkelde situaties nieuwe subschema's
produceren.
Inleiding
Als u een toepassingsontwikkelaar bent, en u wilt gebruik maken van COWIN als
Servertoepassing voor optimalisatie of rapport/etiketen printen, heeft u een communicatie
nodig tussen u toepassing en COWIN.
Er zijn verschillende mogelijkheden, maar we hebben voor alle Win32 toepassingen een
compatibel IPC gekozen.
Beide toepassingen zijn actief en u toepassing zend boodschappen naar COWIN. COWIN
leest de boodschap achter elkaar en verwerkt de commando's
Een andere methode van communicatie is via het bestaan van signaalbestanden.AutoSignaal
Kies via mailslot of mailfile in Extra - Opties IPC.MailSlot=\\.\MailSlot\ARDIS\COWIN is de standaardwaarde bij gebruik van
mailslotMailFile=c:\ardis\mail.txt wordt als standaard gebruikt bij the MailFile
techniek
MailSleep = Interval in milliseconden (standaard 250) om nieuwe commando's in te
lezen.
Optie: MailTimeOut = Wachtijd in seconden voor het afwerken van een vorige
opdrachten vooraleer een nieuw commando te sturen. Werkt enkel met MailFile.
Gebruik
Ardis Optimizer
206
Test
U kan gebruik maken van test utility (IPCCLIENT.EXE) om de communicatie vmet Ardis
Optimizer manueel te testen.
Start het programma en voeg het volgende in
Ardis Optimizer
207
IPC werkt
Test ook alle volgende commando's
Procedure optimalisatie
Gelieve deze procedure te volgen als u een project wil optimaliseren van binnenin u
toepassing
Ardis Optimizer
208
Boodschappen
Allemacro commando's kunnen gebruikt worden als IPC bericht
Als u het macrocommando Label gebruikt om etiketten via IPC te printen, vergeet dan niet
om de rapportdefenitie te openen via "Extra - Opties"
Ardis Optimizer
Synchronisatie
Verzenden van commando's naar Ardis Optimizer is standaard een n-weg richting. Hoe
dan ook kan de synchronisatie uitgevoerd worden met het COWINOEM.DLL commando
Verklaar functie cowin_done Lib "COWINOEM.DLL" () als Geheel
cowin_done
0 als Optimizer verwerkt nog steeds commando's
1 als Optimizer heeft alle commando's verwerkt (= lege rij)
U zou geen cowin_done mogen gebruiken in een while-lus! Zo een dergelijke lus gebruikt
meestal alle beschikbare processortijd en Ardis Optimizer zou heel traag werken.
U zou het commando cowin_done beter in een tijdscontrolefunctie gebruiken:
Private Sub TimerDone_Timer()
' ** checks the finishing status of the last commands sent
If cowin_done() <> 0 Then
' ** finished !
TimerDone.Enabled = False ' stop timer
End If
End Sub
209
Ardis Optimizer
210
Auto Signaal
Principe
controleer het bestaan van het "signaal" bestand
Dit is een bestand en externe toepassing, gecreeert om sommige Cutting Optimizer
functies te activeren.
Het signaalbestand wordt verwijderd na het uitvoeren van de commando's
Gebruik
Definieer het IPC Mail Type "autosignaal"
Cutting Optimizer's IPC server controleert voor elke Mailsleep, het aantal
milliseconden voor het bestaande of elke bestand, gedefinieerd met vervangingen in
AutoSignaal
Als een bestand in gevonden, Zal het corresponderende projectbestand (zelfde pat met
extensie *.R41) geopend worden als huidig project, als het bestaat.
De formule gedefinieert in Autorun, zal voor elke lijn van het signaalbestand worden
gevalueerd en overgedragen. De opbouw van expressies kan worden gedaan door de
Ardis Optimizer
211
Voorbeelden
Vb. "Label.sig" bevat gegevens over de stukken die net zijn gezaagd aan de zaag:
1;1;500;450;3
1;2;1170;500;2
1;-2;2550;1400;1
u mag het volgende invoeren
LABEL ( import subfield 1 ; import subfield 2 ; import subfield 5 ; import subfield 3 ; import
subfield 4 )
als formule in AutoRun om een stukkenetiket te verkrijgen
Projecteigenschappen
Ardis Optimizer
212
Mappen
Hier duidt u aan in welke mappen u uw bestanden wil bewaren. Zie "leren werken met ..."
Optimalisatie
In dit scherm vult u de parameters in, die Cutting Optimizer gebruikt bij de optimalisatie. U
bepaalt onder andere:
moet er rekening gehouden worden met kosten en stapelplaatsen
de manier van berekenen
Mode
U heeft de keuze tussen "automatisch" of "manueel", die keuzes verkrijgt u door te eerste
letter in te typen of door op de spatiebalk te drukken.
U kunt een reeks optimalisatiewaarden manueel invoeren in de vakken onderaan op het
scherm. Indien u kiest voor automatisch, houdt Cutting Optimizer geen rekening met wat
onderaan ingevuld is, maar selecteert het programma zelf zijn optimalisatiewaarden. De
Ardis Optimizer
213
berekeningen van Cutting Optimizer zijn gebaseerd op wiskundige technieken. Beide zijn op
elkaar ingesteld op basis van ervaring: het heel veel berekenen van praktijkvoorbeelden.
Toch kan het voorkomen dat uw situatie afwijkt van wat werd onderzocht. Om het
programma dan toch passend te kunnen benvloeden, werden de optimalisatieparameters
"wijzigbaar" gelaten.
Indien u manueel de parameters instelt, is het aan te bevelen ze stapsgewijze aan te passen,
met herberekening van telkens dezelfde stukken, met dezelfde machine en hetzelfde
basismateriaal. Het telkens opnieuw berekenen van dezelfde gegevens, maar met andere
optimalisatie-instellingen, is de meest geschikte manier om te leren, welke voor u de beste
parameterwaarden zijn.
Natuurlijk kunt u het systeem zeer veel combinaties laten uitproberen. Maar omdat dit heel
wat tijd kost, geven we na de uitleg over de verschillende parameters enkele globale
voorbeelden van parameterwaarden.
Type
Indien uw versie van Cutting Optimizer dit toelaat, kunt u lengte-, platen-, rol-stuk- of rol-rol
optimalisatie uitvoeren. Het is belangrijk dat u hier de juiste keuze maakt, anders zijn de
resultaten van de optimalisatie onbetrouwbaar. U kiest door de spatiebalk in te drukken.
Stapelalgoritme
Type van stuk/plaatstapel algoritme
Normaal: gewoonlijk voor optimalisering met lage delenhoeveelheden
benadruk stukken in verwerking: probeert om zoveel mogelijk verschillende stukken
tezelfdertijd te produceren
benadruk stapelhoogte met weinig stukken: produceert een sjabloon zoveel als
mogelijk in volgorde om volledige boeken te zagen zoals gedefinieerd in Machine
(F11) - Stapelhoogte
benadruk stapelhoogte met stuk in verwerking: een evenwicht tussen de 2 vorige
algoritmen
Kosten
Slechts van belang indien uw versie van Cutting Optimizer optimalisatie van de kosten kan
uitvoeren. Zelfs indien u overal kosten hebt ingevuld, verkrijgt u optimalisatie zonder dat met
de kosten rekening gehouden wordt als u kiest voor 'verwaarlozen'. Bij kostenoptimalisatie
moet de prijs van het materiaal in het basismaterialenbestand ingevuld zijn. Dat is belangrijk,
anders kan Cutting Optimizer natuurlijk niet juist optimaliseren.
Stockage%
Ardis Optimizer
214
Indien uw versie van Cutting Optimizer dit toelaat, kunt u hier een intrestvoet voor stockage
ingeven. Deze intrestvoet behoort intrestkosten, stockagekosten, enz. te dekken. Bij zijn
berekeningen zal het programma met deze waarde rekening houden.
Het heeft enkel zin dit vak in te vullen als u bij de ingave van de stukkengegevens met
plandata kunt werken en als u in de stukkenbestanden die u wilt optimaliseren ook werkelijk
data hebt ingevuld. Het programma kan dan bij de optimalisatie daadwerkelijk rekening
houden met uw planning. De eerste lay-outs zullen de vroegst gevraagde stukken omvatten.
Het systeem probeert voortdurend het rendement van een lay-out te verbeteren door met
andere stukken combinaties te maken. Bij het maken van die combinaties zal het aan de hand
van stockagekosten op stukken nagaan of deze wel de moeite lonen voor de bekomen
rendementsverbetering.
Stapelplaatsen
Als uw versie van Cutting Optimizer rekening kan houden met een stapelsysteem, dan kunt u
hier aangeven of het dat bij de volgende optimalisatie al dan niet moet doen. Rekening
houden met een stapelsysteem betekent dat het systeem enkel die stukken in een lay-out zal
plaatsen die kunnen gestapeld worden en dat het zal controleren wanneer een station moet
geledigd worden.
Deze optie is bijzonder geschikt voor hoekscharen met een continu werkend stapelsysteem.
TechType
Hoe hoger de waarde, des te langer de berekeningen per stap zullen duren. Redelijke waarden
zijn 1, 2 of 3 bij verwerking van platen waarbij er veel verschillende stukken gevraagd
worden in kleine hoeveelheden. Bij weinig verschillende stukken in grote aantallen kunt u
best waarden gebruiken tussen 4 en 15. Voor de verwerking van rollen zijn waarden als 20,
30, 40 geen uitzondering.
TechFact
Hoe hoger de factor, hoe langer het systeem berekent en hoe meer controles er zullen
gebeuren op tussenresultaten. De waarden 0, 1 of 3 zijn realistisch.
Hoe minder verschillende stukken, hoe hoger u de factor plaatst.
Basis type
Ardis Optimizer
215
Een getal van 1 tot 7. Normaliter voldoet de waarde 1 voor platen en lengtes. De waarde 5
wordt gebruikt voor rollen. Het is de meest zekere.
De verschillende waarden hebben niets met elkaar te zien. Het gaat hier telkens om andere
basisprincipes van berekening.
Basis Var
Een getal van 0 tot 2. De waarde 0 zal meestal voldoen. De waarde 2 is een alternatief voor
rollen, maar wordt in de praktijk weinig gebruikt. Enkel voor een heel beperkt aantal stukken
geeft u als variatie een andere waarde dan 0 in.
Beperk1 en Beperk2
Eerste en tweede beperking gaan samen met de graad. Deze zouden in dezelfde rang moeten
liggen.
Voor platen bv.: eerst = 3, tweede = 2
Voor platen bv.: eerst = 5, tweede = 4
Voor rollen bv.: eerst = 50, tweede = 50
Opmerking
Bemerking bij de optimalisatie. Alleen bij gebruik met LLFU=1. Het betekend de laatste layout opvullen = vervolledigd het vullen van het laatste patroon van een materiaaltype met
vulstukken of stukken in overproductie. (als optie is geactiveerd in het definitiebestand)
Ardis Optimizer
216
U kunt het systeem zeer veel combinaties laten uitproberen. Maar omdat dit heel wat tijd kost,
geven we hier enkele globale voorbeelden van parameterwaarden die heel verschillende
resultaten kunnen geven.
De meest gebruikte combinatie voor platen:
Niveaus
Techniek
Basis
Graad
Beperking
min: 9
Type: 1
Type: 0
Min: 0
eerste: 4
max: 9
Factor: 3
Var.: 0
Max. 10
tweede: 3
Techniek
Basis
Graad
Beperking
min: 9
Type: 1
Type: 1
min: 0
eerste: 2
max: 9
Factor: 1
Var.: 0
max: 4
tweede: 1
Techniek
Basis
Graad
Beperking
min: 3
Type: 3
Type: 1
min: 2
eerste: 5
max: 5
Factor: 10
Var.: 0
max: 5
tweede: 3
Techniek
Basis
Graad
Beperking
min: 2
Type: 3
Type: 1
min: 2
eerste: 5
max: 3
Factor: 99
Var.: 0
max: 5
tweede: 3
Techniek
Basis
Graad
Beperking
min: 2
Type: 25
Type: 5
min: 25
eerste: 20
max: 2
Factor: 5
Var.: 0
max: 25
tweede: 20
Lay-out
Ardis Optimizer
217
In dit scherm, kan een u veel informatie invoeren dat de presentatie, van de lay-out op het
scherm of de printer, zal controleren. Door gebruik van deze informatie die u hier invoert,
kunt u de lay-outs (tekeningen) zo dicht mogelijk aan het echte formaat van de platen, rollen
of staven hebben, die u verwerkt.
De strooksortering, tekeningvoorkeur, rest/verliesverdeling, hoe sorteren in stroken, boord
altijd op de grootte ingegeven voor de basismateriaalgrote zijn alle parameters dat u voor u
lay-outs kan plaatsen. Het doel van deze parameters is de gebruiker toe te staan om de
zaagschema's voor te stellen op de manier dat hij deze wil verzagen.
Bemerking:
De selectie die u maakt, moet gebeuren voor de optimalisatie, omdat de selectie de
manier hoe ARDIS de resultaten berekent, zou kunnen benvloeden.
Cutting Optimizer maakt een belangrijk verschil tussen "opnieuw te gebruiken rest" en
"verlies". Herbruikbaar rest is wat opnieuw kan gebruikt worden als basismateriaal.
Verlies is wat u weggooit. Als u een optimaal gebruik van u platen wilt, definieer de
herbruikbare rest op de criteria kleinste lengte, breedte, oppervlakte en de voorkeur in
het basismateriaalbestand.
Let op: Deze gegevens kunnen - in hoge mate - u machineverbinding benvloeden !!!
Ardis Optimizer
Strooksortering
U bepaalt hoe de stroken - bij normale versnijding - in een lay-out zullen liggen: van breed
naar smal, van smal naar breed of van lang naar kort. Het vertrekpunt is het diagonaalpunt
van de rest/verliesverdeling dat u hierna invult.
Met de breedste stroken op het einde loopt u minder gevaar samen met de plaat ook uw
vingers te versnijden.
Breed -> Smal: Stroken gesorteerd van breed naar smal, stroken met een gelijke
breedte worden als n blok genomen
Lang -> Kort: stroken zullen van lang naar kort worden gesorteerd
Smal -> Breed: stroken gesorteerd van smal naar breed, stroken met een gelijke
breedte worden als n blok genomen.
Breed enkel -> Smal: stroken gesorteerd van breed naar smal
Smal enkel -> Breed: stroken gesorteerd van smal naar breed
De volgende lay-out zal (met een verschillende sortering) alles duidelijk maken
Van lang naar kort
218
Ardis Optimizer
219
Ardis Optimizer
Laag -> Hoog: zal de stukken met het laagste aantal niveaus eerst plaatsen.
220
Ardis Optimizer
Smal -> Breed: zal de smalste stukken eerst plaatsen, gelijke stukken worden als n blok
genomen.
Restverdeling
221
Ardis Optimizer
222
Bij ingave van basismaterialen (platen of rollen) kunt u een boord ingeven voor elke zijde.
Als de grote van de verloren rest, geen probleem levert, kunt u beslissen waar het moet
worden genomen. In normale situaties, zal de eerste versnijding een smalle strook afval zijn,
en het lay-out cordinatiepunt zal overeenstemmen met de afvalversnijding. Voor
rolversnijding, zal u het afval best evenredig verdelen tussen de 2 zijden van de rol, om een
gelijkmatige belasting van de machine te krijgen.
Bij ingave van basismaterialen voor platen en rollen, kunt u een boord ingeven voor elke
zijde. Indien er naast de boord nog rest of verlies zou zijn, bepaalt u met dit veld waar u de
rest of het verlies wenst.
Normaal zult u het afval eerst afsnijden, het afval is immers klein, zodat het hoekpunt van de
lay-out (het referentiepunt) diagonaal staat tegenover het punt met de rest.
Bij rollen zult u het afval liefst evenredig verdelen om een gelijkmatige belasting van de
machine te verkrijgen.
Rest/verliesverdeling horizontaal
links: de rest / verlies wordt volledig aan de linkerkant geplaatst.
rechts: de rest / verlies wordt volledig aan de rechterkant geplaatst.
Rest/verliesverdeling verticaal
boven: de rest / verlies wordt volledig aan de bovenkant geplaatst
onder: de rest /verlies wordt volledig aan de onderkant geplaatst.
Boord afzonderlijk
Soms worden de ingegeven (4) boorden van een lay-out versneden, vooraleer de stroken
versneden worden. Dit betekent dat de grenzen afzonderlijk op de afmetingen gesneden
worden ingegeven voor het basismateriaal.
Ardis Optimizer
223
Als u wilt dat de grenzen samen met de afvalstukken worden versneden, zullen zij niet
afzonderlijk gesneden worden.
Het wijzigen van deze selectie zal het overzicht van de lay-out veranderen. Als u "Boord
afzonderlijk" heeft geselecteerd en de basismateriaalboord = 0, dan zal er geen boord zijn, de
snijlijn zal buiten de plaat vallen, en het verlies zal in de lay-out correcte afmetingen
vertonen. Als je "Boord afzonderlijk" niet selecteert, dan zal de lijndikte van de snijding in
de grens vallen. De effectieve grens (boord) zal bij de lijndikte van de versnijding smaller
zijn.
Stukreferentie in lay-out
Bij nieuw, verschijnt de verwijzing van het deel in de lay-out. Hier kunt u een formule
invoegen om iets anders in de lay-out (vb. de naam van de klant) te tonen.
(Druk Shift+F2 om de formulebouwer te openen)
Lokale instellingen
U kunt voor de velden "lengte, breedte, dikte, hoogte, oppervlakte, massa en massa/opp."
verschillende waarden invullen. Deze bekomt u door de spatiebalk in te drukken: 0, 1, 2, 3, 4
of breukvorm.
Je kan werken in cm, mm, m of inches; Het programma heeft daar geen probleem mee.
Natuurlijk moet u wel constant dezelfde eenheden gebruiken.
Oppervlakte-eenheid
Oppervlakte-eenheid = lengte-eenheid x breedte-eenheid x factor x 10 ^ macht
Teken
Ardis Optimizer
Is het decimaal teken een punt (.) of een komma(,) ? Intern in de bestanden en formules
wordt steeds een punt gebruikt.
Datumformaat
Datumformaat voor ingave van datum
DDMMJJ (dag-maand-jaar)
130208
13 februari 2008
MMDDJJ (maand-dag-jaar)
021308
13 februari 2008
JJWW (jaar-week)
0807
De eerste keer dat u Cutting Optimizer opstart, zullen dezelfde instellingen als de
datuminstelling van Windows genomen worden.
Datumformaat voor resultaat van invulvelden
DDMMJJ
130208
13 februari 2008
MMDDJJ
021308
13 februari 2008
JJWW
0807
DD-MM-JJJJ
13-02-2008
13 februari 2008
MM-DD-JJJJ
02-13-2008
13 februari 2008
DD/MM/JJJJ
13/02/20008
13 februari 2008
MM/DD/JJJJ
02/13/2008
13 februari 2008
Stukken
224
Ardis Optimizer
225
Stuksamenvoeging
Indien bij het optimaliseren twee of meerdere gevraagde stukken "identiek" zijn, kunnen die
samengenomen worden en als n geheel geoptimaliseerd worden. Indien u dit wenst zet u
bij "Stuksamenvoeging": ja.
Wat er verstaan wordt onder "identiek", hangt af van uw verdere instellingen in dit venster.
Per definitie moeten lengte, breedte en nerfrichting van twee stukken gelijk vooraleer ze als
identiek kunnen beschouwd worden.
Ardis Optimizer
226
Samenvatting
Twee stukken worden dus als n geheel beschouwd als alle met "ja" aangeduide velden van
de stukken als gelijk kunnen beschouwd worden.
Ardis Optimizer
227
Extra
Optimaliseren (F6)
Zie ook "Leren werken met ..."
Het optimalisatiescherm is bedoeld om te status van het optimalisatieproces te tonen. Het is
slecht informatief.
Ardis Optimizer
U kan de berekening stoppen door op ESC te drukken. De resultaten van de laatste ronde
worden nu getoond. Deze resultaten zijn duidelijk niet de beste resultaten. Door te kiezen
voor "Cancel all" zal de optimalisatie stoppen met de resultaten voor de resterende
materialen te berekenen.
Rekenmachine
Werkt als een gewone rekenmachine. Bij formule vult u de gegevens in, bij resultaat
verschijnt het resultaat. Als je op "OK" klikt, zal het resultaat van de formule terugkeren in
het grijze veld.
Macro
228
Ardis Optimizer
229
Wanneer u bv. na elke optimalisatie een aantal resultaten en/of rapporten wilt afprinten, een
machinekoppeling wilt uitvoeren en de voorraden wilt aanpassen, dan kunt u dit hier in n
actie laten gebeuren.
"Opslaan en sluiten" bewaard de veranderingen die je hebt gemaakt aan het .MCO bestand
die u hebt geopend. "Macro uitvoeren" bewaard de veranderingen en voert de macro uit.
Macrocommando's
Een macro bestaat uit n of een opeenvolging van meerdere van de onderstaande
commando's:
OPTIMIZE
optimaliseert het huidig geladen project, de huidige opdracht.
REPORT ("rapportnaam";"filter";"veelvoud")
REPORT: afdrukken van het gevraagde rapport op de standaardprinter (indien er geen andere
gedifinieerd is iun de rapportdefenitie)
"rapportnaam": basisnaam het rapport (zonder extensie .RPT d.i. zoals ze vermeld zijn in het
"overzichtgedeelte" van het scherm) of de volledige naam (indien ze in een andere map dan
de programmamap staan)
"filter": (fakultatief) kan om het even welke formule zijn (zie ook gebruik van "filter" bij
rapporteigenschappen). Bv. voor een lay-out rapport: gebruik LayNo==1 om alleen de
gegevens van de eerste lay-out te printen
"veelvoud": fakultatieve parameter ter bepaling van het aantal keer dat een record dient
herhaald te worden (bv. voor elk stuk)
EXPORT ("rapportnaam";"filter","exportbestand")
EXPORT: maakt een (tekst)bestand met de gegevens uit het gevraagde rapport
"rapportnaam": basisnaam van het rapport (indien gevestigd in de programmasub-map met
extensie .RPT) of de volledige naam (indien ze in een andere map dan de programmamap
staan)
Ardis Optimizer
"filter": (optioneel) kan om het even welke formule zijn (zie ook gebruik van "filter" bij
rapporteigenschappen) vb. voor een lay-out rapport: gebruik LayNo==1 om alleen de
gegevens van de eerste lay-out te printen.
"exportbestand": naam van het (tekst)bestand waar de rapportgegevens dienen bewaard te
worden.
RESULT ("resultatentabel1";"resultatentabel2";"..."
RESULT: afdrukken van n of meerdere resultatentabellen
"Resultatentabel1": n of meerdere resultatentabellen die als volgt dienen gedefinieerd te
worden
Mogelijke tabelidentificatie
"Summary": overzicht van de optimalisatie
"Lay-outs": zaagschema's met informatie over de stukken
"Parts": stukkenlijst
"Sheets": basismateriaallijst
"Edges": kantenlijst
230
Ardis Optimizer
231
PartQty
PartQty 0: trekt het aantal afgewerkte producten af van "Aant"
PartQty 1: telt het aantal afgewerkte producten bij "Afgew"
SheetQty
trekt het aantal geproduceerde basismaterialen af van het aantal basismaterialen in stock
RestToSheet
Genereert reststukken als b
asismateriaal voor verder gebruik:
RestToSheet (zonder argument): vraagt naar een nieuw of reeds bestaand
basismaterialenbestand waar de reststukken moeten bewaard worden
of
RestToSheet "sheet file name": dit bestand zal als default basismaterialenbestand gebruikt
worden om de reststukken in te bewaren
Ardis Optimizer
232
zeer handig. Dus druk de rechtermuistoets en selecteer "Formule". Het volgende scherm zal
verschijnen:
U kan alle commandos vinden is de kolom van "Functies". Onderaan dit scherm ziet u hoe
het commando moet opgebouwd worden.
We bouwen onze macro "Test" zoals hieronder
Macro uitvoeren
Na het invoeren van de gegevens klik je op "Opslaan en sluiten". Om een macro uit te voeren,
open het door "Extra - Macro" te selecteren, en klik dan het juiste bestand aan en "openen".
Daarna klikt u op "Macro uitvoeren". Nu worden alle instructies in de macro uitgevoerd.
Ardis Optimizer
of
COWIN.EXE /Start =
volledige pad van de macro
Speciale macrobestanden
INSTALL.MCO
NEWPROJECT.MCO De macro wordt uitgevoerd bij het starten van een nieuw project
233
Ardis Optimizer
234
Machineaansluiting
U kan de machineaansluiting uitvoeren door het programma in het uitklapmenu "extra" te
selecteren, die deze connectie ondersteund (meer informatie over dit onderwerp zou moeten
meegeveleverd zijn met de machineaansluiting). Cutting Optimizer zal de resultaten van de
optimalisatie vertalen in de voor een machine verstaanbaar formaat. De machineaansluiting
zal dan de gegevens verwerken en het zagen kan starten. U hoeft de gegevens dus niet meer
in de machine in te voeren! Dit bespaart een grote winst aan tijd.
Manuele uitvoer
Om een postprocessor te starten is het nodig volgende te selecteren:
"Link to XXXXX" (XXXXX stelt de naam van uw link voor) in het het menu "Extra"
Instellen parameters
Activeer de link door "Link naar XXXXX" te selecteren of door Alt+& in te tikken. U zal het
link programma voor het huidige resultatenbestand starten of u toont de link paramaters.
Zoals u kan zien, kan u de parameters uitvoeren, elke keer als u de link in werking stelt. Als
u dit niet elke keer wil bevestigen, kan u "Link naar XXXXX" op NO EDIT mode zetten. om
deze in te stellen ga naar "Aanpassen" in het menu "Extra"
Ardis Optimizer
235
Het veld "Argumenten" bevat een formule die eindigd met "/EDIT= ":
EDIT=1 betekend dat u de parameters elke keer wil kunnen bewerken.
EDIT=0 betekend de link uitvoeren maar niet bewerken
Opmerking
Als u de link op /EDIT=0 plaatst, en later wil je de parameter veranderen, ga dan naar
"Aanpassen" en reset de link naar /EDIT=1.
Automatische uitvoer
Als u de link automatisch wil uitvoeren, elke keer dat u optimaliseer, dan kan u dit doen door
de standaard optimalisatiemacro aan te passen of door een nieuwe gelijkaardige macro te
maken, voor de optimalisatie.
De volgende stappen leggen uit hoe u de standaard macro "Optimize.mco" kan aanpassen.
Selecteer "Macro" in het uitklapmenu "Extra" en kies "Optimize.mco"
Voeg met het rechtermuistoetsmenu een exta lijn in voor de regel OPEN en voeg in:
RUNLINK "XXXXX" (vervang XXXXX met de naam van u --------). Sluit dit scherm door
"Opslaan en sluiten" te klikken.
Ardis Optimizer
236
Aanpassen
U kunt, wanneer u slechts enkele macro's heeft, die ook bij de uitvoeringen van de
machinekoppelingen zetten. Dit doet u door bij "Extra - Aanpassen" onderaan de macro bij te
voegen. In het veld "Asynch" vult u "nee" in, dit betekent dat de macro volledig moet
uitgevoerd worden vooraleer u iets aan de gegevens binnen Cutting Optimizer kunt wijzigen.
Dit is nogal logisch want commando's binnen de macro gebruiken de gegevens, indien
tezelfdertijd iets gewijzigd zou worden, zit het programma geblokkeerd.
Wanneer u nu op "Extra" klikt, krijgt u de "voorbeeld macro" bij op uw scherm. U laat de
macro dan lopen door op "voorbeeld macro" uit het lijstje te klikken.
Ardis Optimizer
237
If you want to start a post-processor with another CO.INI settings file, you can define
/PARAM="path or CO file name.INI"
Opties
Voorkeursinstellingen
Ardis Optimizer
238
Indien u "ja" invult zal na elke in- of toevoeging van een elementberekening het programma
opnieuw in- of toevoeging voorstellen.
Default stukkenbestand
Indien hier een bestand ingevuld wordt zal bij het opstarten van een nieuw project dit bestand
als sjabloon gebruikt wordt.
Ardis Optimizer
Trefwoordenlijst
CodeMeter, 14
figuren, 121
figuur, 121
fineer, 121
Licentieovereenkomst, 2
maxL maxB, 137
Optimalisatie-wizard, 40
PartFigPartID, 123
PartID, 123
sleutelconfiguratie, 22
StkID, 123
Verantwoordelijkheid, 3
Waarborg, 3
WIBU, 14
239