Вы находитесь на странице: 1из 7

06

WORLDSKILLS 2015

NICKDOCENT GRAFISCHE
VORMGEVING

Nick Lumatalale (expert, trainer,


coach en docent grafische vormgeving):

Het moet er niet alleen maar mooi uitzien


Nick Lumatalale (42) is docent aan de mbo-opleiding Grafische Vormgeving op het
Deltion College in Zwolle. Voor WorldSkills traint en coacht hij derdejaars student
Damien Dekker (20), nationaal kampioen Graphic Design.
Hoe bereid je je als grafisch vormgever voor op
WorldSkills? Met oude opdrachten uit vorige
edities, zegt Nick Lumatalale, docent en begeleider van nationaal kampioen Damien Dekker. Het is
volgens Lumatalale de beste manier om te ervaren
hoe pittig de wedstrijden zijn: Damien moet het
in vier wedstrijdonderdelen opnemen tegen 37
kandidaten. Hij moet bijvoorbeeld een logo en
huisstijl voor een evenement ontwikkelen en een
advertentie maken. Er staat vier tot acht uur voor
een opdracht, dus ik train hem ook op het effectief
omgaan met de tijd.

Vertaalslag
Creativiteit en technische vaardigheden moeten
in perfecte balans zijn. Bij het onderdeel Packaging moet Damien een verpakking ontwikkelen
voor een product. De ideen die hij daarover
heeft, moet hij technisch foutloos vertalen, zodat
het in 3D klopt. Het moet er mooi uitzien, maar
het moet ook nog eens uitvoerbaar zijn. Daar
gaat meer tijd in zitten dan het maken van een
advertentie.De technische uitvoerbaarheid van
een project is meetbaar. Maar hoe beoordeel je

met een internationale jury of iets mooi is? Lumatalale: Smaken verschillen natuurlijk. Met wat we in
Nederland mooie grafische vormgeving noemen,
krijg je bijvoorbeeld in Japan de handen niet op
elkaar. Er zit dus een subjectief element in de jurering die de uitslag nog spannend zal maken.

Werken onder druk


De Skills-wedstrijden noemt de Zwolse docent
belangrijk: Je leer t werken onder druk, iets wat je
later ook in het bedrijfsleven moet kunnen. En je
hebt contact met studiegenoten uit de hele wereld. Dat geeft je een bredere kijk op het vak.
Voor Lumatalale is dat vak nog steeds een oude
jeugdliefde. Als kind zat ik altijd al te tekenen. Op
de middelbare school, eind jaren tachtig, trok ik de
stoute schoenen aan en ging langs bij de designafdeling van de NS. Die gaven me een proefopdracht: de vormgeving van een campagneposter
voor Rail 21. Daarna had ik de smaak te pakken.
Grafische vormgeving heeft voor mij twee grote
uitdagingen: uitzoeken wat cht bij de klant past en
nooit op routine draaien.

beeld: Vincent van Dordrecht

Paul van Meenen (D66)

Zonder instrumenten
makers geen Nobelprijs

wijs heeft me nooit meer losgelaten.


Uit eigen ervaring weet ik dat vakopleidingen een geweldige manier van onderwijs bieden, gericht op het opleiden
van een goede beroepsoefenaar. Daar
geniet ik van. Ik zag al snel wat het voor
leerlingen betekent om goed onderwijs te krijgen. Mbo-leerlingen zijn veel
gemotiveerder. Ze weten beter wat ze
willen en zien hun toekomst veel beter
voor zich. Dat is een groot verschil met
het algemeen vormend onderwijs. Het
beroepsonderwijs draait vooral om het
leren van een vak. Leerlingen weten
heel goed waarvoor ze het doen.

Michiel Rog (CDA):

De keuze voor een vak, is


kiezen voor goede kansen

Rekentoets
Het beroepsonderwijs is het fundament van onze samenleving. Van
vakmensen kunnen we niet genoeg
hebben. Ze vormen de ruggengraat
van ons land.
Tweede Kamerlid en oud-wiskundedocent Paul van Meenen haalt graag
de Leidse Nobelprijswinnaar Heike
Kamerlingh Onnes aan, om het belang
van goede vakmensen en het beroepsonderwijs te onderstrepen. Kamerlingh Onnes richtte in 1901 de Leidse
Instrumentenmakersschool op, een
mbo-opleiding die tot de dag van vandaag bestaat. Hij motiveerde de komst
van de school met de uitspraak zonder
instrumentenmakers geen Nobelprijs.

Goed onderwijs
Paul van Meenen heeft 33 jaar onderwijservaring. De eerste 17 jaar in het
beroepsonderwijs, mbo en hbo, en de
laatste 16 jaar in het middelbaar onderwijs als rector en bestuurder, maar ook
altijd als docent. Het beroepsonder-

Ht probleem in ons onderwijs is


de manier waarop kinderen worden
geselecteerd. De nadruk ligt veel te
veel op taal en rekenen. Alsof er verder
niets is. De verplichte rekentoets is een
killer voor het stimuleren van talent.
De nadruk op rekenen en taal zorgt
voor verkokering, waardoor talent
onbenut blijft. Een ander punt van zorg
is de vroege selectie. Het zou beter
zijn als het eerste jaar in het mbo een
orintatiejaar wordt. Nu moet je al op
je 13de, 14de kiezen. Dat leidt soms tot
verkeerde keuzes.

Er is een enorme dynamiek in het


mbo. De vraag naar vakmensen in
de techniek of verpleging zal altijd
blijven.

De beroeps- en schoolkeuze zou veel


meer gericht moeten zijn op het zichtbaar maken en stimuleren van talenten.
Vakwedstrijden zoals Vakkanjers, Skills
Heroes en WorldSkills zijn enorm stimulerend. Niet alleen voor de leerlingen en
studenten die deelnemen. De aandacht
en waardering voor jouw beroep is
inspirerend. Het haalt het beste in de
studenten naar boven. En de vakwedstrijden helpen bij het vergroten van
de maatschappelijke waardering die het
beroepsonderwijs verdient.

Michel Rog kent de onderwijswereld als zijn broekzak. Voor zijn


overstap naar de Tweede Kamer
was hij voorzitter van CNV Onderwijs. Hij breekt een lans voor de
ouderwetse vakopleiding, die in zijn
ogen niet altijd de waardering krijgt,
die deze verdient. Ten onrechte
leeft het beeld dat je beter een
algemene studie kunt doen. De
arbeidsmarktperspectieven voor
mboers zijn goed. Door te kiezen
voor een beroepsopleiding, kies

Het negatieve beeld van het mbo is


achterhaald, meent Michiel Rog, de
onderwijsspecialist van het CDA.
Het beroepsonderwijs is voortdurend in ontwikkeling. De vernieuwingen gaan in veel vakgebieden
echt razendsnel.

Pareltje

je voor goede kansen. In de praktijk zijn mboers goed opgeleid en


komen ze na hun opleiding goed terecht. Vergelijk je de kansen van een
vakman of vakvrouw met die van
een afgestudeerde student psychologie, dan komt de eerste makkelijker aan een baan. Het beroepsonderwijs leidt je op tot een vakman
of vakvrouw in een baan waar
behoefte aan is en waarmee goed
geld verdiend kan worden. In die zin
mag het beroepsonderwijs wel wat
zelfbewuster en trotser zijn.

Leermeester-gezel
Gevraagd naar verbeteringen, wijst
Rog naar het samenspel tussen opleidingen en het bedrijfsleven. Een
docent vertelde me dat alles wat
hij acht jaar geleden geleerd heeft,
nu al verouderd is. Daar ligt een
uitdaging voor het onderwijs: de
opleidingen moeten aansluiting houden op de praktijk en de docenten
moeten bijblijven in hun vakgebied.
Er moet voldoende aandacht zijn
voor wat sectoren en het bedrijfsleven aan vakkrachten nodig hebben.
Omgekeerd moet het bedrijfsleven
talent de kans bieden om door
middel van stageplekken ervaring
op te doen. Niet alleen vanuit een
maatschappelijk belang, maar ook
omdat je zomaar een pareltje voor
jouw bedrijf kunt interesseren.
Rog is voorstander om de meester- en gezeltitel weer in te voeren
bij de ambachtelijke vakken. In dit
systeem dragen ervaren vakmensen
de kneepje van hun vakmanschap
over. Hij is blij dat minister Bussemaker het plan heeft omarmd en
hier 25 miljoen euro voor beschikbaar heeft gesteld.

Вам также может понравиться