Академический Документы
Профессиональный Документы
Культура Документы
Inleiding
Deze bijdrage beoogt na te denken over de rol en betekenis van Maria
vanuit de protestants-evangelische traditie, naar aanleiding van roomskatholieke mariologie. De bedoeling is niet apologetisch dus niet om een
bepaalde protestantse visie te verdedigen tegenover een rooms-katholieke,
maar om naar aanleiding van rooms-katholieke mariologie na te denken of
er in de protestants-evangelische traditie plaats kan gemaakt worden voor
een mariologie, en zo ja, wat de krijtlijnen dan kunnen zijn.
De bedoeling van deze bijdrage is dubbel. Aan de ene kant wil ik met mijn
reflecties een aanzet geven tot een protestants-evangelische mariologie. Dit
gebeurt vanuit een poging om rooms-katholieke mariologie op een positieve, niet-polemische manier te bekijken. Aan de andere kant wil ik roomskatholieke lezers enige inkijk geven in hoe protestants-evangelischen naar
rooms-katholieke mariologie kijken en hen hierbij een zekere spiegel voorhouden vanuit de overtuiging dat een (protestants) buitenperspectief ook
verhelderend kan werken voor het (rooms-katholieke) zelf-verstaan.
Opdat deze oefening vruchtbaar zou zijn is het echter wenselijk om de protestants-evangelische traditie kort te schetsen. Hoewel ik hierbij uitdrukkelijk schrijf vanuit de protestants-evangelische traditie, kan ik niet gezagvol
spreken namens deze traditie.
126
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
participatie van leken in het dagdagelijkse geloof, minder fixatie op kerkstructuur, en een breder gebruik van de Bijbel door iedereen in de Kerk
(Noll, 2004, 15).
De meest rechtstreekse basis van de evangelicale beweging werd gelegd in
Groot-Brittanni en de V.S. en kwam op gang in de periode 1735-1765 met
een reeks revivals, opwekkingsbewegingen intense periodes van buitengewone respons op evangelie-predikatie, gepaard aan ongewone inspanning
van godvruchtig leven. Bekende opwekkingspredikers zijn George Whitefield, Charles en John Wesley, en Jonathan Edwards. Centraal in die prediking stond de noodzaak van bekering (wedergeboorte) en een leven van
actieve heiliging (Noll, 2004, 12-13, 15).
Sinds de 18de eeuw heeft deze beweging zich verspreid naar alle continenten. Opvallend daarbij is dat dit niet in de eerste plaats een kerkdenominatie is, maar een beweging in (voornamelijk) protestantse kerken.
Bebbington (2005, 50-58) vermeldt evangelicalen in mainstream kerken
(anglicaans, presbyteriaans, methodistisch, baptistisch) naast andere (congregationalisten, mennoniten, Moravische broeders, e.d.m.). Hoewel er
sprake is van enige concurrentie tussen die verschillende groepen, is er ook
samenwerking. In de 19de eeuw uitte dit zich vooral in de oprichting van
Bijbelgenootschappen voor de vertaling, publicatie en verspreiding van de
Bijbel en vanaf het einde van die eeuw ook in de oprichting van Evangelische Allianties (Bebbington, 2005, 61).
De gemeenschappelijke centrale eigenschappen van het evangelicalisme
doorheen de verschillende kerkelijke strekkingen en doorheen de geschiedenis kunnen in vier themas samengevat worden:
1.
2.
3.
4.
Bekering het geloof dat levens moeten veranderd worden door zich
toe te keren naar God
De Bijbel het gezag en de toereikendheid van de Schrift, die toegankelijk is voor de gelovigen
Activisme het engagement van alle gelovigen, inclusief leken, voor
leven in dienst aan God, in het bijzonder in evangelisatie en missie,
maar ook in sociale actie
Centraliteit van het Kruis of de overtuiging dat de dood van Christus
cruciaal was in het brengen van verzoening voor zonden. Hiermee is
ook aangegeven dat er sprake is van Christocentrisme (Noll, 2004, 17).
127
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
In Vlaanderen is de protestantse traditie een kleine minderheid, waarbinnen de protestants-evangelische beweging de meerderheid vormt. De evangelicale beweging manifesteert zich in Vlaanderen voornamelijk in vrije
kerken, met een congregationalistische kerkorganisatie.2
Maria in de Bijbel
Als er een protestants-evangelische mariologie kan zijn, dan moet het een
mariologie zijn die stevig gefundeerd is vanuit de Bijbel: het is de Maria uit
de Bijbel.
Gelukkig zijn er de laatste tijd, en met name het voorbije decennium, in
de (vooral Engelstalige) evangelicale theologische literatuur verschillende
werken verschenen die Maria opnieuw bestuderen (McKnight, 2007, Perry,
2006, Longenecker & Gustafson, 2003, Gaventa & Rigby, 2002). Niet geheel onverwacht is de grote aandacht die ze schenken aan een grondige
bestudering van wat de Schrift over Maria zegt.
128
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
129
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
130
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
prijzen is, dan moet de zoon wel belangrijk zijn. Jezus reactie geeft aan
dat hij het hier niet bij wil houden, hij wil haar (en onze) kijk verruimen.
En hiermee geeft Jezus ook een stuk cultuurkritiek. Hij stelt namelijk de
voornaamste manier waarop vrouwen uit die tijd aanzien konden verwerven in vraag. Het is ook een commentaar op wat Lucas eerder schreef, nl. de
uitroep van Elisabet bij het bezoek van Maria:
De meest gezegende ben je van alle vrouwen, en gezegend is de vrucht van je
schoot! ... Gelukkig is zij die geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervulling zullen gaan (Lc 1,42.45) .
Maria is gezegend en wordt gelukkig geprezen omdat ze gelooft. Dit is belangrijk omdat het welzijn van Maria, en andere vrouwen met haar, niet
afhangt van vruchtbaarheid.5 Green (2002, 13) stelt dan ook dat Maria niet
goddelijke genade vindt omdat ze zwanger wordt, maar haar zwangerschap
is een gevolg van haar gezegend zijn. Zoals Roger Burggraeve in zijn bijdrage in deze bundel aantoont, contrasteert Lucas Marias lage sociale status
en afkomst met die van de andere protagonisten (Jozef, Zacharias en Elisabet) uit de eerste twee hoofdstukken. Haar onbeduidendheid is precies het
punt dat Lucas wil maken. Dat God Maria uitkiest, is reeds een omkering
van de sociale waarden (Green, 2003, 14). In het annunciatieverhaal laat
Maria zich bovendien kennen als dienares van de Heer (Lc 1,38). Daarbij
stelt ze zich in de eerste plaats onder God, terwijl het sociale verwachtingspatroon van haar vereist dat ze zich onder haar man of haar vader stelt.
Maria opent zich voor de verrassingen van het Rijk Gods dat zich aandient.
Ze schrijft zich hiermee in bij Gods familie en laat die primeren boven de
gewone gezinsrelaties. Daarmee anticipeert ze op wat Jezus later zal zeggen: Mijn moeder en mijn broers zijn degenen die naar het woord van God
luisteren en ernaar handelen. (Lc 8,21).
Dit geloof dat Maria bij de aankondiging uitspreekt is iets dat in het dagelijkse leven moet waargemaakt worden. Voor protestants-evangelischen
is het vanzelfsprekend dat dit voor Maria ook met vallen en opstaan gebeurde. Ook Maria moest opnieuw herinnerd worden aan die juiste familieverhoudingen (Lc 8,19-21, iets wat bij Mc 3,31-35 nog scherper naar voren komt). Het is hierin dat Maria voor evangelicalen net een toegankelijk
voorbeeld kan zijn. Zij moet net als ons, telkens leren wat de juiste prioriteiten zijn. Maar zij is hierin een voorbeeld, omdat ze de weg die ze aangaf
bij de annunciatie, ook volgehouden heeft. Lucas laat ons in het begin van
het boek Handelingen zien dat Maria deel uitmaakt van het selecte groepje
trouwe volgelingen van Jezus dat wacht op de komst van de Heilige Geest.
131
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
(Hnd 1,14). Maria is door haar responsief geloof moeder (en zuster) van Jezus, niet enkel door de maagdelijke conceptie. Het is op deze wijze dat Maria een voorbeeld kan zijn voor vrouwen n mannen in deze tijd. Wie zich
actief open stelt voor de verrassingen van het Rijk Gods, en desnoods tegen
de heersende culturele waarden ingaat, behoort tot de familie van Jezus.
132
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
133
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
van het protestantisme is een koerscorrectie, niet een afwijzing, van het
oude oecumenische geloof, iets wat helemaal in overeenstemming is met de
betrouwbare buigzaamheid van de orthodoxie. Er kan geen betrouwbaar
protestantisme zijn zonder Traditie (Williams, 1999, 38eigen vertaling).
Het is belangrijk om het werk van de Heilige Geest in het bewaren van de
waarheid doorheen de (kerk)geschiedenis, ernstig te nemen (zie ook 2 Tim
1,13-14).
Als de protestants-evangelische beweging op doctrinair vlak orthodox wil
zijn, en trouw aan de Schrift, dan kan dat niet gerealiseerd worden zonder
beroep te doen op, en integratie van, de funderende Traditie van de vroege Kerk (Williams, 1999, 13). Het is in dat opzicht ironisch dat de meeste
evangelicalen orthodoxie van fundamenteel belang vinden, en metterdaad
het geloof zoals overgeleverd in de geloofsbelijdenissen van Nicaea, Constantinopel en Chalcedon aanhangen. De ironie schuilt niet daarin dat
ze die belijdenissen niet als dusdanig kennen of opzeggen in de eredienst,
noch in het feit dat ze die credos geen absoluut gezag willen toekennen,
maar dat concepten als de triniteit, of homoousion die ook voor protestantsevangelischen cruciaal zijn, als dusdanig geen Bijbelse concepten zijn, maar
termen die de Kerk in de Traditie heeft overgeleverd. Voor onze bijdrage
hier, is de belijdenis van Maria als theotokos van belang. Het is deze term die
we dan ook in volgende sectie aanpakken.
Theotokos - Moeder Gods
Je zal een evangelicaal er niet vaak op betrappen Maria Theotokos te noemen,
letterlijk, de God-baarster. Het brengt tot uitdrukking dat Maria de moeder is van Jezus, die volledig God was (en tegelijk ook volledig mens). Deze
gedachte wordt onverminderd beleden door protestants-evangelischen.11
De reserve om over Theotokos te spreken, zeker als dit vertaald wordt met
Moeder Gods heeft te maken met de (al dan niet vermeende) implicaties
van die term voor het begrijpen van Maria. Het is als christologische uitspraak dat er zich geen probleem stelt, de mariologische implicaties zorgen
voor terughoudendheid (cf. Proctor, 1984, 739).
Een andere insteek vinden we echter in het veel recentere werk van de evangelicaal Tim Perry.
Het mariale materiaal van het Nieuwe Testament vereist theologische reflectie om
een aantal centrale loci in christelijke theologie te vervolledigen; met name christologie (Marias moederschap), eigenlijke theologie (de doctrine van uitverkiezing)
134
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
Bibliografie
BEBBINGTON, D. W., The Dominance of Evangelicalism. The Age of Spurgeon and
Moody (A History of Evangelicalism), Leicester, IVP, 2005.
ECT (EVANGELICALS AND CATHOLICS TOGETHER), Do Whatever He Tells You: The
Blessed Virgin Mary in Christian Faith and Life. A Statement of Evangelicals
and Catholics Together, in First Things, November 2009.
GAVENTA, B. G. & RIGBY, C. L. (ed.), Blessed One: Protestant Perspectives on Mary,
Louisville, Westminster John Knox, 2002.
135
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
GREEN, J. B., Blessed is She Who Believed: Mary, Curious Exemplar in Lukes Narrative, in GAVENTA, B. G. & RIGBY, C. L. (ed.) Blessed One: Protestant
Perspectives on Mary, Louisville, Westminster John Knox, 2002, 9-20.
GREENE-MCCREIGHT, K., Mary, in VANHOOZER, K. J., BARTHOLOMEW, C. G.,
TREIER, D. J. EN WRIGHT, N. T., Dictionary for Theological Interpretation of
the Bible, London/Grand Rapids, SPCK/Baker Academic, 2005, 485486.
LANE, A. N. S., Tradition, in VANHOOZER, K. J., BARTHOLOMEW, C. G., TREIER, D.
J. AND WRIGHT, N. T., Dictionary for Theological Interpretation of the Bible,
London/Grand Rapids, SPCK/Baker Academic, 2005, 809-812.
LONGENECKER, D. & GUSTAFSON, D., Mary: A Catholic-Evangelical Debate, Eastbourne, Gracewing, 2003.
MCGRATH, A. E., Christianitys Dangerous Idea: The Protestant Revolution: A History from the Sixteenth Century to the Twenty-First, London, SPCK, 2006.
MCKNIGHT, S., The Real Mary: Why Evangelical Christians Can Embrace the Mother of Jesus, Brewster, Paraclete Press, 2007.
NOLL, M. A., The Rise of Evangelicalism. The Age of Edwards, Whitefield and the
Wesleys (A History of Evangelicalism), Leicester, IVP, 2004.
ORR, J., The Virgin Birth of Christ, in TORREY, R. A. & DIXON, A. C. (ed.), The
Fundamentals: a Testimony to the Truth, Vol.2, Grand Rapids, Baker,
1917, herdruk 1988.
PERRY, T., Mary For Evangelicals: Toward an Understanding of the Mother of Our
Lord, Downers Grove, IVP Academic, 2006.
PRINS, A., Geschiedenis van de Evangelische Beweging in Vlaanderen in de 19e en
20e eeuw, lezing gehouden op de studiedag van ETF en Evadoc op
24 april 2010, http://www.evadoc.be/evadoc.be/images/downloads/
evadoc100424_aprins_geschiedenis_van_de_evangelische_beweging.pdf.
PROCTOR, W.C.G., Mother of God, in ELWELL, W. A. (ed.), Evangelical Dictionary
of Theology, Grand Rapids, Baker Book House, 1984.
WILLIAMS, D. H., Retrieving the Tradition & Renewing Evangelicalism: A Primer
for Suspicious Protestants, Grand Rapids, Eerdmans, 1999.
Eindnoten
1.
136
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
2.
137
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
Redactie:
Kristof Struys en Wouter Biesbrouck
GEBOREN
UIT DE MAAGD MARIA
Een tip van de sluier opgelicht
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG
/2*26*HERUHQXLWGHPDDJG0DULDLQGG