Oefentoets sportmarketing semester 1

Oktober/november 2010

Hoofdstuk 1 Inleiding in de sportmarketing

Onderwerpen:
• Wat is marketing?
• Wat is sport?
• Wat is sportmarketing?
Vraag Stelling Antwoord
1 Een organisatie die gefocust is op lage kosten en grote onjuist
verkrijgbaarheid gaat uit van een verkoopconcept
2 Volgens de definitie van sport (Kok) verloopt sport altijd onjuist
volgens vooraf bepaalde spelregels
3 Sport bevat kenmerken die inherent zijn aan diensten. Juist
Eén van de kenmerken van een dienst is dat er interactie is
tussen afnemers en producent

Hoofdstuk 2 De sportmarkt
Onderwerpen:
• Wat is een markt?
• Hoe is de sportmarkt opgebouwd
• Welke partijen maken deel uit van de sportmarkt?
• Hoe ziet de omgeving er voor een onderneming uit?
• Welke partijen maken deel uit van de marketingomgeving?
Vraag Stelling Antwoord
4 Het afbakenen van de markt kunnen we doen door gebruik te juist
maken van het Abell-model.
Op basis van de Abell-analyse kunnen we een missie formuleren
5 De Nederlandse Sport Alliantie(NSA) is een overkoepelende Onjuist
organisatie voor een drietal sportkoepels in Nederland
Eén van de sportkoepels die behoort tot de NSA is de
Nederlandse Bedrijfssport Federatie (NBF)
6 Licensing is het tegen betaling verlenen van toestemming aan Juist
derden om een clublogo of clubkleuren te gebruiken

1
Hoofdstuk 3 De sportconsument
Onderwerpen:
• De actieve sportconsument
• De passieve sportconsument

Vraag Stelling Antwoord

7 Bij dissonantiereducerend koopgedrag is de betrokkenheid van Onjuist
de consument laag en is er een groot verschil tussen merken
8 Een hartstochtelijke fan is volgens Stewart en Smith een onjuist
supporter die veel live aanwezig is en vooral de wedstrijd voor
de sport zelf komt kijken
9 Maatschappelijke factoren hebben invloed op het koopgedrag Juist
van consumenten

Hoofdstuk 4 Externe Analyse

Onderwerpen:
• Hoe ziet de omgeving er voor een onderneming uit?
• Welke partijen maken deel uit van de marketingomgeving?

10 De toename van sportparticipatie uit gezondheidsoverwegingen Onjuist

behoort tot de demografische factoren van de externe analyse
11 Afnemers horen bij de meso-omgeving Juist
12 Product- of merkconcurrenten zijn concurrenten die hetzelfde Juist
product aanbieden onder een andere merknaam.

Hoofdstuk 7 Segmenteren, doelgroepbepaling en positioneren

Onderwerpen:
• Marktsegmentatie
• Doelgroepbepaling en positioneren
Vraag Stelling Antwoord
13 De juiste volgorde is eerst doelgroep(en) kiezen dan Onjuist
segmenteren hierna positioneren.
14 Een mogelijke positionering is een positionering op basis van Juist
productkenmerken en -voordelen.
15 De segmentatie vormt samen met de marketingdoelstellingen de Onjuist
basis voor de inzet van de marketinginstrumenten.

2
Hoofdstuk 8 Sportproductbeslissingen
Onderwerpen:
• Wat is een product?
• Hoe ziet een marketeer een product?
• Wat is productontwikkeling?
• Wat is de positie van een merk?
Vraag Stelling Antwoord
16 Stars zijn producten met een relatief hoog marktaandeel in een Juist
snel groeiende markt.
17 Een dienst bestaat alleen uit ontastbare delen. Onjuist
18 De lengte van het assortiment geeft het aantal productvarianten Onjuist
per productgroep aan.

Hoofdstuk 9 Prijsbeslissingen
Onderwerpen:
• Prijsstrategie
• Prijsaanpassingsstrategieën
Vraag Stelling Antwoord
19 Bij prijsdifferentiatie worden er verschillende prijzen gerekend onjuist
terwijl er geen verschillen zijn in kosten
20 In een markt van monopolistische concurrentie is er beperkte juist
ruimte voor de organisatie om haar eigen prijs te bepalen
21 Bij penetratieprijsstrategie begint men met een lage prijs. Juist

Hoofdstuk 10 Distributiebeslissingen
Onderwerpen:
• Distributiestrategie
• Distributie-intensiteit
• Vestigingsplaats
• Distributie en internet
Vraag Stelling Antwoord
22 Van producent via groothandel, detaillist naar eindafnemer is Onjuist
een direct distributiekanaal.
23 Selectieve distributie vindt plaats bij specialty goods. onjuist
24 Bij een pullstrategie richt de producent de Juist
marketingcommunicatie rechtstreeks tot de consument

3
Hoofdstuk 11 Marketingcommunicatie
Onderwerpen:
• Communicatieproces
• Marketingcommunicatiedoelgroep
• Marketingcommunicatiedoelstellingen
• Marketingcommunicatiestrategie
• Marketingcommunicatiebudget
Vraag Stelling Antwoord
25 In een marketingcommunicatieplan worden eerst de onjuist
doelstellingen en dan de doelgroepen beschreven.
26 Bij het klassieke“Hoge betrokkenheids” model van Onjuist
communicatieverwerking worden de drie fasen doorlopen in de
volgorde ; affectie, cognitie en conatief (gevoel, kennis, gedrag)
27 Effectdoelstellingen omschrijven welk percentage van de onjuist
doelgroep geconfronteerd moet worden met de boodschap

Hoofdstuk 12 Marketingcommunicatie-instrumenten
Onderwerpen:
• Hoe vertel ik mijn boodschap aan mijn doelgroep?
• Wat kan ik allemaal communiceren?
• Hoe kan ik het communiceren?
Vraag Stelling Antwoord
28 Via Direct Marketingcommunicatie kan een gerichte, onjuist
rechtstreekse en gepersonaliseerde benadering van de doelgroep
voor relatief hoge kosten per contact worden gerealiseerd.
29 Reclame is een marketingcommunicatie-instrument Juist
30 Doelgroepen worden uitsluitend op domeinspecifiek en Onjuist
merkspecifiek niveau omschreven

NB: in het tentamen wordt de hoofdstukindeling niet weergegeven